Zondag 24 Januari 2022 | Gerard.
De ochtendwandeling gaat weer heen over het strand en terug over de boulevard van
Matalascañas. De naam is mooier dan de boulevard en vermoedelijk de rest van het dorp ook. Als het al een echt dorp is. Het is er erg stil en dat komt vermoedelijk doordat de appartementen en huisjes bedoeld zijn als vakantie-onderkomens. De “rots” in de branding is een toeristentrekker maar blijkt bij nadere studie een overblijfsel van een fort. De ‘ Torre de la Higuara’ Ooit gebouwd om piraten en ander tuig vanuit zee te weren en dat bleek jaren effectief. Maar wat de piraten niet lukte deed de natuur en een aardbeving in de 16e eeuw veegde het van de kaart. Nou ja, gedeeltelijk dan, want de overblijfselen markeren nu dit stukje geschiedenis.
En dan staat iets verderop nog de vuurtoren gebouwd in 1901 en met een hoogte van 47 meter strooit deze nog elke nacht een bak licht over de zee en de duinen uit met een bereik van 37 km. Niet dat ik het allemaal nagemeten heb, maar dankzij een cache die daar ligt, zijn we zo wijs geworden.
En dan mijmeren we bij een kop koffie nog even na met een laatste blik op de Atlantische oceaan. De nimmer aflatende branding waarvan het geluid ons zo vaak in slaap gesoesd heeft. De schone zeelucht en de mooie zonsondergangen. Vanaf nu alleen nog het binnenland. De Garmin wordt zo geprogrammeerd dat hij (voorlopig) de tol en snelwegen moet mijden. Dat schiet niet op natuurlijk maar dat hoeft ook niet en zodoende hobbelen we rond lunchtijd
Bollullos binnen. De Amsterdamse globetrotters Riet en Gerda wisten deze plaats vanmorgen weer te benoemen en in een adem ook wat ze daar gegeten en gedronken hadden: “Gekookte pelgamba’s en ijskoude Manzanilla”
Dus als de plaatsnaam op onze route opduikt wordt het centrum opgezocht en in Bodegon Reyes vragen we de waard of hij dit op het menu heeft staan. Welwillend wordt geknikt en uitgaande van twee personen wil hij de keuken al weer instuiven.
Hó dus. Car is iets minder van de pelgamba’s en al helemaal niet van de Manzanilla.
Geduldig staat hij te wachten op de volgende culinaire zet van Car die haar ogen wat radeloos over de menukaart laat flitsen. “Ik weet het niet Geer”, is het gerecht dat nooit op de kaart staat, maar wat ik wel vaak hoor. Tenslotte wordt het toch ‘Croquetas de merzula y carabineros’ met een cola zero.
Voor Car is en blijft de Griekse keuken toch favoriet. Hier hoeft ze nooit de kaart en is zij de eerste die iets besteld en dan ook nog eens is vloeiend Grieks. Maar dat Spaans....
Om onze vriendinnen nog verder te eren fotograferen we ook nog even de plaatselijke held op zijn sokkel en dan rijden we verder via de binnenwegen richting Sevilla.
In de verte doemen een paar hoge torens op. Het lijken in eerste instantie brugpijlers van een hangbrug maar de kabels zien er heel onnatuurlijk uit. We proberen dichterbij te komen, maar moeten daarvoor wel een paar onverharde wegen op. En dan wordt het duidelijk dat het een Solar-Project is: de Planta Solar PS.
‘s Werelds eerste commerciële zonnenenergie centrale. Door middel van honderden spiegels wordt het zonlicht sterk gebundeld en op een vast punt in de toren geprojecteerd waardoor een soort brandpunt effect ontstaat en water wordt verhit. De stoom drijft weer turbines aan en elektriciteit wordt gegenereerd.
Inmiddels is, wrang genoeg, dit zonne-energie project dat met miljarden werd opgezet op verschillende plaatsen in de wereld overruled door ..... zonne-energie. Maar nu door middel van de zonnepanelen die we thans kennen.
Het geheel is zelfs aan het verloederen. Heel veel spiegels zijn kapot en lijken niet te worden vervangen. Zelfs de cache die hier moet liggen is niet meer te vinden. Hoeveel triestigheid op een plek.
En alweer een stop bij de de stuwdam de “Embalse del Aznalcollar” Ook zo’n energie-project dat ooit als zaligmakend, natuurvriendelijk en schoon werd gepromoot. Inmiddels is men hier ook op terug gekomen. Wij genieten hier nog een uurtje van de zon en laden onze eigen batterij op. Maar de puf om nog veel te rijden is er niet. Wel om lekker te douchen en zodoende komen we bij een camperplaats waar we onze tanks kunnen legen en vullen. Het wordt tevens het plekje voor de nacht hoewel deze niet in de boeken gaat als aanbevelenswaardig. Gewoon in de buurt van de Autovia met uitzicht op geparkeerde trucks in de verte. Maar als de duisternis valt zie je dat toch niet meer. De maaltijd wordt aangepast aan de plek. Niks bijzonders dus. Appelpannekoeken met suiker.
Route: Matalascañas - Almonte - Bollullos - Aznalcollar - Gerena - Las Pajanosas
Gereden kilometers: 140
Coördinaten slaapplek: N 037°34,204’ W 006°06,537’
Geschreven door Geer.en.Car.on.tour