Vandaag doen we met dezelfde groep, maar met Wout als 6e berijder, een rondje door de Cevennen. We vertrekken iets na 9 uur en moeten allemaal nog even tanken. Dat kan gelukkig in het stadje, dus dat maakt het allemaal wat makkelijker. Albert rijdt voor, Gertie gaat vandaag mee bij Albert achterop. De route vandaag is een ingekorte versie, wat betekent, dat we 280 kilometer gaan rijden. Het zal een afwisseling zijn tussen hele kleine hobbelige wegen, maar ook mooi geasfalteerde veegwegen, waar je naar hartelust schier onbeperkt kunt gassen. Maar al met al zijn het lange kilometers en met een paar pauzes erbij zijn we pas om kwart over 6 weer terug. Maar wel een mooie dag ondanks de pittige wind.
We gaan eerst westwaarts om vervolgens met een boog in zuidelijke richting weer oostwaarts retour te gaan naar ons onderkomen. We maken een korte stop omdat Gertie even een foto wil maken van een huis dat zij een paar jaar geleden hebben gehuurd tijdens een vakantie met de kinderen. Wij wachten op onze route. Ik zet mijn motor op de jiffy en zodra ik er af stap, rolt de motor iets naar voren over de jiffy heen en valt om over rechts. Geen houden aan, want ik sta ernaast en kan niet op tijd de voorrem inknijpen. Eenmaal over het kantelpunt is er geen kruid meer tegen gewassen en ligt de motor op zijn zij. Met behulp van de medereizigers de motor weer overeind gezet, hij viel gelukkig deels in het gras, dus geen noemenswaardige schade.
We klimmen verder omhoog en komen achter een enorm lange vrachtwagen te hangen, die bij tijd en wijle in de krappe bochten naar boven kruipt. Maar even een extra stop ingelast, want dit heeft geen zin. Als we weer verder rijden, vinden we een prachtige plek om koffie te drinken bij een cafeetje met een vlonder als terras en een fenomenaal uitzicht over de bergen. Lekkere koffie, een chocoladecake met slagroom erbij en dan kunnen we er weer een poosje tegen. De volgende stop is Mont Aigoual, een kale bergtop op 1552 meter, die er om bekend staat dat het er zo kan spoken. Het waait vandaag hard, maar daar boven wordt de wind langs de berg opgestuwd en heeft een windsnelheid van ca. 100 kilometer per uur als wij daar aankomen. Als Gertie van de buddyseat wil stappen, krijgt de harde wind vat op haar en vallen ze samen, inclusief de motor, op de grond. Gertie houdt zich nog overeind, maar Albert ligt gestrekt. Verder niets loos, motor weer overeind en klaar is kees.
We maken er een mooi fotomomentje van en hebben eigenlijk allemaal de kinderlijke neiging om je jas als een zeil boven je hoofd te spannen en tegen de wind in te gaan hangen. Zo tegen half 2 wordt een café ontdekt waar we onmiddellijk neerstrijken, want eetgelegenheden zijn hier niet dik gezaaid. De temperatuur is inmiddels weer voldoende aangenaam om buiten te zitten, waar we aan picknicktafels onze pizza’s verorberen. Het geeft een beetje een wintersport-idee, maar dan zonder de sneeuw. We vervolgen onze weg en dalen verder af, waarmee ook de temperatuur gaat stijgen. Op een gegeven moment is het zelfs 27C en bij een korte stop bij een onwijs goor café gaan de truien en dergelijke uit.
De groep maakt voor mij een klein ommetje omdat ik er niet zeker van ben, dat mijn benzinevoorraad afdoende is om ons hotel te halen. Wel een fijn gevoel als je weet dat je niet stil gaat vallen. Nog een korte sanitaire stop en dan blijkt, dat het dopje van het koelvloeistofreservoir is verdwenen en bij de val er vloeistof gemorst is op de binnenkant van de kuip. Met de hulp van Garrelt, die naast een kampeeruitrusting ook een arsenaal aan gereedschap bij zich heeft, worden de kuipdelen verwijderd om beter bij het reservoir te kunnen om het provisorisch af te sluiten. Blijkt het dopje nog achter de kuip te zitten en dan is het probleem dus snel opgelost. Tegen 18.15 zijn we weer in het hotel, even douchen en daarna een drankje en aan tafel. Een prima dag met lange kilometers, stevige wind, hobbelige wegen, (te) veel split, maar dat hoort er allemaal bij.
Geschreven door Wim.en.Geke.reisverslagen