We werden wakker en ik keek naar buiten
We kunnen naar de zon wel fluiten
Geen kortebroekenweer liet ik mij ontvallen
Dus lange broeken met zijn allen
Na 't ontbijt gefietst naar de rotonde
Richting station, waar nog meer fietsen stonden
Op het station geen fietsen stallen!
De dieven kunnen je plezier vergallen!
Dus 't laatste stuk naar 't station gelopen
Hoefden daar geen kaartje kopen
Want het loket is dicht, alles verlaten
Voor kaartjes: met de conducteur gaan praten
Maar er was nog steeds geen trein gekomen
We keken wat rond, en foto's genomen
Een paar flamingo's heel ver weg
Nou, da's geen geslaagde foto, zeg.
Het bleek toen ik deze foto's had geschoten
Ik mijn camera heb weggesloten
En de hele dag geen camera gepakt
De moed was mij in de schoenen gezakt
Daar kwam de trein al aangereden
Vol graffitti, uit alle steden
De conducteur keek mij vragend aan
En ik heb toen mijn bestelling gedaan
Ik zei Dois pessoas seniores ida e volta Tavira
Maar Inge zei ,wat niet rijmde, No Porta Nova,
Want daar wilden we ook heen
Ik vergiste mij, dat gebeurt soms iedereen
In Porto Nova, Tavira's voorstad
Snel uitgestapt toen ik het doorhad
Nog een stief kwartiertje stevig stappen
In Gran Plaza toen gebak gaan happen
Met een bica weggespoeld
En toen Grand Plaza doorgewoeld.
Bij Continente kochten we brood met zonnepitten
En nog meer, maar wat een hitte
De zon die was buiten al gaan schijnen
Binnen werd het heet, om weg te kwijnen
En lange broeken aangedaan,
Zweet duimendik op 't voorhoofd staan
We zijn toen maar eens warm gaan eten
Voor een schijntje moet je weten
Kippendijen,Rijst, Salade, Patat en een verfrissing daar
Voor minder dan vier Euro's maar
Zoveel, we konden het niet op
En ik zei Schat, we stappen op
De trein zal over een half uur vertrekken
We moeten heuvel-op, dus lopen als gekken
Maar we hebben het gehaald, da's een gelukkie
En met de trein een heel klein stukkie
In Monte Gordo vlug naar 't hotel gereden
Opgefrist, weer naar beneden
Naar Avenida, o nee gesloten
Dat is natuurlijk wel zwaar kl vervelend
Dus Sol e Praia moest het zijn
Daar zat het stel al aan de wijn
En aan 't bier, het kon niet missen
Toen ik een slok nam hoorde ik het sissen
Johanneke en Willem in Veendam beland
Staan nu met wasgoed in de hand

Geschreven door John.en.inge.op.reis