Vandaag, zondag word ik wakker in de tent, van het balken van ezels en het geblaf vanuit de verte van honden. Maar, ik heb een goede nacht gehad. En we hebben een gevarieerd ‘programma’.
Vanuit Dana zijn we in eerste instantie naar de Dode Zee gereden.
Het is een leuke, afwisselende route, we komen door veel dorpjes. Er worden hier veel druiven verbouwd.
Tot we de bedrijvigheid achter ons laten en in een soort maanlandschap terecht komen. We worden er stil van. Zeker als we op een gegeven moment een twintigtal roofvogels over de weg zien zweven.
We zullen 1600 meter moeten dalen. De Dode Zee ligt 400 meter beneden zeenivo en is daarmee het laagste punt van de aarde. Door de hoge temperatuur verdampt het water snel. Wat overblijft is een mengsel van water, zouten en mineralen. Hetgeen tot een prachtig schouwspel leidt. Althans, ik kan hier van smullen, hoewel het water wel extreem zout is.
De Dode Zee speelt ook een centrale rol in de Bijbel én Koran. Maar de meeste bezoekers komen om te zwemmen in het melkblauwe, lauwe water (waarin je moeiteloos blijft drijven; ik kan het niet láten een vreeslijke cliché foto, al boekje lezend te laten maken) en/of voor modder- en mineraalkuren. Dat laatste zullen wij niet doen.
We komen bizar dicht bij de West Bank (het oorlogsgebied). Op een gegeven moment zal die (het midden van de Dode Zee is de grens), nog maar zo’n 500 meter bij ons vandaan liggen. Er cirkelen een tijd twee helicopters boven het strand.
Zo’n onwerkelijk, heftig gevoel. Wíj gaan ondanks alles toch een duik nemen (drijven) in de Dode Zee, waar aan de overkant dood en verderf is/dreigt.
We hebben spontaan een mooie plek gevonden helemaal aan het zuiden van de Dode Zee (nadat we eerst al bij de zoutwin -industrie waren uitgestapt).
Saltbeach. Er is mogelijkheid om erna een douche te nemen.
Het strand is magisch. Het zout ligt er in wonderlijke vormen uitgekristalliseerd. Verspreid over het strand liggen duizenden oranje bruine zoutstenen. Alsof ze van boven uitgestrooid zijn door een grote hand. Kleine, maar ook behoorlijke formaten. Het zijn de stenen waar ook de Himalaya zoutlampen van worden gemaakt. Zó bijzonder en indrukwekkend. Dit is één van de vele pure geluksmomenten, deze vakantie.
Maar we beseffen wel dat vlakbij mensen in angst leven.
Erna rijden we (er hebben tientallen irritante vliegen bezit van de auto genomen) naar Madaba. Waar ik twee jaar geleden in hotel Pilgrims House verbleef.
Ernaast ligt de Sint-Joriskerk (Saint George Church) een oude Byzantijnse (nu Grieks Orthodoxe) kerk. Helaas wordt ie gerenoveerd, is ie leeggehaald en staat ie in de steigers.Maar de mozaïekvloer (de oudste kaart van Palestina, een ‘wegen’kaart van het Heilige Land uit 560 na Christus) is wel te bezichtigen.
We hebben ervoor nóg een Grieks Orthodoxe kerk bezocht (ook met mozaïeken, Madaba is dé mozaiekstad). Er wonen ook veel Christenen in Madaba.
Gelukkig wordt een grote groep Indiase mensen naar buiten geroepen voor een groepsfoto, zodat we alle ruimte hebben. Het is zóveel drukker hier dan twee jaar geleden, toen ik er vlak na de Covid was. Er lopen vooral opvallend veel groepen.
We gebruiken in Madaba een late lunch en rijden erna naar Amman. We doen over de 35 km, ruim anderhalf uur. Veel opstoppingen, in de avondspits. Knap hoe Peter de auto hier zonder brokstukken doorheen weet en durft te manoeuvreren (het gaat 1 keer, buiten zijn schuld om, bijna mis). We vormen wel, al zeg ik het zelf (en Peter ook) een goed team. Ik geef aanwijzingen via Maps.me.
We droppen de spullen in het hotelletje (we kunnen de auto vlakbij kwijt). Die zal ik helemaal opnieuw moeten uitzoeken en sorteren.
Ik heb nog totaal geen souveniers gekocht. Morgenavond maar even proberen toch wat te vinden.
We verkennen nu al een beetje de oude stad, die vlakbij het hotelletje ligt. Ik kan tot mijn verbazing (met m’n slechte oriëntatievermogen) het restaurant vinden, waar ik de vorige keer vaak kwam.
Een soort fastfood. Er wordt plastic over de tafel gelegd, dat na het eten dient om servies en eventueel overgebleven eten in weg te nemen. We eten er met zijn tweeën een uitgebreide maaltijd, met water, cola en thee, voor 6,5 JD.
Morgen hebben we nog een volle dag. Dinsdag zelfs ook nog tot een uur of 15.30. Dan zullen we de auto in moeten gaan leveren en dan zit het erop.
Maar eerst dus morgen nog lekker in de benen (hoewel ik mn knie wat verdraaid heb vanmiddag met het in de auto stappen (teveel bagage voor mijn voeten gezet). Gaat het alle dagen met de trails goed, gebeurt ‘het’ nu op zo’n knullige wijze!?
Maar, ik heb spierzalf en een knieband bij me. Het voelt nu al beter. En mijn darmen, die wat onrustig waren, lijken ook weer tot bedaren.
Yes, ik ben bíj met mijn verhaal. Schrijven schept orde in de chaos van mijn hoofd. Heel bizar. Lezen lukt me slecht, nauwelijks.
Maar, daar heb ik feitelijk met al dat geschrijf ook gewoon geen tijd voor, haha. Ik kan maar beter wat vaker om mezélf lachen!?!
Geschreven door Yvonnereiskriebels.reisblog