Gisteravond waarschuwde een van de gardiens op de parking ons dat een band erg slap was. Vanmorgen stond hij helemaal plat. Lekke band dus. Schuin aan de overkant was een garage, wist de dienstdoende gardien. Na het ontbijt liep Paul erheen (met stok uiteraard). Even later kwam hij terug met een monteur in een auto. De krik werd uit de bak gehaald en bij ons eronder gezet. De wagen kwam wel omhoog uit de vering, maar het wiel kwam niet los te hangen. De monteur terug naar de garage om nog een tweede krik te halen. Met een kruk onder het chassis en de andere onder de as kwam er genoeg ruimte. Paul reed met de band mee naar de garage. Daar werd een klein gaatje ontdekt. Met een priem werd die wat groter gemaakt en daarna werd er met iets wat lijkt op een smyrnanaald een propje door het gat geduwd. Naald er weer uit, prop afsnijden en band oppompen. Terugrijden naar de camper, band erop en klaar. Voor 100 dh binnen een uur alles gefikst.
Wij reden naar Chemaia, waar we onszelf trakteerden op een versgebakken msenem bij de jus d’orange.
Langs de weg een karrenspoor waar ezelwagens rijden. Die zien we vandaag weer vaker dan de afgelopen tijd. Het land is ook vlakker en je ziet dat het is bewerkt. Soms zie je dat het groen wordt en een tijdje later herkenden we het gewas zelfs als graan. Vaak waren er mensen op het land aan het werk.
Zagen we in januari in de Rif ronde hooimijten, nu zagen we weer een andere vorm. Bijzonder aan deze was dat ze waren afgedekt met een pisélaag (gestuukt dus), Of het alleen hooi was of dat er ook nog wat anders onder zat, hebben we niet goed kunnen zien.
In Tafraout regende het de laatste nacht dat wij er waren. Hier heeft het blijkbaar meer geregend, want er stonden nog steeds modderplassen op de zandwegen en in de slootjes langs de weg, stond water.
Het laatste stuk, op weg naar de kustweg, rijden we door een steenvlakte. Witte rotsen liggen aan de oppervlakte. Er tussen groeit gras en andere kruiden en regelmatig zien we een groepje eucalyptussen.
We staan nu in Loualidia (ook wel Oualidia genoemd) op een camperplaats. We horen de zee bulderen, krekels tsjirpen en kikkers kwaken. (Wat een herrie!)
Geschreven door Arendien-en-Paul