Gisteren zijn we vanuit Fatima naar Mafra gereden. Mafra ligt in de omgeving van Lissabon. Omdat we 4,5 jaar geleden een week in Lissabon zijn geweest, gaan we er nu niet weer heen, ook al is het een erg mooie stad. We zijn toen ook naar Sintra geweest, we hebben geen behoefte om de paleizen daar nog een keer te bezichtigen. Mafra is bekend van het Palácio Nacional de Mafra. We zijn wel nieuwsgierig naar dat paleis.
Palácio Nacional is een koninklijk paleis, klooster en basiliek in één gigantisch bouwwerk met 1200 kamers met 4700 deuren en vensters en 158 trappenhuizen. Het is gebouwd in opdracht van koning Joāo V, toen het goud uit Brazilië binnenstroomde. De bouw startte in 1717 en duurde tot 1730. Het is gebouwd met kalksteen en marmer uit de omgeving. Een deel van het complex is toegankelijk voor publiek. Het gigantische bouwwerk is niet te missen als we Mafra binnen rijden. Bij het complex zijn grote parkeerplaatsen en ook een camperplaats.
De basiliek is in het midden van het complex gesitueerd. Daar zijn we eerst naar binnen gegaan. Daarna hebben we het paleis en het klooster bezichtigd. We hebben door veel gangen en zalen gedwaald. De ruimtes waren ingericht zoals het destijds geweest zou kunnen zijn, met veel antiek en veel kunstwerken. We hebben ons verbaasd over de vele jachttrofeeën in één van de brede gangen. Ook de stoelen en banken van hertenleer met geweien waren apart om te zien. In het klooster viel de ziekenzaal voor monniken op. De laatste ruimte die we bezochten was de bibliotheek. Een enorme brede, lange ruimte met wanden vol met boeken. Alleen de ingang van de ruimte was open voor publiek. We konden geen boeken uit de collectie van 30.000 stuks bekijken, alleen een kijkje nemen in de immense ruimte.
Na alle indrukken zijn we koffie gaan drinken bij een banketbakker met cafetaria. Daarna zijn we teruggegaan naar de camper. Er stond al een paar dagen een koude noordenwind, geen Spaanse temperaturen meer. De camperplaats was volop in de wind. Het was niet aangenaam om daar te blijven. We zijn verder naar het schiereiland Peniche gereden. Ook daar waaide het hard, maar de ommuurde camperplaats was redelijk beschut.
Aan het eind van de middag zijn we naar de haven gewandeld om te informeren naar de overtocht naar het eiland Berlenga. Omdat het vrijdag windkracht 6 was en er geen boten voeren naar het eiland, waren we benieuwd of zaterdag de overtocht wel gemaakt kon worden. Volgens het ticketbureau zou er zaterdag zeker gevaren worden, de wind zou iets minder zijn. We konden kiezen of we ‘s ochtends of ‘s middags wilden gaan. Het is niet toegestaan om een hele dag te blijven, er mogen maximaal 350 bezoekers tegelijk op het eiland zijn. De boten wachten bij het eiland en dezelfde passagiers gaan mee terug. In de ochtend zou het minder hard waaien maar was de zee wilder en in de middag andersom. We kozen voor de langzame boot van 9.30 uur, de snelle boot van een half uur later was al vol. Toen we tickets hadden gekocht, zijn we vanaf de haven naar de westelijke punt, Cabo Carvoeiro, gewandeld. Het was een fikse wandeling langs de vestingmuur en over de kliffen in de harde wind. Terug hebben we de kortere route met meer beschutting door het stadje genomen.
Vanmorgen stond er nog een harde wind, maar minder dan gisteren. We waren benieuwd met welke boot we naar Berlenga zouden varen. Het was maar een klein bootje, er konden 20 passagiers mee. De boot voer eerst langs het schiereiland, er stond al behoorlijk veel wind en redelijk hoge golven. Toen de kapitein koers zette naar Berlenga werden de golven hoger. De boot ging op en neer. Het was geweldig om te zien en mee te maken. Maar het was ook fijn om het haventje van Berlenga binnen te varen. We waren blij dat we niet met de snelle boot waren gaan. Natuurreservaat Berlenga ligt 10 kilometer uit de kust. De rots van ongeveer een kilometer lang steekt 88 meter boven zee uit. Het is een verblijf- of halteplaats voor talloze (trek)vogels.
We hebben vanuit de haven eerst met een kleine boot een vaartocht langs de grotten gemaakt. De boot legde aan bij het fort Sāo Joāo Baptista. We zijn boven op het fort geweest en daarna zijn we aan de terugtocht over de rots begonnen. Het was 300 treden omhoog. De afdaling naar de haven ging gemakkelijker. Het uitzicht boven op de rots was prachtig. We zijn nog langs het mooie strandje gewandeld en hebben op een terras gewacht op de terugvaart. De boten lagen voor de kust te wachten en kwamen één voor één naar het haventje. De zee was nog ruw, de golven waren nog hoog en het waaide weer hard, maar de boot deinde meer met de golven mee. Het was weer een spectaculaire vaartocht!
De trip naar Berlenga was een geweldige ervaring, zowel de overtocht als het verblijf op het eiland.
Geschreven door Jajo.op.reis