Vandaag hebben we maar wat kilometers gevreten. De dag begon wat somber, grijs bewolkt, maar onze gastheer had een zonnig ontbijt voor ons klaargemaakt, met weer eens echt vers geperst sinaasappelsap, wat men hier, hartje Frankrijk, Jus d'Orange noemt. De meeste hotels hebben tegenwoordig een sapautomaat staan, maar daar komt meestal iets anders uit dan sinassap. Wij hadden na het ontbijt snel de auto ingepakt, en we werden door onze host en zijn 6 maanden oude hond uitgezwaaid. Gekke hond. Als je ksstksst tegen hem zei, rende hij met 150 km per uur de tuin rond, om dan weer uitdagend voor je te komen staan. Snelle Spaniel.
Wij hebben nogmaals de tolbadge geprobeerd, met de hand op verschillende plaatsen achter de ruit gehouden, maar geen reactie, en de tol met de credit card meteen betaald. Er was regen voorspeld, en die kwam af en toe ook, al regende het niet zo erg hard. Nog niet. Uiteindelijk kwamen we in La Rochelle aan, en onze Tomtom leidde ons naar een industrieterrein, en toen we de straat in wilden draaien waar ons hotel moest zitten,bleek alles geblokkeerd door vrachtwagens en draglines, en had men de hele straat overhoop gehaald. Daarom maar de volgende straat genomen, en bij de eerste mogelijkheid weer rechtsaf richting onze hotelstraat genomen. Maar we konden het hotel niet vinden. Dus het hotel gebeld, en na enige tijd hadden ze ons de goede weg gewezen, en bleek ons hotel toch niet midden in een industriewijk te liggen. We checkten in, gingen naar onze kamer, en het zag er allemaal toch nog goed uit. Daarna gingen we La Rochelle bekijken. Nou ben ik als geboren Rotterdammer wel wat gewend betreft opgebroken straten, maar La Rochelle kan er ook wat van. Bij het hotel, bij het station, bij de haven, alles lag overhoop. Maar verder was het toch wel een leuk weerzien. Ook hier waren we in een grijs verleden al eens geweest, met onze kleine kinderen, en sommige dingen konden we ons vaag herinneren. We kwamen langs een oud, mooi station met een toren, en langs het Ibis hotel dat in een oude kerk was gesitueerd. Wat we ons ook herinnerden was de regen, die plotseling geen zin had om zich in te houden. We vluchtten een brasserie aan de haven in en bestelden 2 glazen op azijn gelijkende witte wijn. Maar we zaten tenminste droog. In de zaak stonden metalen stoelen, rond 1920 uit één plaat metaal geperst, en bij het raam zat een fou de village, die 3 flessen mineraalwater tegelijk had besteld, die op een speciale manier voor zich op de tafel had gerangschikt, met 3 glazen, en elke fles helemaal leeg schonk in een glas en vervolgens in één teug leegdronk. Geboeid zat ik te kijken, terwijl de man met zijn lichaam op de maat van de muziek mee zat te schokken. De man had blijkbaar plezier én dorst. Toen werd het droog buiten, en hebben we La Rochelle nog eens goed bekeken. Statige huizen, oude gebouwen, vies water en om Marsman te plagieren: Denkend aan La Rochelle moet ik aan de haven langs allemaal vreettentjes gaan en zie ik eindeloze rijen kebabtentjes in een achterliggende straat staan. We rustten nog even wat uit op een bankje, toen ik aan de overkant van het pleintje een bar(?) zag. "ÉTOILE DU MARIN" stond erboven. "Sterretje van de Matroos" We hadden geen tijd meer om naar het sterretje te gaan kijken, en langzaam liepen we weer terug richting hotel, dat volgens zeggen 600 meter van het centrum lag, maar daar had men 1 kilometer vanafgelogen. Met tintelende voeten hebben we Feijenoord nog zien winnen van een Servische ploeg, dus Inge kon weer tevreden in slaap vallen. Ik had nog een verslag te schrijven een mailtje te beantwoorden. Jaap, een oude collega, waar ik jaren niets meer van had vernomen, berichtte mij dat hij volgende week met vervroegd pensioen ging, en ik moest hem even vertellen hoe het mij was vergaan in mijn pre-pensioen. En dat ik, gezien mijn huidige reis, niet op zijn afscheidsparty kon komen.
Geschreven door John.en.inge.op.reis