Ja, zo blijven we aan de gang. Deze keer kreeg ik een reactie van Monique. Even voor de argeloze lezer, zodat die weet waarover we het hebben: Monique heeft in een ver verleden een aantal jaren bij ons in huis gewoond. Inge en ik hebben haar Monique genoemd, omdat op het Stadhuis bij de Burgerlijke Stand dat werd verlangd. Monique is namelijk onze dochter, en ze heeft altijd goed haar best gedaan op school. Vandaar dat ze onmiddellijk een fout in mijn verslag ontdekte. (Gelukkig heeft ze er ook een aantal niet ontdekt, of er niet over gerept, maar dat terzijde) Wat was nu het geval? Ik had gisteren in mijn doldraaiend enthousiasme mijn toetje omschreven als yoghurt met aardbijen. Inderdaad, bij nader inzien protesteerde mijn laptop wel degelijk, maar ik heb dat niet opgemerkt. Dus, dankzij Moniques oplettendheid (ik ben toch wel een beetje trots op haar) volgt hier een rectificatie.: AARDBEIEN IN PLAATS VAN AARDBIJEN. Met ei in plaats van ij. Laat dat mei (en u) een les zein!
En dan vandaag: Witte Donderdag. De dag begon met een zonnetje, dus ik maakte met gemengde gevoelens het ontbijt gereed. Het leek een prachtige dag te worden, wat mij met blijdschap vervulde, maar het was tevens de laatste dag van onze vakantie. Morgenochtend worden we om vijf voor half zes door een bus opgehaald voor de transfer naar het vliegveld van Faro, waarna we terugvliegen naar onze postzegel die Nederland heet. De brandstofstakingen zijn voorbij, las ik. Als de piloot de weg weet, is er geen vuiltje aan de (v)lucht.
Ik maakte dus het laatste ochtendmaal klaar en ik hoorde Inge, die tot dan toe nog had liggen knorren, in de slaapkamer de gordijnen openschuiven. We beseften dat het vandaag kofferinpakdag was. Maar we hadden daarvoor de hele witte donderdag de tijd. Eerst maar even ontbijten. Na het ontbijt ben ik eerst de huurauto gaan terugbrengen. In de Semana Santadrukte kon ik bij EPI, de verhuurder, geen plaats vinden, dus zette ik de auto bij EPI voor de deur half op een zebra, liep naar binnen, werd hartelijk begroet door de ouwe pik die mij herkende. Ik zei dat ik geen plaats kon vinden voor de auto, hij keek door het raam, zag de auto staan, en zei "don't worry". Ik overhandigde hem de sleutel, hij nam niet eens de moeite om het brandstofpeil te controleren. Had ik me daarvoor zo druk gemaakt gisteren, bij twee tankstations! Hij vroeg alleen of er nog problemen waren, wat ik ontkennend beantwoordde. Wederom hartelijk gaf hij me weer een hand, ik zei hem in november weer te komen opzoeken, ik kreeg weer een hand, waarna onze wegen zich scheidden.
Terug in het hotel heeft Inge haar hobby, het verschuiven van meubels, uitgeoefend, en de slaapbanken, die wij als hoekbank hadden geformeerd, weer tegenover elkaar gezet. Wachtend op de kamermeisjeshulptroepen, bij de muziek van Ella Fitzgerald vanaf mijn laptop, gingen we er even bij zitten. Je kan een koffer het best inpakken op een opgemaakt bed, nietwaar. Maar toen de dames nogal wat lang op zich lieten wachten, zijn we maar eerst koffie gaan drinken in Avenida. Het was mooi weer, en nadat we de koffie hadden gedronken, zijn we nog even het plankier opgelopen en hebben we nog even in de zon zitten bakken. In het westen zagen we zich donkere wolken samenpakken, en besloten we toch maar naar de kamer terug te gaan, en dat was maar goed ook. De hulptroepen waren nog niet langs geweest, en we waren nét begonnen met de koffers inpakken, toen het begon te onweren, het licht viel een halve seconde uit, en het begon enorm te stortregenen. De kamermeisjes kwamen om de bedden op te maken, en een van hen, Hilda , omhelsde ons toen we zeiden dat we morgen zouden vertrekken. Ze zei dat ze Mr. and Mrs. Fado in november wel weer zou zien, want zij zou hier in elk geval zijn. Ja, dan kunnen we er niet meer onderuit, we zullen wel terug moeten in november. Toen de koffers gepakt waren zijn we voor de laatste maal deze maand naar Avenida gegaan, bestelden een jarre de vino tinto en zagen Ko en Mieneke komen, even later Cor en Narda, en nog weer later Ton en Mary. Inge had nog een bus met het restant van zoute crackertjes en een doosje kaas met de lachende koe meegenomen, die het einde van de middag niet meer gehaald hebben. We namen afscheid van de Avenida staff (see you november), en van Ko&Mieneke (goede reis) en Cor&Narda (nog een prettig verblijf) en liepen met Ton & Mary naar restaurant Por do Sol, waar we heerlijk gegeten hebben. Inge biefstuk Portugesa, Mary tongfilet in boter, Ton zwaardvis en ik bacalão á bras. Alles lekker, en vriendelijk bediend door Emmanuel en Antonio. Leuke tent, waren we nog nooit geweest. Toen we weggingen en ik mijn regenjas van de kapstok wilde halen, nam ik de hele kapstok mee, die met een klap op de grond viel. Geen probleem, en buiten namen we roerend afscheid van Ton en Mary, die nog even hun geluk in het casino gingen beproeven. Wij moesten naar het hotel, want we moesten nog douchen, de laatste spullen inpakken en de wekker zetten. Morgen is het vroeg dag. Met een beetje geluk is morgen mijn laatste verslag te lezen, en dan heeft u voorlopig geen last meer van die dagelijkse mailtjes. Dat kan als een bevrijding worden ervaren. Mocht u ze missen, in elk geval in november, maar misschien eerder kunt u weer een lading verwachten. Nu spring ik onder de douche, en tot morgen.
Geschreven door John.en.inge.op.reis