Heerlijk in het zonnetje ontbeten en daarna met de auto naar het Parque Natural Serre Gelada, dat tegen de berg ligt die onder Altea in zee steek en zo Benidorm verhindert om verder naar het noorden op te rukken. Ons doel is om naar de vuurtoren van Albir (Far del Albir) te lopen. De weg daar naar toe is 1961 beter begaanbaar gemaakt door een tunnel aan te leggen en het ezelpad dat hier vroeger liep, te vervangen door een smalle geasfalteerde weg. Onderweg heb je een prachtig uitzicht op de baai van Altea, Albir en in het noorden zie je ook Calpe en de berg Ifach.
Het is een ongerept natuurpark met bijzondere flora, specifiek voor dit gebied. Tijdens de wandeling kom je langs verschillende uitkijkpunten en borden met informatie over de bezienswaardigheden. Er is eind 19e eeuw nog mijnbouw gepleegd, waarvan de ingang nog zichtbaar is, evenals de restanten van de steunpilaren van het spoortje, waarover een treintje de ijzerhoudende grond naar zee transporteerde. Deze grond bevatte ijzeroxide, dat de grondstof is voor gele en rode oker, die op zijn beurt als pigment wordt gebruikt in de schilderkunst. De wandeling is zo’n twee en een halve kilometer lang enkele reis, want je loopt dezelfde weg terug. Lichte stijgingen en dalingen onderweg. Het uitzicht is fantastisch.
De zee is azuur met een neiging naar groen, er is wat sluierbewolking waar de zon goed doorheen komt en naarmate we verder komen, wordt de lucht steeds blauwer. De omgeving is ruig, er lopen schuine kalksteenplaten door de bergwand die de berg een ruig en onherbergzaam uiterlijk geven. Bij de vuurtoren heb je een prachtig uitzicht op de zee (logisch) en op de baai. In deze tijd van het jaar bestaat de kans om dolfijnen te zien, maar die hebben zich niet vertoond. Op de terugweg nog even wat boodschapjes gedaan in Altea.
Thuisgekomen doen we even de laatste afwas en dan gaan we vast koffers pakken en, waar mogelijk, al spulletjes in de auto zetten. Het blijft zonnig, de donkere wolken blijven achter de bergen hangen en we genieten dus van het mooie uitzicht als het Golden Hour aan ons voorbijtrekt. Vanavond gereserveerd bij restaurant Ca Toni in het dorp.
Als we aan komen lopen, valt de heldere verlichting op. Maar eenmaal binnen valt het erg mee. De ‘pauwenstoelen’ van gevlochten rotan zitten beter dan je zou verwachten. Ook is het restaurant keurig wit opgedekt, brandt de haard en is de menukaart origineel. We delen het voorgerecht, dat we beiden erg lekker vinden. Dan zijn we over het hoofdgerecht helemaal eens: Cordon bleu. We bestellen er nog een salade bij, die achteraf volledig overbodig is. Een lekkere Chardonnay uit de Alicante-streek is de keuze en we zijn helemaal tevreden. Zelfs een dessertje kan er, bij mij althans, nog wel in, de Moscatel is er lekker bij. Een goede afsluiting van een fijne periode in Altea.
Geschreven door Wim.en.Geke.reisverslagen