Op dagen dat ik een relatief korte wandeling maakte, had ik vaak de rest van de middag niks te doen. In totaal heb ik daarom vier boeken gelezen gedurende m'n hele trek. Een daarvan was Into thin air, van Jon Krakauer, een journalist en bergbeklimmer die in 1996 mee is geweest op een expeditie naar de Mount Everest. In het begin van zijn boek beschrijft hij hoe hij met een team van klimmers de tocht maakt naar het base camp. Het was leuk dit te lezen, terwijl ik die zelfde route nu aan het bewandelen was. Bepaalde dorpjes en delen van de route herkende ik uit het verhaal. Gorak Shep, het dorpje waar ik vandaag ben aangekomen, beschreef hij als een koud en winderig oord, waar niemand lang voor zijn plezier blijft. Na vandaag kon ik het er daar volledig mee eens zijn.
De wandeling van Dzonglha naar Gorak Shep was niet heel moeilijk, een licht hellende route die ik een kleine 5 uur heb afgelegd. De hoogte maakte het toch wel weer uitputtend. Op 5100 meter is Gorak Shep namelijk het hoogste dorp in de Khumbu en de laatste stop voor het base camp.
Vlak achter het dorp ligt een hoge heuvel, Kalla Pathar, vanwaar je een van de beste uitzichten over de Everest hebt. Eind van de middag ben ik omhoog gegaan, om de zonsondergang te kunnen zien. Na een klim van anderhalf uur bereikte ik de top, 5550 meter, het hoogste punt dat ik in de Himalaya zou bereiken, en daarmee ook het hoogste punt dat ik ooit in m'n leven had bereikt.
Mount Everest was vanaf hier zo dichtbij, voor je gevoel kon je er zo naar toe wandelen. De berg leek ineens helemaal niet zo bijzonder meer. De top van Everest is vrij plat en vergeleken met de omringende bergen een stuk minder mooi. Door het vertekende perspectief leek hij zelfs lager dan de Nuptse die er naast ligt. Desondanks was het idee zo dicht bij 's werelds hoogste berg te staan indrukwekkend. Hemelsbreed was ik misschien nog geen 10 kilometer van de top verwijderd. Onvoorstelbaar.
De zonsondergang gaf de horizon een mooie gloed en de Everest kleurde langzaam oranje. Na bijna een uur op de winderige top te hebben gezeten en de zon volledig verdwenen was, ben ik weer afgedaald. Ik was vergeten hoe snel het donker werd zodra de zon onder was en de laatste 100 hoogtemeters heb ik in het pikdonker moeten afdalen. Zonder ongelukken bereikte ik de lodge, waar een stuk of tien andere backpackers verbleven. Aangezien Gorak Shep op de "normale" route naar het base camp ligt, zijn de dorpjes hier een stuk drukker. Ik raakte aan de praat met een groepje jongeren, waarvan een aantal in belabberde staat verkeerde. Ze waren te snel gestegen en hadden last van hoogteziekte. Bij twee was het zelfs zo erg dat ze al de hele dag moesten overgeven. Ik was blij dat ik de tijd had genomen goed te acclimatiseren om dit soort situaties te voorkomen.
Helemaal immuun voor de hoogte was ik ook niet. Hoewel de bergpassen waar ik was geweest hoger waren, had ik nog niet eerder boven de 5000 meter geslapen, en dat merkte ik snachts ook. Met slechts 50% procent van de reguliere hoeveel zuurstof in de lucht duurde het heel lang voor ik in slaap kwam en werd ik een aantal keer wakker door ademnood. Het was ijzig koud in de slaapkamers en ook de wc's en kranen deden het niet door bevroren leidingen. In de afgelopen 9 dagen had ik nog geen douche gehad. De meeste lodges hadden geen warm water of vroegen veel geld voor een douchebeurt. Na een week heb ik er maar aan toegegeven de rest van m'n trek zonder douche te doen. Hoort er ook wel een beetje bij!
Geschreven door Milan