De plek bij het restaurant waar ik gisteravond heb gegeten bezorgde me teveel stress om er te blijven slapen. Ik stond in een hoek met naast me een aantal auto’s van gasten. Kon daardoor niet achteruit de hoek om door de nauwe ingang. Dus ben ik blijven wachten totdat de auto’s vertrokken en heb het busje op de kleine parkeerplek meteen naast het restaurant gezet. Want ik kon het natuurlijk niet riskeren dat ik vanmorgen niet weg zou kunnen. Maar ook dat was geen goede plek, ik stond zo schuin dat ik de berg af had kunnen rollen. Inmiddels was het al donker en door de laaghangende bewolking niet prettig om op zoek te gaan naar een andere plek maar er zat toch niets anders op. Ik wist dat een kilometer verder de ingang van de Skaly moest zijn met een grote parkeerplaats. En zo was het, nog geen tien minuten later had ik mijn plekje gevonden. De poetsploeg was nog bezig om het bijbehorende restaurant schoon te maken en toen die eenmaal weg waren en de openstaande poort van de parkeerplaats ook open bleef voor de nacht, kon ik rustig gaan zitten.
Wat het weer betreft is de voorspelling voor de komende dagen: regen en soms een beetje zon. Het is dat ik de Adrspach Skaly beslist wil zien anders zou ik misschien zijn doorgereden vandaag. Dit natuurreservaat ligt tegen de Poolse grens en de zandsteenrotsen hebben de meest vreemde vormen (en namen).. Ik sta alweer vroeg bij de kassa, het weer ziet er voor nu redelijk uit, het is droog en licht bewolkt. Maar dat kan ook weer heel snel omslaan, dus voor de zekerheid gaat de plu mee.
Ondanks dat er een verbodsbordje staat voor honden mag Baloe, tegen betaling, toch mee het park in. Ik krijg een Nederlandstalige folder in de handen gedrukt, die ik meteen weer weg frommel (want ik ben mijn leesbril weer eens vergeten) en begin aan de mooie (blauwe) route aan het meer. In de verwachting dat dat uitkomt op de route door en langs de rotsen. Na drie kwartier klauteren en klimmen sta ik weer aan het beginpunt en zie dat ik de groene route had moeten volgen. De volgende keer gaat écht mijn bril mee. Het wandelpad gaat tussen de rotsen, watervallen en beekjes door. Heerlijk lopen, ontspannen, genieten, rondkijken. Lang stil blijven staan, foto’s maken, steeds weer andere dingen ontdekken in de rotsen. Op de bewegwijzering staan de namen die ze aan de rotsformaties hebben gegeven: kruik, tand, schildpad, liefdespaar, burgemeestersvrouw en man en nog meer van die benamingen. Smalle doorgangen van 50 centimeter. Voor Baloe een fluitje van een cent, voor mij wat moeilijker. Over houten loopbruggen waaronder het water kabbelt. Ik geloof dat ik wel 10 keer tegen mezelf heb gezegd hoe mooi en hoe heerlijk wandelen het is. Totdat…… we de hoek omlopen en de trappen in zicht komen. IK WIST HET! Het kon niet uitblijven, het moest ervan komen. Daar gaan we weer, mijn pijn in de kuiten is bijna weg; ik vraag me echt af waar het in dit land vlak is… Maar wat is het mooi, knalgele mossen groeien op de rotsen die steeds hoger en indrukwekkender worden. Het gebied was tot de grote brand in 1728 ondoordringbaar en onbekend maar die brand legde wel de schoonheid van de rotsformaties bloot. Bij het kapelletje in de rotsen staan de namen gegraveerd van de omgekomen bergbeklimmers. 1800 Rotsen mogen hier beklommen worden. Wij doen het met de trappen, het beklimmen van de rotsen laten we aan de experts over. Als ik na 2,5 uur terugkom staan er bij de ingang drommen mensen te wachten. Wat een geluk dat ik weer eens zo vroeg was en nog veel meer geluk heb gehad met het weer. Want het busje is in zicht en dan komt de regen met bakken uit de hemel….
Nog even een kopje thee en dan rij ik weg uit de drukte, een stukje naar het zuidoosten. Binnendoor, ik heb tenslotte de tijd, door kleine gehuchtjes met gekleurde huizen, geen mens op straat. Met 40 kilometer per uur tuf ik langzaam door. Hellingen van 13%, ik draai er mijn hand niet meer voor om.
De navigatie staat ingesteld op ergens in de buurt van de stad Náchod. Een camping, met elektriciteit, douches, water, restaurant, WiFi én aan een meer. Ik ga het dan toch maar eens proberen. Maar IK WIST HET, hier ren/rij ik griezelend weg: de vissers aan het meer zitten tussen tenten, er staan honderden auto’s, caravans, mensen die met tientallen husky’s bij hun camper zitten, (misschien een husky-treffen?). Ik rij nog even een rondje maar weet dan niet hoe snel ik hier weg moet zijn, nagestaard door de échte camping-liefhebbers.
En dan vind ik niet veel later toch nog een leuke plek: Aan het meer in de stad Náchod. Een Lidl om de hoek voor verse broodjes en een restaurantje op loopafstand. Én aan de overkant een Autoservis waar ik morgen ga proberen om mijn watertank te laten vullen. Met een beetje charme moet dat toch wel lukken……
Route: Adršpach - Teplice nad Metují – Javor – Vlásenka – Stárkov – Cervený Kostelec - Náchod
Gereden kilometers: 42
Coördinaten slaapplek: N 050⁰25,627’ O 016⁰09,562’
Geschreven door Carry.gaat.weer.op.reis