Ontbijt op de kamer. We willen vroeger vertrekken, voor het eigenlijke ontbijtuur. We kregen gisteravond broodjes, confituur en yoghurt. Weer eens iets anders dan ei en toast. De busterminal kennen we nog van gisteren. Hij is nog altijd even groot :). Volgens de boys uit de hostel is er om de 10' een bus naar Boseong, daar willen we de groene thee plantage bezoeken. In het busstation zelf is het om het anderhalf uur. Met aanduiden in het boek en een heel klein beetje Engels kunnen we ons ticket aanschaffen. Een uur wachten. Eigenlijk een beetje voor niets zo vroeg opgestaan. Comfortabele bus, vlot gereden. Een goed uur later zijn we in Boseong. Daar moeten we een lokale bus nemen tot aan de plantage. Zelfde verhaal. Het busstation is klein, oud. De loketbediende spreekt terug enkel Koreaans. Een paar jongens proberen te helpen. Moeizaam. Ze bedoelen het allemaal wel goed. Maar soms is het zeer frustrerend. Zeker als je naar toeristische plaatsen gaat. Dan verwacht je toch iets beter, iets meer Engels. Soit. We bereiken de DaehanDawon theeplantage. Op de bergflanken staan de groene thee struiken. Ze zien er een beetje uit als liguster struiken bij ons. Het lijkt ook alsof alles overwoekerd is met onkruid. Maar het geheel is wel mooi. Ganse rijen met planten, mooi gerangschikt. Op enkele plaatsen heb je uitkijkpunten. Een stevige klim brengt ons tot de hoogste. Je hebt een goed overzicht over de plantage. In de verte zie je zelfs de zee. Alles wat iets te maken heeft met groene thee wordt er verkocht. Nogal wiedes. You get thee picture. We gaan voor het groene thee ijsje. Vooral zeer zoet. Je kan er ook thee proeven. Woojeon of de mildste versie. Voor de liefhebbers. Onze wandeling door een bamboe bos die gisteren in het water viel kunnen we hier ook doen, zij het iets beperkter. Indrukwekkend hoe dik bamboestokken kunnen zijn. Busritten in omgekeerde zin brengen ons terug naar Gwangju. Met zijn brede rijlanen (4 rijstroken) en massa's Hyundai's makkelijk herkenbaar. Logisch van die Hyundai. De hoofdzetel is hier gevestigd. We eten als avondmaal Dwaeji Galbi, ribbetjes op een soort binnen BBQ. Met een ganse rits bijgerechten. Één ervan zijn groene pepers. We aten die al een paar dagen terug. Totaal niet spicy. Misschien was dat een andere soort. De tranen springen in Titi's ogen bij de eerste beet. Onze Koreaanse tafelgenoten geven raad over hoe best te blussen. En 2 ribbetjes extra erbij. Voor Titi is er tofu en groenten. Alles wordt zo als altijd bijgevuld naargelang we vragen. Super mensen die Koreanen. Terug in de hostel vinden we ons verblijf voor de komende dagen in Busan, zuidelijke kuststad. Onze laatste dagen, week Zuid-Korea komt er aan.
Geschreven door Waarzijnwenu