Heel gek, maar we werden allebei met ontzettende keelpijn wakker vandaag. Al sinds het vliegtuig doet onze neus zeer van de droge lucht, daar hebben al die airco's niet echt bij geholpen en het alleen maar erger gemaakt. Nu maar hopen dat het wegtrekt. Want er stond weer een lange dag voor de boeg. Vandaag gingen we naar Seqoia National Park. Dit park staat bekend om die gigantische mammoetbomen genaamd seqoia en ligt in het westen van de Sierra Nevada gebergte. Maar voor dat we dat gingen doen, moesten we op zoek naar het ontbijt in ons motel. Dit was namelijk aardig goed verstopt, want het was een echt doolhof. Ergens op een verdieping, drie rondjes door de gang, oversteken over het dak van de garage en toen zagen we een ruimte waar een wafelijzer en koffie apparaat stond. Dat moest het wel zijn. Snel even een wafel naar binnen gewerkt en daarna gelijk ons weer klaar gemaakt voor de nieuwe dag.
Het was ongeveer een anderhalf uur rijden voordat we het begin van het park hadden bereikt. Om echt bij de bomen te komen, moesten we eerst 70 kilometer door gebergte rijden met hele scherpe haarspeldbochten en scherpe slingerweggetjes, scherper dan die we al eerder hebben gehad. Nu moesten we voor die bochten aardig onze snelheid minderen, tot je bijna stilstond. En dit dan ook terwijl je omhoog verder de bergen in moest en de afgrond steeds hoger werd. Ik had nooit gedacht dat ik ooit in het buitenland zou rijden, laat staan op zulke spannende smalle weggetjes waar bij een verkeerde beweging je zo naar beneden kan kukelen, maar ik moet zeggen dat het toch aardig te doen was.
Op een gegeven moment zag ik dat we een hoogte van 6000 ft hadden bereikt, wat bijna 2 km was. Aardig hoog dus. En dat maakte het uitzicht echt super mooi. Dit landschap hadden we nog niet eerder gezien, bossen vol met groene bomen en toch veel herfstkleurige bomen er tussen. De geur van verse dennenaalden kwam ons ook tegemoet, het leek wel alsof we zo'n luchtverfrisser in de auto hadden hangen, zo lekker rook het.
Volgens Google zou het maximaal 7 °C worden, dus we hadden onze lange broeken en truien al aangetrokken. Maar in plaats van de temperatuur naar beneden zien bewegen in de auto, zagen we hem juist alleen maar omhoog gaan. Bleek het gewoon mooi 19 °C te zijn. Waren wij even mooi gefopt zeg. Bij de eerste stop was het in principe nog wel goed vol te houden met de trui aan, want de bomen zorgden voor veel schaduw.
We werden al vrij snel begroet door die mega grote kanonnen van bomen. Op de weg er naartoe al, je voelt je echt mega klein naast zo'n boom. Niet dat wij groot zijn, kun je nagaan hoe wij ons wel niet hebben moeten voelen!
We liepen verder het bos in via een pad die al vaker was gelopen. We zagen heel veel bomen en planten die nog springlevend waren, maar ook veel bomen die in de fik hebben gestaan ooit, deze waren helemaal zwart en dood. Maar ondanks deze zwartgeblakerde bomen, was het waanzinnig mooi om al die bomen, die gigantische bomen, bij elkaar te zien. Hoe het licht tussen de bomen door scheen, hoe stil en rustig de omgeving wel niet was (jaja we waren weer de enige in dat stukje) en hoe meer je ging letten op elk gekraak die je in de verte hoorde. Want in dit mooie landschap leven veel dieren, waaronder de zwarte beren. En die wil je denk ik niet zo face to face tegen komen. Deze beren weten inmiddels al dat waar mensen zijn er ook eten te halen valt, denk maar aan Yogi bear, dus die deinzen niet terug van wat kleine mensjes zoals wij. Het leek ons aan één kant super vet om een beer tegen te komen uiteraard, maar ik denk dat we het anders niet hebben kunnen navertellen. De enige diertjes die we zagen waren hele kleine eekhoorntjes, van die knabbel en babbels, die razendsnel door het bos heen renden.
We klommen nog even omhoog, weg van het pad, maar het liep voor geen meter en we bleven steeds aan dode struiken met prikkels hangen met onze sokken en broeken. Dus dit hielden we niet lang vol en liepen toen weer terug richting de auto om vervolgens door te rijden naar het volgende punt.
Het volgende punt was bij de bekendste en grootste seqoia boom. Hij had zelfs een naam en die heb ik niet eens voor hem verzonnen. Nee als ik dat zou doen, dan had hij Wilbert geheten. Nee dit was General Sherman, waarschijnlijk ooit vernoemd naar een gozer genaamd Sherman. Deze beste Sherman was echt gigantisch! Je kon hem niet eens normaal en in zijn geheel fotograferen. Zo bizar groot en bijzonder om te aanschouwen. We genoten zo van deze natuurschoonheden, maar we moesten ook de tijd in de gaten houden. Want we wilden wel die bergen uit zijn voordat het donker werd. Want die slingerweggetjes zijn overdag al geen pretje, laat staan in het donker. Dus we vertrokken na de Sherman boom weer richting de normale weg, richting ons nieuwe motel voor de nacht in Madera. Dit lag op ongeveer 2 uur rijden van Seqoia National Park en bereikten hem ook een keer weer eens in daglicht.
We kwamen aan en het eerste wat we hoorden was een trein die voorbij sjeesde. De treinen zijn hier ellendig lang en rijden altijd met zwaar getoeter voorbij. Iets wat je op kilometers afstand kon horen, wat uiteraard hun bedoeling was zodat iedereen wist dat ze aan de kant moesten. Maar wat minder prettig was, was dat het spoor echt letterlijk langs ons motel liep. En het lijkt niet chill om continu wakker gemaakt te worden door een voorbij sjezende trein. Maar volgende de receptioniste houdt het in de avond op. Nou dit is iets wat we dan moeten meemaken.
Geschreven door Nies