Dinsdag 1 augustus: Xinduqiao - Mazzel bij de monniken

China, Ganzi Zangzuzizhizhou


Vanmorgen maar geen ontbijt in het guesthouse (ei en pap), maar gewoon noodlesoep hier paar honderd meter vandaan. Iets meer smaak. We rijden naar het Juli klooster hier net buiten het dorp. Het is een redelijk groot complex, wel achterstallig onderhoud, alhoewel men bezig is goten en draken enz. van kitschering goudgekleurd blik te maken. We slenteren wat rond en komen bij de tempel uit. We hebben ongelooflijke mazzel. Op dit moment is er iemand bezig alle boterlampjes aan te steken, anders hadden we er zeker niet ingekund. Het is er prachtig, verstild. Als duidelijke aanwijzing dat het hier om de Gelukpa ordre gaat, de geelkappen, waartoe ook de Dalai Lama behoort, hangen er aan een paal 2 kappen. Verder zie ik in een hoek een stuk of 10 traditionele trommels staan waarop ze met zo’n merkwaardige halfronde stalen stok tikken, ook liggen er tussen de banken op een bepaalde plek cymbalen. Waar de enorme lange toeters zijn: die heb ik niet kunnen ontdekken. Wel lagen er overal op de banken keurig opgevouwen de bloedrode mantels van de monniken. We maken nogal wat foto’s en vinden een beetje verstopt ook nog een aantal mooie, oude muurschilderingen. Nog een beetje rondkijken buiten, ik begrijp nooit waar die enorme rijen stupa’s voor dienen. Eentje kan ik me wel voorstellen. We lopen nog wat rond en Tsering (Tswa) gaat navragen waar vroeger hier de luchtbegrafenissen werden gehouden. Dat is hier in de buurt alleen nog in Serta, maar daar komen we niet. Mogen we momenteel niet eens in als buitenlanders. Tegen de berghelling is een heel groot stuk, waar gebedsvlaggen zijn gespannen, daaronder is de plaats waar dus een van de monniken het lichaam van de overledene in stukken sneed, zodat de gieren het mee de lucht in konden nemen en opeten. Ik vind het wel wat hebben, zonder meer ecologisch verantwoord: geen energie nodig voor crematie, geen milieubelastende kist en je gaat zo weer op in de kringloop. Het is overigens niet de bedoeling dat iedereen daar bij is (al zeker geen vrouwen). Maar ja, als ik dan dood ga, moet Adrie mijn body naar Tibet slepen en dat is ook nogal wat.
We overhandigen nog alle oude leesbrillen die ik heb meegenomen aan een paar monniken om uit te delen, hoef ik daar ook geen dagen meer mee te slepen en er zijn vast wel oudere monniken of oudjes in het dorp die het kunnen gebruiken.

Affijn, we vervolgen onze tocht onder het murmelen van mani’s of mantra’s door onze chauffeur. Gister was hij zeker 3 kwartier bezig, met als gevolg dat binnen 5 minuten onze gids in diepe slaap was geraakt. Nu zat ik vooraan en de gids achter mij, deze keer deed hij zachtjes even mee, maar ik geloof niet dat hij daarna zat te pitten (kon het niet zien).

We reden naar een plaatsje niet ver van Xinduqao, waar een paar jongens die ook in een TCV (Tibetan Children Village) in India hadden gezeten zoals hij. Zij waren een jaar of drie teruggekomen en hadden dit met geld dat ze her en der geleend hadden opgebouwd. Zeer smaakvol en erg mooi. Vanaf daar hadden we ook een prachtig uitzicht over de graslanden. Het was alleen nog veel te vroeg om te lunchen, anders hadden we dat daar gedaan. Zonder TCV hadden ze echt de kennis niet gehad om zoiets op te zetten. Onderweg naar huis trakteert Tsering ons op een biertje die hij met korting had weten te kopen bij een hotel. We zitten nog lekker tot een uur of een met ons biertje in de zon te lezen en te relaxen. Dan rijden we naar, het is ons niet helemaal duidelijk. Maar ok, we komen in Tagong, het is ruim een half uur rijden. Bijzondere plek. Prominent een enorm klooster, maar dat gaan we nog maar niet zien want daar komen we op het einde van de reis weer. We eten dus allerhande Tibetaanse momo’s, gezellig en kletsen lekker met de eigenaar die Engels spreekt, maar ook Duits, want hij woont al 9 jaar of zo in Zwitserland en is getrouwd met een Zwitserse en is nu in de zomer hier waar hij een guesthouse, cafe, restaurant heeft. Het is gezellig, de momo’s zijn prima. Ik vraag of ik misschien een of meerdere kamers kan zien, wellicht om door te geven aan het reisbureau, maar het blijft bij het cafe (met veel verschillende westerse bieren) en oa Yakburgers met French fries… en natuurlijk Tibetaanse momo’s. De kamers zijn wel erg sober en hebben geen eigen sanitair, meer type backpack. Wel alles brandschoon, iedere dag schone lakens (Zwitserse maatstaf he, zegt hij trots). Hij zal hier geen jaren blijven denkt hij. De politie is zeer opdringerig aanwezig en overal hangen nu camera’s en daar houden toeristen niet van. Het is te onstabiel om hier echt een nering te vinden. Het guesthouse van Angela (EcoLodge waar we nog heengaan) is helemaal volgeboekt. Hij was er gister nog. Grappig.

Nu zitten we weer lekker op het terrasje en schrijf ik mijn verhaal. Morgen naar Litang, naar ruim 4000 m. goed dat we hier een extra dag hadden om te acclimatiseren en onder onze kamer wordt inmiddels nog heel rustiek het hooi verzameld en binnengehaald.


Geschreven door

Geen reacties bij dit reisverslag

 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.