OntmoetenIn Albergue Alea in Ponferrada ben ik ontvangen door de gastvrouw, die zichzelf voorstelt als 'Hope' ('Esperanza').
Ik krijg een bed toebedeeld in een kamer, waar naast mijn bed nog twee stapelbedden staan. Die stapelbedden worden in de loop van de middag in gebruik genomen door vier Amerikaanse jonge pelgrims: Twee jongens en twee meiden. Zij gaan na hun dutje echter de stad in om pas weer terug te komen als ik al in bed lig.
Ik heb dus geen plezier en geen last van ze.
Waar ik wel plezier aan beleef is de ontmoeting tijdens het diner met twee oudere en met elkaar getrouwde pelgrims uit Nieuw-Zeeland. Wanneer ik me aan de mannelijke helft voorstel, zegt hij: 'Jos. Dan kom je uit Nederland.' Hij blijkt dit af te leiden uit mijn uitspraak van mijn naam.
Deze man blijkt vele jaren terug geëmigreerd te zijn naar Nieuw-Zeeland. Hij heet Henk en zijn vrouw heet Donna. Pelgrim Henk komt oorspronkelijk uit Hellendoorn. Wanneer hij Nederlands spreekt, hoor je het oostelijke accent nog erg goed.
We hebben mooie gesprekken over de Camino in zijn algemeen en de prachtige etappe van gisteren.
Pelgrim Henk wijst me op een nummer van een Ierse zanger. Hij denkt dat ik het ook een mooi lied zal vinden. Hij stuurt het me in mp3-formaat en adviseert me goed naar de tekst te luisteren. Als ik het nummer op Youtube kan vinden, zal ik de link in een van mijn volgende blogs zetten.
Mijn blog komt in ons gesprek ook ter sprake. Henk is erg geïnteresseerd, waarna ik hem een stuk van het verhaal van gisteren laat lezen. Hij is zo enthousiast, dat ik er een internationale volger uit Nieuw-Zeeland bij heb.
Ook voor pelgrims Henk en Donna was de Cruz de Ferro overigens een hoogtepunt. Zij waren er een dag eerder en hadden de pech dat een groep Spaanse wielrenners het gewenste rustige moment luid verstoorde.
Hoog(s)tepuntGisteren heb ik bij de Cruz de Ferro op 1.531 meter het hoogste punt van mijn avontuur overwonnen.
Ja, dit punt is zelfs hoger dan toen ik in de Pyreneeën was. Daar was het hoogste punt de Col de Lepoeder van 1.430 meter.
Het grote verschil is, dat de klim naar de Col de Lepoeder in Saint-Jean-Pied-de-Port begon op 163 meter en naar de Cruz de Ferro vanuit Astorga op 881 meter. De te overbruggen hoogtemeters waren in de Pyreneeën dus vele malen groter.
Vandaag is de etappe in vergelijking met deze hoogteverschillen relatief vlak. Daarover dadelijk meer.
Vroeg wakkerRond half vijf word ik wakker. Mijn blaas vraagt om ontspanning. Ik besluit mijn voetencréme, toiletspullen en kleren meteen mee te nemen naar de badkamer. Heel stil pak ik mijn overige spullen, zodat de anderen nog lekker kunnen slapen.
Ik heb het ontbijt gereserveerd dus zit al vroeg beneden aan tafel. Ik heb alle tijd, dus ontbijt op mijn gemak.
Ook pelgrims Henk en Donna komen kort na mij naar beneden. Zij staan iedere ochtend om vijf uur op en vertrekken dan om zes uur voor hun etappe. 'Ik heb van dat uur tien minuten nodig', zegt Henk 'en Donna de rest.'
Tegen kwart over zes vertrekken we met zijn drieën uit de Albergue. Via mijn GPS loods ik ons naar de route. Daar nemen we afscheid van elkaar en wensen we elkaar een mooi vervolg op de tocht.
Vlak?Via een buitenwijk met flinke huizen verlaat ik Ponferrada. De dorpjes volgen elkaar daarna redelijk snel op.
Na Ponferrada komen ook weer veldjes met druivenstruiken in beeld. Dit worden er in de loop van de etappe alleen maar meer.
Het onderhoud aan de velden is in de eerste helft van de etappe een stuk minder dan ik in Frankrijk gezien heb. Ik moet toegeven dat dit in de loop van de etappe wel verbeterd.
Ook vandaag zie ik weer nieuwe aanduidingen van de juiste weg. Zo wordt de hoeveelheid verschillende manieren van bewegwijzering erg groot. Wel grappig hoe creatief hier over nagedacht is.
Ook de ooievaars laten zich vandaag weer zien. En niet alleen zien trouwens. Ze klepperen er ook flink op los.
Ik heb vandaag van veel kanten uitzicht op de bergen. De bewolking kan er zichtbaar niet overal overheen. Die bewolking maakt het overigens vandaag perfect wandelweer.
In het dorpje Fuentas Nuevas staat de deur van het kerkje open. Een vrouw veegt het pleintje voor de kerk en roept me voor een stempel. In eerste instantie weiger ik, maar ik bedenk me. Ik heb ten slotte alle tijd. Ook het onthaasten lukt me steeds beter.
De vrouw doet het licht in de kerk voor me aan en ik bewonder de pracht en praal in het kleine kerkje. Veel gouden elementen, maar vooral een schildering van het 'Laatste avondmaal' op een van de ronde plafonds is prachtig
De hoogteverschillen zijn in het eerste deel van de etappe beperkt. Later zitten er weer wel de nodige beklimmingen en afdalingen in. Deze vallen echter in het niet bij wat ik de afgelopen dagen heb gehad en wat me morgen nog te wachten staat.
GelukzaligHet blije en gelukzalige gevoel van gisteren overheerst ook vandaag nog. Ik voel dat er een continu proces van bewustwording bij me aan de gang is. Van mij mag dat proces nog verder doorzetten. Het voelt fijn en goed.
Als ik in het dorp Cacabelos een pauze neem, werk ik onbewust verder aan mijn doelen.
Een pelgrim die ik eerder vandaag gezien en gegroet heb, neemt net plaats in een bar. Ik bestel een koffie en besluit bij hem te gaan zitten en een gesprek te beginnen.
Dat wordt erg gewaardeerd door hem. De pelgrim komt uit Zuid-Korea. We hebben het over de achtergrond van de grote hoeveelheid Zuid-Koreanen die de Camino lopen. Er is een aantal documentaires over de Camino uitgezonden in Zuid-Korea, die veel mensen heeft geïnspireerd. Zuid-Korea heeft ook geld gestoken in een aantal herbergen op de Camino.
Wanneer mijn avontuur ter sprake komt, is de verbazing en bewondering van zijn gezicht af te lezen. Hij vraagt waar ik de tijd vandaan heb gehaald.
Voor het feit dat het thuisfront en mijn werkgever mij de mogelijkheid om zo lang op pad te kunnen zijn heeft gegund, wordt mijn waardering steeds groter.
UitzichtenDe bergen heb ik zoals gezegd steeds in beeld vandaag. Op weg naar het mooie stadje Villafranca del Bierzo loop ik via een gehucht op en af tussen de wijnvelden. De uitzichten naar de bergen en de dalen zijn hier geweldig. Ook de zon is er inmiddels bijgekomen.
Het stadje Villafranco del Bierzo zelf ligt in een dal, maar kent zelf ook de nodige hoogteverschillen. Het is een mooi stadje met een mooi centrum.
Ik lunch hier en doe nog wat inkopen voor het eten. De gemeenteherberg waar ik mijn eindbestemming heb gepland, heeft namelijk geen diner- en ontbijtmogelijkheid.
De laatste kilometers naar mijn eindbestemming Pereje gaan parallel aan de doorgaande weg slingerend tussen de hoge bergen. Ook de rivier slingert er tussendoor. Het stromende water zorgt voor de welkome omgevingsgeluiden. Wederom voel ik me als mens zo nietig tussen de overweldigende rotsen en bergen van de natuur. Ik geniet er met volle teugen van.
En al het andere doet er eigenlijk niet toe.
https://youtu.be/tAGnKpE4NCI Dag 78: 32,2 kilometer
Geschreven door Josderoij.op.pad