Vanmorgen om 8:00 bij het ontbijt. Je kan brood roosteren en er staat jam, pindakaas, choco pasta en gekookte eieren, watermeloen, per plakje verpakte kaas een kan flink aangelengde jus d’orange siroop en cranberry sap. Uiteraard kunnen we ook weer gebruik maken van de oplos koffie. Op zich prima en op een lokatie als dit, mag je al helemaal niet klagen.
Om 9:00 uur gaan we met nog 2 stellen richting de rivier. Harry en ik op de laadbak met een stel en Manon en Giel in de auto met het andere stel. Het is nog best frisjes zo met de rij wind.
Als we bij de rivier komen staat Kamil al op ons te wachten. We moeten via een loopplank en het restaurant de boot in naar de overkant. We moeten even entree betalen, omdat het een national park is en ook €1 voor iedere camera/telefoon, een formuliertje invullen met alle namen en paspoort nummers en dan kunnen we gaan.
We lopen eerst nog een stukje door het resort met 160 huisjes. Kamil laat wat bloemen en planten zien met wat uitleg. De een maken ze pandan rijst van en de ander sluit zijn bladeren als je er aankomt of op blaast. Na een tijdje moeten we dan toch echt gaan klimmen. Het zijn wel trappen, maar, door de enorme vochtigheid en warmte is het best zwaar. Dan komen we op een splitsing en is het nog een kilometer naar de top, maar met een enorme klim. Manon besluit dat dit voor haar been niet een goed plan is en wacht op ons bij de Canopywalk, waar we straks nog over gaan.
Dan beginnen we aan de klim naar boven. We gaan al gauw off-road en volgen de trap niet meer. Het is echt rete zwaar en na een stukje pakken we de trappen weer.
Sommige stukken missen en Kamil vertelt, dat het is stukgelopen door de olifanten.
Soms is het dus wel even goed kijken, waar je je voeten neerzet. Eindelijk komen we dan op een uitzichtpunt. We rusten even wat en gaan dan toch nog een stukje verder. Niet zo stijl meer, maar wel gewoon tussen de boomwortels door en die zijn enorm hier.
Het tweede uitkijkpunt is echt mooi, maar na wat foto’s gaan we weer aan de terugreis beginnen. Dat gaat wat sneller en we wijken niet meer af van de trap.
Dan komen we terug bij Manon. Behoorlijk gesloopt, probeer ik nog even leuk te doen voor de film, die Manon maakt van onze terugkomst, als ik een afstapje mis. Gelukkig blijf ik overeind, maar voor de film toch leuk genoeg 🫣
Dan de Canopywalk op. Het zijn een aantal bruggen, bestaande uit planken, waar je overheen loopt die in een soort net hangen. Je gaat langzaam steeds verder omhoog en Kamil vertelt later, dat de hoogste 40 meter boven de grond hangt en 50 meter lang is.
Dan lopen we weer terug naar waar we gestart zijn en varen weer naar de overkant.
We moeten daar nog even wachten op de eigenaar van het guesthouse, omdat hij ons nog een voucher komt brengen, voor de boottocht van vanmiddag.
We hebben nog ruim 1,5 uur en besluiten bij het restaurant te gaan eten, waar we ook worden opgehaald. Deze ligt nog redelijk op zijn plek, maar we moeten wel via een loopplank aan boord komen en dan door de keuken naar binnen.
De menukaart is wederom veel belovend en we maken ons al geen illusies. Toch is alles gewoon te krijgen. De rijst komt af en toe onze oren uit, dus dan maar patatjes. Alleen Harry gaat toch nog voor de rijst.
We nemen nog wat te drinken als we wachten tot het tijd is. Er is genoeg vertier met alle bootjes die aan- en afvaren en de enorme stroming, die er is.
Er zitten heel wat Maleisische mannen, maar voor ons is het niet helemaal duidelijk of de gids van ons erbij zit. Als Manon het gaat vragen en roept hij iemand, die iets verderop op het water “geparkeerd” staat.
Ze komen onze kant op en we stappen compleet met zwemvest in een platte boot. We zijn met zijn vieren en een gids en een bestuurder van het bootje. Het instappen is nog een heel gedoe op zo’n platte boot, vanaf het restaurant, maar het is gelukt en we kunnen gaan.
We stoppen na een tijdje en de gids wijst ons op de hoogste boom van Taman Negara. De boom was wel 700 jaar oud en 90 meter hoog. Je hebt 28 mensen nodig om een kring om de boom te maken. De wortels zijn enorm en hij maakt dan ook een foto van ons viertjes tussen de wortels in.
Het was al een hele prestatie om er te komen, want je moest de oever op klimmen en door de regen en de klei-achtige grond was het nog best een uitdaging. Gelukkig ging er een soort touw, waar je je aan kon optrekken. Gelukkig is dit niet gefilmd😂
We stappen met onze blubber schoenen weer in de boot en na een tijdje spot Giel een varaan op de kant. Super gaaf. Door de enorme stroming kunnen ze alleen niet lang op 1 plek blijven drijven en varen we weer veel te snel verder. De volgende stop kan je vissen voer halen en grote vissen voeren. Voor ons veel belangrijker……..je kan hier plassen.
En weer door. Af en toe golft er een plonsje de boot in en niemand heeft meer droge billen. Als het ook nog gaat regenen doet Harry zijn regenjas aan. Alleen al leuk voor de foto. Gelukkig is het snel weer droog.
De volgende stop wordt ook weer een uitdagende route naar een soort stroomversnelling. Manon gaat dit keer ook mee en gaat op het eind zelfs voor de full experience. Via een touw met knopen laten we ons langs een rots zakken. Straks maar even zien hoe we terugkomen. 😇
We maken wat leuke foto’s en dan weer terug. Dat gaat via het touw eigenlijk eenvoudiger dan we dachten. Hier en daar nog wat klauteren en glibberen, maar ook deze kunnen we afvinken. We zijn wat langer weggebleven dan de bedoeling was en toen we terugkwamen lag ons boot bestuurder te slapen.
Dan kunnen we aan de terugtocht beginnen. We worden weer afgezet bij het restaurant, waar we weer door de keuken het drijvende restaurant verlaten.
Manon belt de eigenaar van het guesthouse om ons op te halen en wij proberen de tijd nuttig te gebruiken om onze billen in de zon te laten drogen. Want in tegenstelling to gisteren is het vandaag een overwegend zonnige dag.
Terug bij het guesthouse gaat Manon vast douchen en de natte kleding hangen we even op de rekjes buiten in de laatste zon. Als ik wil douchen is er geen water.
Maar Giel komt even kijken en ontdekt dat er een kraantje dichtgedraaid zit, die open zou moeten. Nou douchen en eten dan maar.
Het eten is weer oké, maar wel erg veel taugé vanavond.
We kraken nog een potje en dan rekenen we vast ons verblijf af. De kamers waren al betaald, maar de excursies en het drinken moeten we nog even afrekenen. Alles bij elkaar komen we dan op iets meer dan €100 per persoon. Daar hebben we dan 3 excursies voor gedaan en 2 nachten geslapen met ontbijt en diner. Prima deal!
We hebben nog 2 flessen water voor morgen gekocht bij hem, die hij nog na komt brengen, omdat we die vergeten waren.
Morgen gaan we weer om 8:00 ontbijten en kunnen we nog rustig de rugzakken inpakken, want om 10:10 worden we opgehaald om terug te gaan naar Kuala Lumpur. Dan zitten onze 3 weken er bijna op.
Door alle inspanning zullen we slapen als een roosje, denk ik.
Geschreven door HarryenIrmagaanweereens