Dag135
Gefietst: 4042 km
De beste route vanuit Kanchanaburi naar Ayutthaya is een beetje lastig te bepalen. We moeten door een nogal oninteressant gebied fietsen met weinig accommodatie. Uiteindelijk besluiten we aan de hand van beschikbare en acceptabele hotels via U Thong en Suphan Buri te fietsen. Steden zonder interessante bezienswaardigheden, maar mét schone hotels.
Bij gebrek aan goede kleine wegen moeten we grotendeels over highways rijden. Gelukkig met goede fietsstroken. Het is erg heet; elke dag tussen de 35 en 40 graden. Het fietsen is in de ochtend nog goed te doen, maar na 13.00 uur wordt het erg zwaar. We stoppen dus op tijd. Verrassend genoeg krijgen we een super-de-luxe hotel in U Thong met een knots van een zwembad. Het hotel krijgt van ons een dikke 10 in de review. Alles is helemaal goed, tot het fantastische ontbijtbuffet toe. En dat voor € 35,-!
We fietsen over grote wegen en vervolgens langs een kanaal en een spoorlijn richting Suphan Buri. Het valt op dat er nauwelijks kruispunten zijn waar je over kunt steken. Het gevolg is, dat je als fietser telkens kilometers moet omfietsen om op de juiste weghelft te komen. Rijbanen van grote wegen zijn gescheiden met muurtjes en forse heggen. Zo maken we vandaag wat extra kilometers om bij ons hotel aan te komen; een eenvoudig hotel, maar glanzend schoon.
Het zoeken naar een acceptabele eetgelegenheid is wat lastiger. Dit stadje kent vooral ontbijt- en lunchrestaurants. Uiteindelijk wagen we het erop: we gaan voor het eerst in deze reis een hamburger met frites eten. Wel met een gezonde papayasalade vooraf. Het restaurant is supernetjes. De hamburger voldoet niet helemaal aan de Europese standaard, maar hij smaakt best goed.
Ik kijk uit op de keurige keuken en zie dat de kokkin rauwe kip hakt op een snijplank om vervolgens op diezelfde plank komkommer en tomaten te snijden. Het mes wordt afgeveegd met een niet al te schone doek. Nou ja, we zijn niet ziek geworden, dus niets aan de hand!
We fietsen Ayutthaya in. In vroegere tijden was dit de hoofdstad van Thailand. Er ontstond een grote culturele en materiële rijkdom. In de 18e eeuw werd Ayutthaya helemaal verwoest door de Birmezen en raakten de resten van de tempels overwoekerd door de jungle. De hoofdstad van Thailand (toen Siam) werd noodgedwongen verplaatst naar Bangkok.
We hebben Ayutthaya al een paar keer bekeken, maar het blijft een prachtige, parkachtige stad vól met Khmer-ruïnes.
We fietsen eerst naar de Wat Yai Chai Mongkhon. Samen met honderden (!) schoolkinderen in kleurrijk uniform bekijken we de tempel. Prachtig om te zien dat er zoveel boeddhabeelden onbeschadigd zijn.
Wat de schoolkinderen betreft: meer dan de helft is véél te dik.
In de namiddag maken we een boottour langs drie grote tempels. Wát een mooie stad is dit!
Helaas moeten we de volgende dag uitchecken, omdat Baan Thai Resort helemaal volgeboekt is. We hebben voor één nacht een wat eenvoudiger onderkomen in het centrum van Ayutthaya geboekt. Om daar te komen, moeten we eerst de rivier oversteken. We tillen onze volgepakte fietsen op een piepklein bootje. Een stoere vrouwelijke kapitein brengt ons naar de overkant. Tot onze verrassing komen we daar bij een hoge trap uit. Dat betekent: bagage eraf en fietsen omhoog tillen. We krijgen hulp van twee Thaise dames, die zonder pardon voorwiel en bagagedrager vastpakken en de fietsen met ons naar boven sjouwen. Pffff…
In ons nieuwe onderkomen dumpen we de fietstassen om vervolgens de mooiste tempels in het centrum te bekijken. Het bekende boeddhahoofd tussen de boomwortels slaan we uiteraard niet over!
We nemen tegen beter weten in ook nog een kijkje bij de olifanten. Een trieste bedoening! We zien gefrustreerde olifanten aan een korte ketting. Tegen betaling kunnen toeristen een mandje groente en fruit kopen om dit aan de beesten te voeren. Andere olifanten staan klaar voor een ritje. Gelukkig is er in Europa veel aandacht voor de in gevangenschap levende olifanten. De beesten worden mishandeld om ‘hun wil te breken’, zodat ze voor een aardig bedrag toeristen op hun rug kunnen vervoeren. We zien weinig Europeanen een olifantenrit maken, maar bij Aziaten is het helaas nog erg populair.
Even verderop zien we een olifant die in allerlei standen moet gaan staan om met toeristen op de foto te gaan. Met een scherpe prikstok wordt hij tot allerlei houdingen gedwongen. We gaan hier gauw weg, want we worden hier gewoon verdrietig van.
We fietsen vanuit Ayutthaya in twee dagen naar de wijk van Bangkok bij het vliegveld. Het is druk. Het beetje tegenwind is welkom omdat het verfrissend werkt in deze hitte.
Na 60 km hebben we een uitstekend hotel: lekker modern en superschoon. In Thailand zijn ze erg dol op kerstversieringen, zelfs zó erg, dat ze half maart de kerstboom nog in volle glorie in de hal van het hotel hebben staan. Ook zien we overal nog ‘Happy 2024’ staan.
En dan fietsen we de laatste etappe van deze reis. We hebben de 4000 km overschreden als we Lat Krabang, een voorstad van Bangkok bij het vliegveld, binnenfietsen. Daar staat het Orchid hotel waar we deze fietsreis begin november gestart zijn. Onze fietsdozen staan er al meer dan vier maanden pontificaal voor het raam.
Het fietsrondje is klaar. Ruim 4000 km zonder ook maar één lekke band. We hebben de banden zelfs maar één keer laten oppompen in Prachuap Khiri Khan. Geen pech, geen ongelukken of valpartijen, helemaal niets. We hebben een prachtige reis gehad, vol variatie.
Geschreven door De.Trappers