Zon, blauwe lucht, kortebroekentemperatuur. We zouden een stukje gaan rijden. Maar eerst een bica'tje bij Avenida. We reden naar de Infante Dom Henrique en overlegden tijdens de koffie waarheen de reis zou gaan. We zouden richting Alcoutim gaan, maar eerst even tanken. Toen we eenmaal onderweg waren, besloten we de bestemming te wijzigen, en naar Mértola te rijden, in de Alentejo. Dat plaatsje kenden we nog niet, waren er wel eens doorheen gereden op weg naar Ëvora, maar het plaatsje zélf hadden we nog nooit bekeken. Het werd een mooie rit, eerst op een brede weg met vloeiende bochten en heuvels, later werd de weg iets smaller, met nog meer bochten en bruggen. En meer heuvels. Maar wát een landschap! Het was weliswaar niet allemaal puur natuur, want de meeste beplanting bestond uit pijnbomen, afgewisseld met weidevelden met rode runderen, maar het geheel bood een voor ons platte Hollanders toch een betoverende aanblik. Alleen weinig plaatsen om een foto te schieten. De weg naar Mértola bleek 75 km lang, maar aan alles komt een eind, en ook aan de weg naar Mértola. We reden het stadje na een scherpe bocht binnen over een hoge brug, parkeerden de auto bij een bord waaruit we opmaakten dat er voor de plaats betaald moest worden, maar alleen op werkdagen. En het was natuurlijk zondag, een dag met een naam die zichzelf vandaag eer aan deed. We liepen over zeer ongelijk geplaveid weggetje naar boven, richting castello, langs een muur die vol hing met metalen ringen, waarin de bevolking diverse haakwerken had gespannen. Heel ludiek, maar de foto's die ik ervan heb geschoten blijken helaas overbelicht. We liepen langs een kerk, die vroeger, tijdens de Moorse bezetting als moskee was begonnen, langs een met hekken afgezet opgravingsterrein met een doopvont uit de 6e eeuw, van vóór de Moorse bezetting, naar een poort, waarachter zich, tegen de wand van de berg waarop het stadje ligt, een kerkhof plakte. We liepen verder naar boven over spiksplinternieuwe witmarmeren treden naar de poort van het kasteel, maar.... gesloten. Het kasteel werd beschouwd als museum, en vanwege de covid-19 maatregelen was de boel dicht tot minstens 10 januari. Dan zijn we weer in Nederland, dus voor ons dit keer geen Castello. We gingen nog even op de marmeren trap zitten kijken naar het mooie uitzicht, dat werd onderbroken door een oude fabriek. Bij latere navraag een fabriek voor verpakkingsmateriaal. We zaten op het marmer een beetje gaar te worden in het zonnetje, en het was lunchtijd, dus we gingen op zoek naar een tosti of zo. Bij de markthal - ieder zichzelf respecterend stadje heeft er een, net als een castello - zat een soort snackbarretje héél klein, maar eenmaal erdoorheengelopen kwamen we op een terras, waarop 3 mannen over en weer zaten te schreeuwen met een meid aan de andere kant van het terras. En ook nog eens in Mértolaans dialect. Stemmen als een misthoorn. Ik vroeg me af, waarom ze zo schreeuwden, want het terras was maar 1 meter breed! De dame had een hondje op een kruk gezet, en dat hondje wist niet of hij moest gaan liggen of staan, dus bleef hij met de achterpoten staan, en ging met de voorpoten vooruit liggen, kont omhoog. De tosti's en cola gingen erin als tosti's en cola, en nadat we hadden afgerekend, zijn we weer naar de auto gelopen, langs een huis waaraan onder de dakrand een aantal zwaluwstapelbedden hingen en zijn we teruggereden naar de Algarve, via VRSA bij Lidl brood gehaald, en meteen doorgereden naar Avenida, want het was ruim borreltijd. Het terras zat vol, meerendeels met Portugezen, wat Spanjaarden, en natuurlijk de onvermijdelijke Nederlanders, waar wij ons bij schaarden. In het hotel gegeten, Rundvlees escalope, gebakken aardappelpureeballetjes, sla, persoonlijk door John aangemaakt met appelazijn, die niet zo in de smaak valt bij Inge, maar als je snel eet, merk je het niet. Stracciatellayoghurt na, het geheel besproeid met een cola van de zuidelijke helling..
Weer een dag voorbij. 38 down, 5 to go.
Geschreven door John.en.inge.op.reis