Vanochtend ontbijt. Daar maken de Italianen niet zo veel van. Zo lekker als het avondeten is, zo karig het ontbijt. Nu ook weer: droge kuch brood, alleen eetbaar met boter maar de boter is keihard en niet te smeren; dan maar met een dikke laag jam. Verder maiscornflakes en droge waterdeegkoekjes waarover je normaal gesproken zou twijfelen of ze nog goed genoeg zouden zijn voor de hond. Dat is het wel. Niet dat je daar nou vroeger voor uit je bed komt. Maar goed, 's lands wijs, 's lands eer, ik kauw braaf verder. Vooral ook heel veel drinken om het überhaupt weg te kunnen slikken. Om zeven uur ben ik de eerste die de deur uit stapt, na een hartelijk afscheid van de gastheer en de stagiaire. Ze doen hier twee kussen: eerst links, dan rechts. Kijk, Rome nog 131 kilometer. Het eerste deel vandaag is door vlakke velden. Mooi, maar een beetje minder uitzicht. Tot nu toe ben ik nog niet zo veel zonne-energie tegengekomen, hoewel ze hier toch genoeg zon hebben zou je zo zeggen. Vandaag dus wel een veldje zonnecellen langs de route. Het lopen gaat goed, hele stukken pijnloos en zelfs zonder ongemak. Een mevrouw is buiten de planten water aan het geven, ik vraag haar of ze mijn pet nat wil maken, dat wil ze natuurlijk wel. Halverwege de etappe het eerste dorp, San Lorenzo Nuovo. Daar maak ik een foto van de imposante kerk, en ik ben eigenlijk helemaal niet voorbereid op wat daarna komt: opeens strekt zich het Meer van Bolsano voor me uit. Echt ge-wel-dig mooi, om stil van te worden. Tja, vandaag loop ik ook naar Bolsano, dus dat meer, dat moet ergens in zicht komen. Hoe mooi. Als ik verder loop, achter een paar huizen langs, ligt er een dode rat op het pad. Dat dan ook weer.
Om een uur of tien bellen ons pap en ons mam. Door gebrek aan wifi waren er geen nieuwe blogs meer na mijn laatste instortbericht, ze blijven zich een beetje afvragen of het wel gaat. Hopelijk kan ik vandaag ergens mijn verslagjes weer uploaden, dan weet iedereen weer dat het me goed gaat. Vanaf San Lorenzo wordt de route avontuurlijker: een bergpaadje door het bos met wat stijgen en dalen, zandpaadjes langs wijngaarden, steentjesweggetjes door bossen en velden met wat stijgen en dalen, dus met uitzicht en steeds is er aan mijn rechterhand dat prachtige meer. Na vier uur lopen, om elf uur, neem ik mijn eerste pauze. Ik loop heel rustig maar wel lange stukken omdat het beginnen met lopen nog wat lastig is en omdat ik dan het grootste deel van de tocht zo koel mogelijk loop. Om elf uur dus. Ik vind een mooie marmeren wegwijzer naar Bolsano, hier zeggen ze Bolsena, maar dat klopt natuurlijk niet; een mooie stoel met rugleuning. Om half twaalf stap ik weer op, nog zes kilometer te gaan. Oef, wanneer ik uit de schaduw stap is de zon alweer warm genoeg. Ik ben er bijna: nog een uur of anderhalf te gaan. De aanloop naar de stad is ook al zo mooi, steentjeswegen met zicht op het kasteel met daarachter het meer. Wat een geweldige dag weer. In de stad overal trappen en trappetjes, en overal steegjesstraten. En kijk, het is al heel lang geleden, maar er is weer een deelnemer aan de grappige brievenbussencompetitie. Op het centrale plein tref ik Bennie achter een capuccino, nu we apart lopen is hij altijd sneller ter plaatse en hij zoekt alvast een café uit. Ik sluit aan met een capuccino en een aquamenta. Daarna zoeken we de Ostello, vandaag zijn we bij de zusters van het Allerheiligste, maar dan ook echt het aller-allerheiligste Sacrament. Er was, ik geloof in de dertiende eeuw, een monnik die twijfelde aan zijn roeping en aan het sacrament van het veranderen van brood en wijn in het lichaam en bloed van Christus. Zijn overste raadde hem een pelgrimstocht aan over de Via Francigena naar Rome. Dat leek in eerste instantie goed te werken: in Rome hervond hij zijn geloof, maar op de terugweg hier in Bolsano begon hij toch weer te twijfelen. Hij ging naar de mis en bad om een teken en zie: de hostie begon te bloeden! Die hostie, die staat hier nu in een schrijn in een schitterende kapel, met bloedvlekken en al. Ziedaar het wonder van het Allerheiligste Sacrament, dat is in de kerk tegenover de zusters. We willen ook in de kerk kijken, maar eerst is er een begrafenis mis en dan om half zeven de gewone mus. Hopelijk is-ie vanavond nog open. We nemen ook een kijkje in het kasteel, waar, bij gebrek aan interessantere zaken aquaria met vissen en kikkers tentoongesteld zijn(?!). Maar vanaf de kantelen is het uitzicht over de omgeving schitterend, kijk, er is ook een bosbrand gaande. Een blushelicopter schept water uit het meer en vliegt af en aan. Ook is de bestemming van morgen al zichtbaar: met het meer aan de rechterhand verder naar Montefiascone. Er is hier geen keuken, vanavond gaan we ergens pizza eten, dat hebben ze hier vast. Met een wijntje.
Vanavond hebben we heel lekker gegeten. Op de selfie van Bennie lijkt het wel dag, maar gelukkig was het al donker. Bruschetta en pizza en wijn, Bennie bier, en bij het toetje citroen eierlikeur, 30 procent, waarvan Bennie een keer of drie, vier extra heeft ingeschonken en waarvan we aangenaam dronken zijn geworden.
Dat zijn in het algemeen dan toch weer de mooiste avonden...
Ciao, Bertine
Geschreven door Dove.e.roma