Dit is niet mijn laatste verslag, maar wel
via de email aan jullie. Inmiddels ben ik uitgewandeld. En na dit verhaal ga ik met de bus door Noord Spanje van stad naar stad. Geen 'grote avonturen' 😜 meer, denk ik. Vanaf 27 mei begint het vrijwilligerswerk, net over de grens, in Frankrijk. En ik schrijf het wel op dus als je mee wilt lezen, kun je af en toe kijken of ik wat geupload heb.
Woensdag 15 mei.
Vandaag met de bus van Muxia naar A Coruña, om te beginnen aan de Camino Inglès (Engelse Camino), 4 dagen lopen.
's Ochtends vroeg in de herberg Sylvie nog gedag gezegd bij de toiletten, beiden met slaperig hoofd. Eigenlijk weinig gekletst hiervoor maar het gevoel is goed. Die 10 minuten tussen de douches en toiletten meer van haar te weten gekomen dan de korte momenten in de week daarvoor.
Daarna ontbijt in een café. Gevraagd waar de bushalte is. Oja, als je het wéét zie je het, maar anders heel goed zoeken.
Ik nog denken: niks vergeten?
Zit ik 5 minuten in de bus: shit mn stokken! Ik wíst dat het een keer mis zou gaan. En dit is wel heel onhandig. De eerste keer dat de bus stopte was in Cee na ongeveer 20 minuten, daar moest ik overstappen. Ik via google translate aan de chauffeur gevraagd hoe ik weer terug kwam in Muxia. Nou ja. In Cee een uur wachten. De bussen rijden soort van rondjes hier. En als je pech hebt ben je heel lang onderweg. Nu was het nog vroeg, maar geen garantie over het tijdstip dat ik in A Coruña kan zijn. Hoe erg is het lopen zonder stokken? Niet handig, vooral niet met de regen.
Toen ik de bus uitstapte en met mijn rugzak op een bankje plofte naast een andere peregrina begon ik tegen haar te kletsen dat ik terug moest naar Muxia voor mn stokken. Zegt zij: je mag de mijne. Ik heb ze niet meer nodig. Ik ga nog een paar dagen naar een stad en dan naar huis. Deze heb ik in St Jean gekocht, waren niet duur. Thuis heb ik nog andere stokken.
Wauw!
Ik wilde ervoor betalen, dat wilde ze niet. Maar ik kon wel iets geven voor haar sponsorloop. Ze liep voor een project van Plan. Voor de opvoeding en scholing van jonge meisjes. Mooi, dan doe ik een donatie. Dus zo gezegd zo gedaan bij de bushalte. Hoe mooi kan het gaan?! En daarna samen koffie gedronken. Met Sara dus, uit Ierland.
En ik Sylvie weer geappt of zij batons nodig had. Of iemand anders wist. En inmiddels bedacht ik dat ik ze ook op zou kunnen halen als ik terug ben in Santiago, over 5 dagen. 'Even' met de bus heen en weer naar Muxia.
Het is niet zo ver, maar bustijden zijn hier erg ondoorzichtelijk. En écht afscheid nemen van spullen is nog niet zo makkelijk. 😉
Ok, door naar A Coruña, de hoofdstad van Galicië, een hele grote stad. Het was een tochtje van zo'n 2 uur met de bus door allerlei kleine dorpjes. Meeste tijd regende het. Uitzicht grauw en grijs.
Gelijk met mij kwam er nog een groep van 8 Fransen aan. Die bleken deze camino al gelopen te hebben en gingen nu vanaf Coruña naar huis. Ze vertelden dat het mooi was, veel lopen op asfalt en dat ik alleen geen moeite zou hebben een slaapplaats te vinden. Inderdaad, er liepen best veel mensen dus. Een heel ander verhaal dan de 2 Duitse dames, maar ja we zijn inmiddels al weer 2 weken verder in het seizoen. Ik ga het zien.
De rest van de middag in de stad door gebracht. Door de straatjes van de oude stadskern gelopen. Uiteraard veel oude gebouwen en kerken. Langs de haven en uiteindelijk nog naar de Torre de Hercules. Een vuurtoren waarvan de basis door de Romeinen is gebouwd. 1900 jaar oud. Ongelofelijk. Inmiddels was het gaan regenen en ik had mn regenjas in het hotel laten liggen. Het werd een lange wandeling langs de boulevard en een korte blik op de toren. Rechtsomkeerts hotelwaarts.
Donderdag 16 mei
Het regende. Niks bijzonders inmiddels. Eerst ontbijt genuttigd vlak naast het hotel. Toen op pad. Lekker om weer te lopen na 2 dagen niet/minder. Had last van mn knie. Mmm, toch met de bus? Ik hoef tenslotte helemaal niks. Wat loop ik hier überhaupt in de regen? Als ik alleen maar loop om te lopen kan ik beter stoppen.
Die gedachten bleven een poosje in mijn hoofd en verdwenen weer, net als de pijn in mn knie. En na verloop van tijd verdween ook de regen.
Het eerste stuk was nog door de stad en daarna allerlei min of meer aangeplakte voorstadjes. Ik kwam bij een meertje 3 Engelse vrouwen tegen. Even gekletst. Die hadden in Engeland ook een Camino gelopen (bij/naar/van Canterbury) en dan met vliegtuig naar A Coruna om de weg naar Santiago te vervolgen. Vandaar ook de naam van de camino. Én vandaar het Engelse weer, werd er achteraan gegrapt.
Aan het einde van een park een oude brug. 'El puente del Burgo'. Dat Coruña een rijke geschiedenis heeft en diverse veldslagen heeft doorstaan had ik al begrepen. Jorg uit Berlijn, een camino vriend van 6 jaar geleden was jaloers appte hij, want hij zou graag om deze geschiedenis de stad willen bekijken. Ik stuurde een foto van de brug die bij een slag om Coruña een belangrijke rol had gespeeld en een tekst over dat ene Sir John Moore hier het leven liet. En even later kreeg ik de hele geschiedenis van rond 1800 kort beschreven in het Engels opgestuurd. Handig hoor, van die informatiebronnen die meelezen. 😄
Naarmate ik verder liep werd het stedelijk gebied kleiner, meer dorpjes en meer groen. Liep langs één van de startbanen van het vliegveld. De vliegtuigen stijgen daar op tussen de huizen door. 😱 Is dat bij Schiphol ook zo dichtbij?
Aardige dorpjes, kleine kerkjes, soms van die nisjes met heiligen. Ik las dat dat het een typisch Galicisch architectuur is om de zielen eer te bewijzen. Er werden vroeger allerlei aalmoezen afgegeven zoals eten, kaarsen, bloemen. En met het geld van deze aalmoezen werden weer missen gehouden, voor de doden, om er ook zeker van te zijn dat de ziel de hemel zou bereiken en ook weer tengunste van degene die de aalmoes gaf of uiteindelijk de mis geregeld had.
Kwam na 21 km aan bij de gemeenteherberg in Sergude.
Gezien mijn eerdere ervaring met deze herbergen en vooral de hospitaleros waren mijn verwachtingen niet al te hoog gespannen. Ik zag één paar schoenen staan: das niet al te druk. 😏 Achter het glas bij de receptie zat een vriendelijke jongedame, die mij in het Engels te woord stond. Type: student. Ze was bezig op haar Ipad. Alle handelingen werden afgehandeld. Ik kreeg een zakje met de papieren lakens en ze wees naar verderop in de gang. Ik vroeg nog: douches? Allemaal dáár! Nu was dat ook zo en sprak het voor zich: je trekt 2 deuren open en ziet waar wat is. Maar echt: ze is haar stoel niet afgeweest. Alsof ze bij de bank werkt. Wat een afschuwelijke baan moet dat zijn. De hele middag in je hok. In de ochtend hoop ik dat ze een rondje schoonmaak doet.
Ook hier een flitsend nieuwe keuken, alles erop en eraan qua apparatuur, maar geen mes, bord of pan te vinden. Volkomen nutteloos dus.
Op de slaapzaal kennisgemaakt met Pepe.
Hij heet eigenlijk Joseph. Jozef is de vermeende vader van Jezus: padre putativo, afgekort P.P., legde hij uit.
Pepe kwam uit Barcelona en sprak ook Frans, dat was een meevaller; we konden communiceren. Na een uurtje kwamen er nog 2 dames bij uit Dublin.
Pepe wist te vertellen dat er een bar was vlakbij de herberg. Oh, ik wist het niet en had daarom tussen de middag ergens warm gegeten onderweg. En ik had in Coruna brood gekocht en beleg. Maar een biertje kan altijd. Dus hop naar de bar. Pepe bleek een gezellige babbelaar. En in het Frans ging dat prima. Ik kwam er achter dat hij er erg van houdt andermans kennis op allerlei vlak bij te spijkeren. Ik vond het wel best, het ging niet op een irritante manier. Na een poosje kwamen de Ierse vrouwen erbij. Toen werd het gesprek wat ingewikkelder met een mix van Spaans, Engels en Frans. En het was best gezellig. De andere 3 bestelden eten. Ik dacht ik eet straks boterhammen. Toch het toetje geprobeerd: witte zachte kaas met kweepeergelei. Heel bijzonder.
Vrijdag 17 mei
Die ochtend: hozen, hozen, hozen. Pepe vertrok als eerste en ik was kwartier later klaar, maar heb gewacht. Niet te doen! Ben de regen nu wel gewend maar als je na een half uur al een zwembad in je schoenen hebt is de dag wel erg lang met natte voeten.
Het werd droog en ik ben gegaan. Als het net geregend heeft is het ook erg mooi buiten. Vooral bloemen waar druppels aan hangen.
Kwam langs een wei met koeien en stieren met supergrote horens. Flinke jongens!
Het duurde even voor er ergens een bar open was. Het bleek een feestdag, de dag van de Galicische literatuur. 🙄
De eerste stop in As Travesas in Casa Avelina, na zo'n 10 km. Pepe kwam net naar buiten, die had koffie en ontbijt binnen. Het café wordt gerund door 2 zussen. En één van hen zorgde speciaal voor de pelgrims. Een kleine vrouw, schort voor, kwam met van alles en nog wat aandragen: Krukjes voor de moeie benen. Kranten meegeven voor de schoenen. Natte jassen op de kapstok. Ze kwam koekjes uitdelen. Ze liep lekker te zorgen, met een big big smile. Wat heerlijk om mee te maken. Ik hoorde dat ze op facebook een bekendheid was.
En aardig wat pelgrims daar: vlak hiervoor kwamen de routes uit A Coruña en Ferrol samen in één route. De Ierse dames Elisabeth en Veronica nog gezien.
Een dorp verderop stond op een grasveld rondom een kroeg allerlei beelden opgesteld. Gebeeldhouwde, maar ook allerlei ander spul, zoals een kunstwerk met kleine tractors en een grote dino. Meteen een bezienswaardigheid in zo'n klein dorp.
Voor de overnachting weer een gemeenteherberg. Helaas geen andere keuze. Een pension in de buurt was vol, een andere was me te duur. Dit keer wel een mooi gerenoveerd, oud gebouw. De dame achter de receptie keek mij bij binnenkomst aan met een blik van: wat kom je doen? Wat een sjacherijnig wijf. Kortaf, duidelijk geïrriteerd dat ik geen Spaans sprak. En ik dacht, de zoveelste die ongemotiveerd dit werk zit te doen. Het bleek dat zij best Engels sprak, maar ze had er weinig zin in. Nou ja, dat ze mn paspoort nodig had en het een tientje kost om te overnachten wist ik inmiddels. Deze dame kwam nog wel dr hok uit om me rond te leiden. Dat dan weer wel.
En 's avonds kwam ze voor haar vertrek nog even 'gezellig' een praatje maken vooral met Pepe en een Italiaans stel.
Er was ook nog een Japanse man, maar die liet zich niet zien. Mooie herberg, alles vrij nieuw. Ook de keuken, maar wederom: geen spullen om te koken of te eten. De anderen bestelden pizza en hamburgers wat werd 'thuisbezorgd', en ik aan de laatste boterhammen. Beetje droge hap. Met zn 4en gegeten. Gesprek vooral in een mix van Spaans, Italiaans en af en toe Engels. Niet alles kunnen volgen is soms wel lekker 😉
Zaterdag 18 mei
Het Italiaanse stel zou vroeg vertrekken want wilde 32 km lopen naar Santiago. Maar het regende wederom zó hard. Dus die bleven ook een beetje plakken. Zij gingen eerst, toen de Japanner die geen boe of bah zei, dan Pepe. Ik vertrok als laatste. Voelde me ook nog verantwoordelijk: ging een rondje doen of alle lampen uit waren. Ach nou ja, door al het geteut was het wel droog inmiddels. Beter.
Ik heb één foto van deze dag. Bij binnenkomst in Sigüeiro. Veel regen dus, in de middag zon. Wel lekker gelopen.
Eindelijk weer een beetje een stadje, maar niet heel mooi of gezellig.
Toen ik aankwam zat Pepe bij het eerste beste café aan het bier. Bakkie koffie is ook niet verkeerd. De albergue was dichtbij. Een privéherberg, en we hadden beiden, tegen meerprijs 😆 een gewoon bed in een kamer met 6 bedden. Mmm, niks geen garantie voor lekker slapen. Er waren 5 bedden bezet. We deelden met de kamergenoten één badkamer, met 2 douches en één toilet in één ruimte. De gehele ruimte kon op slot en de afzonderlijke douches ook. Maar geen plek om iets (droog) op te hangen in de douche, dus omkleden moest dan in de badkamer. Pepe zei: we kunnen tegelijk in de badkamer. En ik had het toilet wel gezien maar niet geregistreert. Haha het werd een gegoochel met: waar laat ik mn tasje met schone kleren, mn handdoek en alles wat ik nu uittrek. Alles lukte. Pepe was eerder klaar en verliet de badkamer. Ik heb na het douchen mn tasje met droog spul naar binnen gehengeld. En me in de douche aangekleed. En toen raakte ik de handel van de kraan. Gats! Natte plens. Ik hoorde iemand binnenkomen en aanstalten maken van toilet gebruik te maken. En ik was even vergeten dat er verder geen deur meer tussen zat. Dus ik kom de douche uit, staat daar een man met zn broek open. Oh sorry, sorry. 😂 Super ongemakkelijk! Nouja, hij haalde zn schouders op en ik snelde de douche uit. Daar is niet over nagedacht, over die badkamer. Wasje gedaan en daarna het stadje in. Ergens iets gegeten. Terug naar de herberg en in de keuken zitten puzzelen hoe ik het de komende week ga doen: waar ga ik naar toe? Merkte al dat treinkaartjes niet te krijgen zijn via internet. Bus is daarbij ook goedkoper dan de trein. En een overnachting in een stad is best prijzig, als je niet (meer) op een slaapzaal met tig bedden wil.
Er kwam een man uit Zwitserland aan tafel zitten met een tas vol zakjes en etenswaar, om zijn lunch klaar te maken. Bleek dat er ergens in die tas een mierenfamilie zich verzameld had. Dus hij al giebelend die mieren dooddrukken. Maar het waren er veel en alles op de keukentafel. En ik zei: je kunt beter met alles naar buiten gaan en daar alles leeg maken en leegschudden. Maar nee, natuurlijk niet. Nee, hij had ze nu allemaal gehad. Mooi niet, ze bleven komen. Brrr! Uiteindelijk volgde hij mijn raad op en heeft voor de deur 😏 van alles leeg staan schudden.
Pepe kwam me vergezellen. En tipte me om naar Lugo te gaan, omdat dat een oude stad is met een oude Romeinse stadsmuur. En naar Vitoria-Gasteiz. Ben vergeten waarom dat de moeite waard was.
Hij nodigde me uit voor het avondeten, hij wilde me trakteren. Nou ok, wat leuk, gráág.
Vóór het eten (voor 8 uur hoef je nergens aan te kloppen) hebben we een uitgebreide ronde door Sigüeiro gedaan. Nou ja, niet veel te beleven daar en ongeveer alle uiterste hoeken van het stadje gezien.
Samen gegeten, heel gezellig en tegen 10en in de herberg, waar 2 van de 5 al zwaar lagen te ronken. Zoals ik al zei: een lekker bed is nog geen garantie voor een goede nachtrust. In dit geval: er snurkte altijd wel íemand gedurende de nacht.
Zondag 19 mei, eerste Pinksterdag, mijn laatste wandeldag
De eerste ging er al weer vroeg uit. Slechts 15 km te lopen naar Santiago. Ik had geen haast, maar was toch wakker dus vooruit maar. Het ontbijt in de keuken was een gezellige boel.
Dan op pad. Gek wel het idee dat dit de laatste wandeldag is.
Én eerste Pinksterdag; 6 jaar geleden kwam ik ook eerste Pinksterdag aan in Santiago.
Nu voelde dat niet zó bijzonder verder. Ik was er natuurlijk nét 1,5 week geleden geweest. En ik denk niet dat ik 15 km vóór 12 uur ga redden, om op tijd te zijn voor de mis.
Voor de verandering was het droog. Heel fijn. Hoewel de regen mij niet al te veel gestoord heeft afgelopen weken, is het wel héél fijn als het een keer níet regent. Vaak was het afgelopen weken tweede helft van de middag ook droog.
Lekker gelopen deze laatste dag. Nu zondag en Pinksteren: niet gerekend op een koffie mogelijkheid onderweg. En inderdaad de barretjes en restaurant onderweg waren gesloten. Maar daar ineens een hotel en dat had koffie, cake, tortilla en broodjes. Woepie!
Pepe zat er al en nog een paar uit de herberg. Lekker hoor, onverwachte pauze plek.
Onderweg kwam ik paar keer een bus tegen met Camino Inglès erop. Het was een groep mensen die steeds een paar km met de bus gingen, vervolgens werden uitgeladen om zelf 500 m ofzo te lopen, dan weer instapten en zo verder. Veel wachten op elkaar, merkte ik al. Nou ja, ieder zn ding.
Voor de laatste 3 km naar Santiago nog een aardige klim. Pff, echt de laatste. En verdraaid, het ging ook weer regenen. Ik dacht nog ik wacht het even af, maar het ging steeds harder regenen. Dus vooruit de poncho maar weer gepakt. Mijn regenbroek maar gelaten voor die laatste kilometers, maar werd toch aardig nat.
Ik passeerde een oudere heer, met bloemetjes op zn hoed. Hij probeerde net als ik tegen een gebouw aan te 'schuilen' tegen de ergste nattigheid. Aan de buitenrand van Santiago kwam ik hem weer tegen. Hij was even kwijt hoe de route liep, en we zijn samen opgelopen. We kwamen bij een kerkje dat open was en wilden gaan kijken, maar moesten even wachten. Ach natuurlijk het is kw voor 12: de Pinkstermis begint zo. We zijn doorgelopen.
De man, hij stelde zich voor als Tony uit Engeland, vroeg of ik een kerkelijke achtergrond had. Nou ja, wat gebabbeld over de kerk in Nederland en Engeland en steeds afgeleid zodat we weer misten hoe we moesten lopen. En ook de draad van het gesprek kwijt. Grappig om nu van een andere kant de stad in te komen. En ineens waren we in de straat waar mijn hotel was vorige week. Van hieraf weet ik het!
Ik bereidde Tony voor op de binnenkomst. Dat je de kathedraal van achteren nadert. Hij gaf zelf aan niet te weten waar het pelgrimsoffice was. Hij leek me zelfs een beetje warrig zo nu en dan.
Ok, op naar het plein. De regen was inmiddels niet meer dan spetteren, dus ik zei: ik doe eerst mn poncho uit. Tony ook. Kreeg het niet voor elkaar zn poncho op te bergen en zn stokken vast te houden. Alles viel uit zn handen. Dus geholpen. Daar was de doedelzakspeler onder de poort. Dan het plein. En dáár de kathedraal. Ik ben dr weer!
Nog drukker dan de vorige keer. Ik heb Tony gefeliciteerd. You made it!! Hij moest er wel om lachen. Foto's gemaakt van elkaar. En toen op naar het pelgrimskantoor. Tony was blij dat ik hem op sleeptouw nam. Hij had geen plattegrond en kon geloof ik niet zo handig met zn smartphone omgaan.
Ik had mezelf in de ochtend al online geregistreerd voor de compostela. En Coruña - Santiago is iets meer dan 70 km. Voor een compostela moet je minimaal 100 gelopen hebben. Maar ik dacht: dat zegt die app dan wel, als het niet genoeg is. Maar nee, dus dan is dit zeker een uitzondering. Tony had een smartphone maar wist niks van QR codes. Ik met hem naar de computer voor registratie. Hij zette zn kleine rugzakje ergens neer, stond te hannesen met zijn stokken. Kon zijn papieren niet pakken. Mijn aanbod om te helpen nam hij dankbaar aan. Eerst heb ik zn rugzak gepakt: spullen bij je houden zeker in deze drukte is belangrijk.
Ok, computer formulier invullen. Naam, leeftijd: 82!!, beroep: ik vroeg het aan hem en zei meteen erachter aan: you are retired ofcourse en ik wilde dat invullen. Maar Tony las mee en zei: er is ook een keus voor religieuze, vul dat maar in. Ik keek opzij en dacht: hij maakt een grapje. Ineens viel het kwartje. Nee, natuurlijk geen grapje! Ik had een Engelse dominee op sleeptouw genomen. Haha!
Goed, formulier ingevuld en Tony ook een volgnummer uit het apparaat. En daar kwam Pepe ook net aan.
Allemaal in de rij met een ander nummertje. Tony volgde het niet helemaal. Had zn telefoon bij de computer laten liggen. Gelukkig lag die er nog. Ik heb zn stokken bewaard, de rest lukte hem zelf.
Bij mijn balie een alleraardigste meneer dit keer. Vroeg hoe het met me ging. Das een goeie eerste vraag!!
Ik moest nog soebatten voor de compostela. Want ja geen 100 km gelopen. Ik zei: waarom zegt de registratie dan niet: je krijgt geen compostela. En by the way: daarvoor liep ik de del Norte (heb ik al een compostela van) en ben ik van Santiago naar Muxia gelopen (heb ik een compostela uit Muxia). Ach nou ja, het was eigenlijk helemaal niet zo belangrijk. De man streek zijn hand over zijn hart en ik kreeg er toch één. Nu met gewoon Anna Sophia Leest, niks geen Annam Sophiam. En ik dacht dat de tekst nog verschilde als je andere route loopt, maar staat er niet op.
Alledrie een compostela, joepie!! (beide heren waren in Ferrol begonnen, dat is wel 100 km).
Tony bedankte me voor mijn hulp en wilde me een drankje aanbieden. Ik bedacht dat ik mijn stokken nog op moest halen in herberg 'the last stamp' toepasselijk, hè. 😉
Tony gedag gezegd, drankje afgeslagen en met Pepe op pad, eerst langs de kathedraal voor een foto met zn 2, daarna de stokken. Die lagen keurig op de afgesproken plek, met mijn naam erop. De gekregen stokken van Sara weer achtergelaten in de herberg: voor de liefhebber. Dan de stad door op zoek naar een plekje om te eten. Pepe bleef nog een nacht in Santiago en had zn rugzak al in de herberg staan. Hij snapte niet dat ik met dat zware ding bleef sjouwen. Maar ik had er geen last van. Slenteren door de stad, nog een bakje thee en op naar het busstation.
Dit was het dan. 3 wandelingen gedaan. Grofweg bij elkaar zo'n 1000 km. Heel veel kilometers, heel veel lieve mensen ontmoet, en daarbij ook mezelf. Het was een fantastische wandeling. In alle opzichten. Ben blij en dankbaar dat het ging zoals het ging.
Ik ben uitgewandeld.
Deze komende week ga ik in stapjes 😜 door Noord Spanje met de bus en overnacht ik in Lugo, Léon, Vitoria-Gasteiz, San Sebastiaan, Bayonne (frankrijk) en op maandag 27 mei naar St Jean Pied de Port voor het vrijwilligerswerk. Dinsdag 4 juni kom ik naar huis.
Hartelijk dank voor het meelezen en meeleven. Dank voor jullie reacties. Dat was voor mij weer leuk om te lezen. Fijn dat er plezier werd beleefd aan wat ik opschrijf.
Als je wilt weten hoe het verder gaat, hoe ik het vrijwilligerwerk beleef, kijk dan af en toe even in Pindat, na de 27ste. Ik stuur geen mailtjes meer door.
Muxia - A Coruña met de bus
A Coruña - Segrude 21 km
Segrude - O Outeiro 21 km
O Outeiro - Sigüeiro 15 km
Sigüeiro - Santiago 16 km
Geschreven door An.aan.de.wandel