Zondag zijn we aan de route door Puglia begonnen. We rijden van noord naar zuid, soms langs de kust, maar ook uitstapjes naar het binnenland. Het eerste deel is Parco Nazionale del Gargano, de spoor van de Italiaanse laars. Gargano wordt ook wel de Heilige Berg genoemd. Hier verscheen aartsengel Michaël voor het eerst op Europese bodem. Ook het werkterrein van Padre Pio, dé heilige van Zuid-Italianen lag in de Gargano.
Vanuit Lesina zijn we zoveel mogelijk langs de kust gereden. Na Lago di Lesina kwamen we via Torre Mileto bij Lago di Varano. De Torre was al van ver te zien. De kust van Gargano is prachtig met mooie stranden, hoge rotsen en een azuurblauwe Adriatische Zee. Na Lago di Varano zagen we eerst het plaatsje Rodi Garganico en daarna Peschici liggen. Vanaf deze plaats reden we het binnenland in. Het landschap was prachtig groen. Na een aantal haarspeldbochten kwamen we weer aan de kust. We zijn ten zuiden van de plaats Vieste gestopt bij camping Village Adriatico. We hadden een andere camping uitgezocht, vlakbij Vieste, maar deze was helaas nog gesloten. Veel campings en camperplaatsen gaan in Puglia pas in mei open. Gistermiddag hebben we de Nordic walking stokken gepakt en zijn we over het strand naar Vieste gelopen. In het toeristenseizoen gaan er rondvaartboten vanuit Vieste naar de grotten langs de kust. Maar helaas is de zee op dit moment te wild, daarom wordt er de komende week niet gevaren.
Vanmorgen zijn we eerst verder langs de kust gereden en daarna afgedraaid naar Monte Sant’Angelo, een route met veel haarspeldbochten. De Monte ligt op een hoogte van 796 meter. De touringcar die voor ons reed, had in de bochten regelmatig beide weghelften nodig. Door te claxonneren waarschuwde de chauffeur eventuele tegenliggers. We konden parkeren bij Castello di Monte.
Monte Sant’Angelo is een pelgrimsoord. Een groot aantal pelgrimspaden doorkruist het gebergte. Vroeger was er alleen maar bos met middenin een tamelijk grote grot, waar in de 2e en 3e eeuw n.Chr. bloedige stierenoffers werden gebracht. In de ontstaanslegende van het Santuario di San Michele Arcangelo duikt een stier op. Een boer en zijn knecht vonden voor de grot een weggelopen stier. De boer vuurde een pijl af op het dier, maar die pijl maakte halverwege plotseling rechtsomkeert en verwondde de boer zelf. Niet lang daarna, op 8 mei 490, verscheen de aartsengel Michaël in een droom aan de bisschop van Siponto en verkondigde dat de grot voortaan onder zijn bescherming stond en zou dienen voor zijn verering. De Monte Saint’Angelo, Berg van de Heilige Engel, is sindsdien een pelgrimsoord. We hebben de grot, het museum en de cripta bezocht. Toen we weer buiten waren, zagen we veel delicatessenwinkeltjes met speciaal brood en kaas. Het brood wordt volgens een lokaal recept gebakken. Ook de kaas is van lokale boeren. Het smaakte heerlijk!
De volgende plek die we vandaag bezocht hebben, was San Giovanni Rotondo. Hier woonde en werkte Padre Pio van 1916 tot 1968. Al tijdens zijn leven werd hij als een heilige vereerd. Met geld van giften nam hij in 1956 het initiatief tot de bouw van het Casa del Sollievo della Sofferenza, een modern ziekenhuis. Na de dood van Padre Pio werd het plaatsje een pelgrimsoord. De kerk werd al snel te klein voor de vele pelgrims, daarom werd architect Renzo Piano, bekend van Centre Pompidou in Parijs en Nemo in Amsterdam, benaderd om een nieuwe kerk te ontwerpen. We hebben deze in 2004 ingewijde Chiesa Nuova (Nieuwe Kerk) vanmiddag bezichtigd. De kerk biedt plaats aan 7000 mensen en op het voorplein passen nog eens 30.000. Na de Sint-Pieter in Rome is het Europa’s grootste kerk. De Chiesa Nuova is erg indrukwekkend. Het deed ons denken aan de moderne kerk in Fatima in Portugal en de ondergrondse kerk in Lourdes. In de cripta van de Chiesa Nuova is de tombe van Padre Pio, die in 2002 heilig verklaard was.
Vanaf San Giovanni Rotondo zijn we weer naar de kust gereden. We zijn op camperplaats Lido Salpi ten zuiden van Manfredonia. Het was een mooie rit van 130 kilometer.
Geschreven door Jajo.op.reis