Vandaag wordt een bijzondere dag, maar daarover later meer. We zijn weer met het groepje van 6 en Harold rijdt voor. We gaan direct oostwaarts en als eerste (tamme) pas komen we de San Pellegrino tegen. Kan nooit wat zijn als er zoveel mineraalwater met die naam op de markt is. Pasje valt dan ook tegen, maar er is meer in het verschiet in deze tour. Iets voor de Passo Cereda maken we om 10.45 een koffiestop bij een klein restaurant, waar ook alle lokale bouwvakkers komen lunchen. Maar daar merken wij niets van, omdat we om 11.15 uur weer en route willen gaan. Althans, dat was de aanname. Maar ja, de motor van Luuk heeft elektrische problemen en start niet meer.
De restaurant-eigenaar komt met startkabels en iedereen is opgelucht als de Aprilia weer loopt, maar na een tweetal minuten geeft de motor er wederom de brui aan. Accu kapot? Als groep zijn we er unaniem over eens dat het bellen van de hulpservice van de verzekering de best optie is. Nu staan we veilig op een parkeerplaats en niet ergens op een schuin bergweggetje onder donkere bomen. Na enig wachten om te woord gestaan te worden, volgt er snel contact met het lokale bergingsbedrijf, die aangeeft rond 14 uur ter plaatse te kunnen zijn. Wij gaan intussen maar lunchen, want we moeten de tijd toch doorkomen, nietwaar? Prima lunch overigens en een erg behulpzame dame die ook bij de vertaling later zal inspringen.
Inderdaad is de berger er vóór 14 uur ( ja, en dat in Italië) en de motor wordt opgeladen. De bestemming is een motor-reparatiebedrijf in Fonzaso, verder naar het zuiden. Luuk gaat in de cabine mee en wij spreken af om daar als groep ook naar toe te rijden. De motoristi nemen nog onbewust de Passo di Cereda mee, want onze navigatie staat ingesteld op bochtige wegen. Gevolg is dat wij net iets voor Luuk en zijn Italiaanse bergingsmaatje bij de werkplaats zijn. Hij wordt direct geholpen: accu check negatief, verdeler negatief. Rest alleen nog de dynamo en die ligt niet hier op de plank. De monteur heeft connecties met Aprilia en het onderdeel is in Noale (bij Venetië) op voorraad.
Na enig overleg wordt besloten dat Harold en Garrelt naar Noale rijden (80km v.v.) om het onderdeel op te halen, Albert, René (moet nog een nieuwe achterband halen in Castello de Fiemme) en ik terug gaan naar het hotel. Luuk blijft achter om er op toe te zien dat zijn motor niet onderhands verkocht wordt. Ons drietal rijdt over de Passo Rollo terug naar ons hotel. Het miezert een beetje als we vanuit het zuiden over de pas gaan, er wordt druk aan de weg gewerkt en dus veel opgeruwd asfalt, waar ook nog eens veel zand overheen is gestroomd; oppassen geblazen. Na de pas is het weer aanmerkelijk beter en kunnen we meters maken richting ons hotel. René slaat linksaf naar de moto-shop voor een achterband, ik ga rechtsaf om bij te tanken en Albert gaat door naar het hotel.
Er is genoeg gesprekstof, want Roald is met zijn Husqvarna onderuit gegaan. De motor heeft wel enige val- en schuifschade aan de valbeugel en de beplating, maar ook Roald zelf heeft een dikke elleboog en gekneusde ribben. Hij houdt zich kranig, maar uit eigen ervaring weet ik dat dit zeker niet je beste dag als motorrijder is geweest. En los daarvan zijn pijn en ongemak tijdens de aanstaande thuisreis geen pretje! Sterkte! Martien echter heeft na zijn valpartij van eergisteren weer de draad opgepakt door een korte en makkelijke route te rijden met zijn motor. Prijzenswaardig!
We zitten dus met een enigszins uitgedunde groep aan het diner, maar gelukkig is de schade redelijk beperkt. De koeriers naar Naole zijn rond 18.45 weer terug in Fonzaso en na reparatie komen zij alle drie om 21.15 onder applaus de eetzaal binnen. Snel nog een warme hap en veel verhalen, maar het blijft een bijzondere dag. Morgen wordt veel regen verwacht, maar na pakweg 2500+ kilometer in 7 dagen neem ik een rustdag. Er volgen nog veel kilometers huiswaarts, en dan voornamelijk binnendoor.
Geschreven door Wim.en.Geke.reisverslagen