'Ja Hans tis mè mij. Ge weet dat het ene feestdag is vandaag he.'
'Ist ene feestdag? He godverdoemme, ik zit al in de bus. Ik ga gauw omdraaie dan maar he.'
Op de bus staat 'pauze' met een dampend kopje koffie erbij. Om kwart over acht gaan de deuren open en vertrek ik naar Gent. Hans stapt ook in, maar moet er later dus weer uit.
Ik nam het juiste besluit om te hink-stap-springen met het OV: hier heersen zware industrie, dokken en havens. Het ruikt vijftig tinten chemisch. Dat was geen mooi wandelen geworden.
Met de trein verder naar Antwerpen, geweldig hoe de Zoo meteen naast het station ligt.
Ik sla meer dan een uur stuk met het zoeken naar de tram die me de stad uit brengt en op de route zet. Die blijkt ondergronds, dus niet zo makkelijk te vinden. Noem het metro en het probleem is opgelost, maar vooruit.
Zo begin ik pas om twaalf uur aan het Sniederspad, nog een kleine vijfentwintig kilometer te stappen vandaag. Niet ideaal. De route is wel meteen mooi, ik loop zó een parkje in.
Toch ben ik het water nog niet kwijt: er zijn nog wat bruggen en sluizen te gaan, !de margrieten bloeien! en kilometers langs het Albertkanaal.
Op een gegeven moment denk ik zelfs dat ik de verkeerde kant uit loop, terug, maar dat is gelukkig niet zo. Als het pad daar van weg buigt loop ik door een laan waar het Geld van Antwerpen haar buitenhuizen heeft. Ik moet schuin rechts het bos in 'na huisnummer 35' (dat met die oprijlaan, verderop is de dienstingang), maar hier wordt niet op een hectare meer of minder gekeken: het bos blijkt steeds nog de tuin. Maar die eindigt uiteindelijk dan toch.
Ik loop langs dreven en door bossen en de kasteeltjes vliegen me hier om de oren. Kasteeltje links, kasteeltje rechts. Bij één van die kasteeltjes hebben ze in het park zelfs een symbooltje voor mij: kijk dan, Bertine met de rugzak!
Mijn tweede pauze houd ik om drie uur, om half vier besluit ik dat ik weer anderhalf uur ga lopen. En dat ik dan zo'n beetje in Halle moet zijn.
Mooi door de bossen, de zachte grond mild voor mijn botten. Op open stukken de zon warm in mijn nek.
Inderdaad, rond vijf uur in Halle. Bij de kerk verlaat ik de route om op zoek te gaan naar mijn Vrienden op de fiets. De weg daarheen blijkt versperd, maar de omleiding is gelukkig niet veel langer: het is half zes en ik wil er onderhand zijn. Om kwart voor zes vind ik de Vrienden: een gepensioneerd stel in een grote bungalow waar sinds de jaren '70 niet meer opnieuw getegeld is. Allebei een beetje hardhorend en natuurlijk superaardig: het koffiefilter gaat meteen in het koffiezetapparaat. Chocolaatjes in een dessertbakje. We kletsen wat, ik kan kiezen: de andere drie gasten moeten nog komen.
Het toilet heeft de lichtknop op de gang, en geen slot. Want een mens kan gewoon even kloppen. Idem bij de badkamer, maar daar hangt bovendien een klein kussentje met een lusje aan de muur met aan de ene kant geborduurd: 'badkamer welkom', en aan de andere kant 'badkamer geoccupeerd'. Gewoon de juiste zijde voor hangen. En de deur open laten als je klaar bent met badderen. Ik neem een douche en bel daarna mijn Lief. Alles gaat goed daar. Hij bakt vanavond pannenkoeken, dat lust ik ook wel maar ik ben niet daar. Tja.
In het centrum zitten de restaurantjes deur aan deur. Een lokale madam raadt me 'Anno' aan. Blijkt eigenlijk 'Anno 1907' te heten, het eten smaakt er niet minder om: vietnamese salade. Ik neem er weer een donker biertje bij: goed drinken, dat is belangrijk. Een kopje thee toe. De ober was me even vergeten, daar krijg ik een extra chocolaatje voor. Dan nog best een stuk teruglopen naar de Vrienden.
Ik sluit de dag vroeg, kruip onder de wol in wat ooit de slaapkamer van één van de kinderen was, met lang geleden gewonnen voetbalbekers op de verwarming.
Morgen weer een dag!
Saluutjes, Bertine
Geschreven door Dove.e.roma