Beste volgers.
Het gaat langzaam op het einde aan. Volgende week om deze tijd, zal ik mijn eerste werkdag er weer op hebben zitten (een raar idee). Als ik zaterdagavond in Singapore tenminste mijn overstap ga halen. Bij Peter (die ‘dezelfde’ vlucht had), was het kiele-kiele geweest. We zullen het zien. Of (mij) juist niét gaan zien!?!
Vandaag heb ik in ieder geval weer veel gezien. Hoewel ik geen wekker had staan, werd ik toch om 07 uur wakker. Van een paar fanatieke hanen. Dan ook maar in actie. Op de kamer nog even een kop thee, ik kan er gratis heet water tappen. En ná het voorgenomen goede ontbijt (buiten de deur) natuurlijk. Een pannenkoek met chocopasta (ze hadden geen honing als alternatief), een bak fruit met yoghurt én een verse pineapple juice.
Dáár zou ik heel wat kilometers op moeten kunnen fietsen, lijkt me toch.
Ik huur een fiets, om het hoekje van de straat van het hotel. Het mannetje zit in zijn kleine bedrijfje te sleutelen aan een fiets. Dat geeft op een of andere manier een vertrouwd, goed gevoel (een beetje een DAC-gevoel, voor insiders). En dat blijkt te kloppen, het blijkt een heerlijke fiets te zijn.
Gelukkig ook maar. Ik ga grotendeels dezelfde weg fietsen, als die we de eerste dag met de pickup hadden gedaan. Toen gingen we naar Blu Lagoon 3. Nu is mijn doel, Blue Lagoon 6. Onlogischer wijs ligt deze een kilometer of 9 vóór nummer 3.
Maar evengoed staat me 14 kilometer stofhappen te wachten.
Om met een fiets over het vele grint te rijden, gaten en hobbels ontwijkend, voelt weer heel anders dan achterin de bak van de pickup.
Ik fiets langs een grote cementfabriek. Dat voelt vertrouwd als Maastrichtse.
Ik zal geen enkele andere fietser tegen komen, het hele traject niet. Wel scooters, motors, auto’s, vrachtwagens, tractoren en van die vreeslijke quad-achtige voertuigen.
Ik voel me stoer. En krijg ook wel ‘bewonderende’ blikken, zo op mijn fietsje.
Maar de combinatie van fietsen en tweemaal een Lagoon aan doen, is een ideale.
Op weg naar nummer 6, stond nummer 2 ook aangegeven. Die besluit ik op de terugweg aan te doen. Dit zal deze even breken. Grappig, als je het in Vang Vieng over ‘de nummers’ hebt, zal iedereen weten, dat je het over de paradijselijke zwemplekken hebt.
Bij de eerste van vandaag, blijk ik helemaal alleen te zijn. Gelukkig wordt ie ‘bemand’ door, tja, twee vrouwen. Dat voelt voor mij direct een stuk relaxter. Hoewel, meer dan het ticket (10.000 Kip, omgerekend 53 cent) afrekenen, doen ze niet. Maar je voelt je toch vrijer als vrouwen onder elkaar. En laat ik eerlijk zijn, ook veiliger.
Ik vlei me op een soort steiger, voel me helemaal fijn. Een klein wit vlindertje houdt me voortdurend gezelschap. Is niet bij me weg te slaan.
Alleen als ik tussendoor het water in duik. Mijn dagrugzak maak ik met een hangslotje aan een, met beton gevulde ‘lege’ bierkrat, vast. Waar een parasol in staat.
Het water is verkoelend. Dat is ook wel even aangenaam. Zo na het intensieve fietsen. Maar, in tegenstelling tot wat de weersverwachting aan gaf, is vandaag ook de beste dag tot nu toe. Eindelijk schijnt de zon op volle kracht, weet ie echt door de smog heen te dringen. Dat zal ik merken. Op een of andere manier verbranden alleen mijn onderarmen. Maar wel behoorlijk!?
Als ik bijna terug bij het stadje ben, zie ik nog een grot aangegeven. Die neem ik ook nog even mee. Als ik mijn ticket gekocht heb, blijkt het nog een stuk wandelen door een wei met koeien (ik heb vandaag door de dag heen, heel véél runderen/buffels gezien; en oja, in mijn badkamer in de namiddag dan toch een kleine kakkerlak-achtige).
Op zoek naar de grot moet ik nog door een jungle-achtig gebiedje. Hier kijk ik toch maar ff uit, voor slangen. Ze zullen er vast zitten. Maar ik zie er (de hele vakantie nog niet) geen.
Wel zie ik dan tóch een bamboe-brug, waar ik over moet. Weer iets af te vinken.
En dan met een hoofdlamp de grot in. Omdat ik er helemaal alleen ben, ga ik niet diep de grot in. Ik zie de krantenkoppen al vóór me: ‘Nederlandse, 62-jarige vrouw in Laotiaanse grot vermist’. Nee, dat wordt ‘m niet.
Dus, lamp weer netjes ingeleverd en tussen de runderen door weer terug naar de hoofdweg. Mijn fiets ook weer inleveren. En dan een dubbele douche (binnen vijf minuten was ik alweer kletsnat van het transpireren) en alvast wat spullen bij elkaar zoeken. Ik zal morgen de backpacks pas gaan pakken. Ik heb dan nog ruim tijd.
De laatste avond hier. En dan ook nog op de valreep genieten van een mooie zonsondergang. De laatste (2 miljoen) Kippen pinnen. Eten en wat souveniers shoppen.
In mijn favoriete Boeddistische tempel, zie ik weer drie luchtballonnen over vliegen. Tja, vandaag zou/zal er meer zicht zijn geweest. Maar goed. De monniken zien ze waarschijnlijk iedere dag overvliegen. En zullen er nog nooit in mee gevlogen zijn!?
Ik lees trouwens dat de gedragsregels voor monniken (er zijn er 227, niet monniken, maar regels), in Laos soepel toegepast worden. En discipline is veel minder streng dan bijvoorbeeld in Thailand. Dit blijkt toch wel met de volksaard van de Laotianen te maken te hebben. Bij Laotianen speelt ontspanning een grote rol.
Dat merk ik zelf ook. Ik word overal erg vriendelijk en relaxed benaderd. Ook in het hotel begint er een leuk contact te ontstaan. Ze blijken zelf náást het hotel te wonen. En houden wel degelijk een oogje in het zeil.
Met de ‘overbuurvrouw’ heb ik ook een bandje opgebouwd. Ze heeft het treinticket voor morgen naar Vientiane, voor me geregeld. Ze heeft een boekingsbedrijfje. Maar tevens een schoonheids’salon’. Ik laat haar vanavond mijn nagels ‘doen’.
Ik laat trouwens in een gsm-zaakje een nieuw beschermfolie op mijn mobiel zetten. Dat was wel nodig. De halve tijd zag ik niet meer wat ik deed. Nu dus weer perfect zicht.
En zicht op een laatste ochtend Vang Vieng, morgen.
Geschreven door Yvonnereiskriebels.reisblog