Die ochtend hadden we met zijn drieën afgesproken om te ontbijten en daarna een koffie te halen voor het dakterras. Aangezien het misschien de laatste keer was dat we elkaar zagen. Terwijl we van de heerlijke koffie genoten op het dakterras, terwijl we in vlecht treintje zaten. Marissa en ik waren hierna klaar voor de hike. Net toen we de ladder afliepen riep de buurvrouw dat er een man buiten stond voor ons. Dus we pakten onze backpacks en gingen mee met de man. De mini van zat al gezellig vol dus Marissa en ik stapten voorin in. Het deed mij denken aan mijn vader zijn oude bus toen ik nog klein was, met een tweezits voorin.
Het was een uurtje rijden en Marissa en ik hadden goede gespreksstof voor onderweg. We werden afgezet bij een par hutjes langs de weg, waar we water en eten konden kopen voor de hike. De slaapzaken, matjes en tenten werden uitgedeeld. Terwijl ik dit alles in en aan mijn tas bevestigde groeide de liefde voor mijn backpack, dit is absoluut waarvoor mijn backpack gemaakt is: trekking.
En daar gingen we. Mijn backpack was naast de kampeer spullen ook gevuld met vier liter water. Waardoor het een behoorlijk gewicht was, maar niet op een vervelende manier. Het pad ging meteen goed stijl omhoog en natuurlijk waren het losse steentjes. Maar het was niet zo als bij Misti dat het zand as was, hier was aanzienlijk meer grip. Daarbij was het hier ook meer begroeid. De eerste mensen vielen al een paar keer, ik met mijn goede trekschoenen bleef natuurlijk overeind. Na zo een half uurtje hadden we de eerste pauze en een schitterend uitzicht werd aan onze ogen tentoongesteld. We kwamen er op deze plek ook achter dat er iemand was met een enkel probleem en daardoor aanzienlijk trager de heuvel op kwam.
De volgende stop onthulde zich een bijzonder persoon in ons trek groepje. Een vrouw van vijftig uit Argentinië. Ik weet niet zo goed hoe ik haar kan opschrijven maar de worden die in mij opkomen als ik aan haar denk is : energiek, vrolijk, grappig en grappig onbeleefd. We moesten allemaal met haar op de foto, wat dus ook in gebiedende wijs werd geroepen. Daarbij was het ook hilarisch dat ze als eerste taal Spaans spreekt, maar de guide niet verstond. Maar daar moet ik wel bij vermelden dat het accent uit Argentinië heel anders is en ik heel veel moeite moet doen om het te verstaan.
De guide gunde onze elke keer maar een korte pauze omdat we niet zo snel gingen door Omar, de man met de slechte enkel. Rond twee uur kwamen we aan bij een soort hutje met bankjes waar we lunch gingen houden. We hadden sandwiches gekregen maar een paar slimme Guatemalteken maakten hier tortilla’s klaar en warme chocolademelk. Dat is nu eens een goede marketingtechniek. Natuurlijk kocht ik een chocolademelk ( of eigenlijk water) want dat is de perfecte combinatie met Pan dulce dat ik in Antigua had gekocht. Met onze buikjes vol gingen we weer verder, niet het meest fijne gevoel dat er is. Mijn voedsel was duidelijk nog niet verteerd dus de eerste paar meter was behoorlijk zwaar en stribbelde mijn lichaam tegen. Op een gegeven moment ging het pad puur stijl omhoog en was iedereen stil. Alle energie en concentratie werden in het lopen gestoken. Opgelucht en bezweet kwamen we aan op een vlakker gedeelte waar we weer pauze zouden houden. Aangezien Omar beneden een zware tijd had ging een Demitri naar beneden. Ongelooflijk, hij had de backpack van Omar overgenomen en dus twee keer het zwaarste stuk gelopen. Demitri is sowieso een interessante persoonlijkheid maar daar zal ik later nog op terug komen. Onderweg naar boven toen raakten ik aan de praat met Tom, een arts uit Londen. Hij had een paar interessante tips en zei dat hij mij ook wel kon helpen met een onderzoeksgroep vinden. Dus zijn contactgegevens zou ik zeker verzamelen voordat we deze vulkaan weer zouden verlaten.
Natuurlijk maakten we hier weer een groepsfoto. Zo gingen we verder, maar het pad was nu iets minder zwaar. Naar basis kamp moesten we echter nog wel een stuk omhoog. Natuurlijk was het stijl en met allemaal losse steentjes, waardoor het veel schuiven was. En de gids nam bovenop zijn backpack een stuk hout mee. Dat kleine mannetje is sterker dan je op het eerste gezicht zou zeggen.
Op een richel die wat breder was, zette we de tent op. Wat we eigenlijk verassend snel gedaan hadden. Alle spullen werden in de tent gegooid en ik kleedde mij vast om voor de koude nacht die eraan zat te komen. Terwijl we daar waren, begon de temperatuur al snel te dalen. Dus van een korte broek en T-shirt, trok ik mijn thermals aan, extra broek, fleecse vest en mijn softgel jas. Natuurlijk kwamen ook mijn Peruaanse handschoenen en muts weer tevoorschijn. Iedereen relaxte een beetje, wat voor mij en Marissa inhield dat we in de tent zaten, chocolade aten en een sterk typisch Guatemalteeks drankje dronken om warm te blijven. Het uitzicht was werkelijk waar adembenemend. We keken uit op een wit wolkendek, waaruit de vulkaan Fuego omhoog rees. Sprookjesachtig,
Het werd echter nog beter toen we die avond aan het kampvuur zaten en de sterren tevoorschijn kwamen. In het vuur kookte de gids het water voor onze instant noodle soep. Terwijl we dit aan het opsmikkelen waren, keken we neer op een onweerswolk. Een lichtshow zoals ik nog nooit heb gezien, wat is de natuur toch geweldig. Daarbij was de groep echt enorm gezellig, dus er werd veel gelachen, gezongen en gepraat. Om half tien ging iedereen echter naar zijn tent toe. Marissa en ik startten nog wel de trend om de slaapzakken op te warmen bij het kampvuur. Daarna gingen we snel naar de tent toe en kropen in onze warme slaapzakken. Eerlijk toe gegeven was ik niet eens koud, meer oncomfortabel, de matje waren namelijk niet bepaald gemaakt van memorie foam. Afijn uiteindelijk val je toch wel een beetje in slaap.
Geschreven door Nancy.op.reis