Woensdag 8 mei vanuit Bigose samen met Clement vertrokken. Vóór vertrek had hij nog een filmpje gemaakt, dat doet hij iedere dag voor zijn zoontje van 5, die thuis is bij zijn moeder om hem te laten weten hoe het gaat en zodat hij hem niet vergeet. Dat zal wel meevallen als je als papa 2 weken weg bent. Maar het is wel schattig en dat Canadese Frans klinkt erg grappig.
Het regende. Clement had zich voorgenomen rustig te beginnen en niet zo ver te gaan vandaag (22 km). Ik had een gite geboekt in Lasbros, 13 km lopen. Niet al te ver en de avond ervoor had ik getwijfeld tussen deze gite of één 5 km verder. Nou ja, 13 km lopen dus. Na een half uurtje afscheid genomen van Clement, want hij liep me net iets te hard. Rustig aan gedaan, na 6 km uitgebreid koffie gedronken in Aumant-Aubrac. Tijd genoeg, want kon niet vóór 15 uur in de gite terecht. Omdat het lopen best lekker ging had ik spijt van de 13 km. Had best wat verder kunnen lopen. Lekker lopen zingen, ondanks de regen. Vooral Simon en Garfunkel zit in mijn hoofd, na concertje laatst in Theater Dakota. Ook veel met Stephanie gezongen, trouwens.
In het gehucht La-Chaze-de-Peyre, was een soort refuge (schuilplaats) in het plaatselijke bakhuis. Een oud stenen huisje met oven en stenen verhogingen in de muur gemaakt, waar men kon zitten. Aan het opgestapelde hout, de bezem (zo'n takkenbos, als van een heks) en zo'n houten bord op steel voor pizza's en broden te zien, werd dit bakhuis ook nog gebruikt. Binnen waren 2 Franse dames die net hun lunch hadden gegeten. Ik de regencape uit, zij hem weer aan.
Ondertussen had ik bedacht mijn onderkomen voor de nacht te annuleren en door te lopen, 1 gite verder. Lasbros was nog 3 km lopen, en het was rond 1 uur. Dat annuleren was snel gebeurd. Mevrouw deed niet moeilijk, snel klaar. Daarna wat anders reserveren. Bij de gite 5 km verderop kreeg ik een voicemail: niet handig. Een gite een paar km daarna nam niet op. Balen! Waarom had ik ook alweer bedacht éérst te annuleren? Niet zo slim! Ok, dan maar lopen en maar zien. Na een half uur, vlak voor ik het dorp Lasbros binnenliep weer gebeld. De gite 5 km verder was 'complèt'. Oei! De gite daarna nam nog steeds niet op. De gite dáárna nam wel op (+ 9 km) Ik was blij met een plek en dacht ook: zo, nu dus nog 9. Maar het lopen ging nog steeds lekker.
Het stuk na Lasbros ging licht steigend de berg op, door een bos. In de verte hoorde ik gerommel. Mmm. Ik liep langs een half open schuurtje. Ik zou hier kunnen schuilen. Het onweer leek nog ver weg. Ik had nog geen bliksem gezien (is ook wat moeilijk in een bos) en bij de volgende gite was ook een café, dus daar kon ik schuilen. En hoever was die gite nou helemaal? Ik ben harder gaan lopen het bos door, de heuvel op. Het begon harder te regenen en het gerommel kwam dichterbij. Nog een keer op de app gekeken. Dat café kon niet ver meer zijn en teruglopen naar de schuur was verder. Er kwam meer lucht tussen de bomen en ik zag de bliksem. Oei! Vorig jaar had ik vóór ik wegging op internet opgezocht wat je moet doen als je als wandelaar in onweer terecht komt. Tja, nu kon ik het voor het echie toepassen. Inmiddels kwam de regen met bakken uit de hemel en was ik aan de rand van het bos gekomen. Wat is wijsheid? Het café ging ik niet halen. Dan: in het bos blijven of juist niet? Geen idee. Ik wist wel dat ik mijn stokken moest lozen : metaal trekt bliksem aan. En niet onder een boom staan. Dus regencape uit, rugzak af, stokken losgepeuterd, onder een boom gegooid, inmiddels zeiknat rugzak weer om, drijfnatte regencape weer om en een eindje verder in het gras gedoken. Uit de buurt van de bomen. Op mijn hurken lukte niet, dan maar op de knieën. De flitsen en het geknal volgden elkaar snel op en het hoosde verschrikkelijk. Het pad was veranderd in een modderstroom. Ik was niet echt bang, ik dacht, het zal wel loslopen, er is genoeg in de buurt dat hoger is dan ik, maar het voelde erg onwerkelijk. Nog nooit zo 'onbeschermd' een onweersbui meegemaakt. Het begon te hagelen en een lichtflits werd gevolgd door een enorme knal. Zo, mijn hart in mijn keel. Niet fijn al dat natuurgeweld om je heen. Wat voelde ik me kwetsbaar! Ik keek om me heen: ik zag en hoorde geen bomen vallen, maar de bliksem was zeker ergens ingeslagen. Ben nog een poosje blijven zitten, tot het iets rustiger werd en heb toen de wandelstokken opgehaald en lopen, lopen, lopen. Had ook ineens door hoe het lopen met 2 stokken moet, want die vaardigheid had ik nog niet te pakken. Zo hard als ik kon ben ik de heuvel verder opgelopen en na 20 minuten bereikte ik doornat het café. Ik was een beetje shaky. Er kwam iemand naar buiten om te kijken of de regen al minder werd en ik voelde de tranen in mijn ogen springen. Binnen kon ik mijn verhaal kwijt aan 2 Franse dames die aan het wachten waren tot de bui over was. Zij waren net binnen toen het echt losbarstte en zij hadden ook de enorme knal gehoord.
Na een kopje thee toch weer op pad voor de laatste 6 km. Ik ging als een trein, maar het pad was een grote modderstroom op sommige plekken. Ik had mijn 2 stokken echt nodig. Veel hekken (paaltjes en prikkeldraad) die open en weer achter je dicht moesten, met grote plassen eronder waar je niét in wil staan. En je wilt ook niet dat je poncho in het prikkeldraad blijft hangen. Na hier en daar wat halsbrekende toeren, is het toch allemaal gelukt. Rond half 6 was ik in de gite. Ik zat er behoorlijk doorheen.
Ik kwam op een klein kamertje met 2 Francaises. De ramen dicht en verwarming vol aan met natte kleren erop. Pffff!
Bij het avondeten kwam ik tot mijn grote vreugde Anne, Pipa, Alex, Catherine en Clement tegen. Heel fijn om ze weer te zien en te kunnen vertellen wat er was gebeurd. Zij waren allen al in de gite toen het onweer losbarstte. Het was erg gezellig met eten. Voor de derde avond op rij kregen we aardappelpuree met worst. De avond ervoor in Bigose kregen Clement en ik een pannetje voor ons met een gummie achtige substantie. Dat was dus aardappelpuree met kaas. Achteraf las ik in de gids dat het de specialiteit van de streek is: Aligot. Maar dat was niet aan ons uitgelegd. Déze avond werd er een hele show van gemaakt voor de ongeveer 20 pelgrims.
Er kwam een grote pan en 'opa' haalde er een grote houten lepel door en liet de gummie draderige substantie zien. Foto's en filmpjes werden gemaakt. Vervolgens moest een ieder met 2 lepels draaibewegingen maken om het goedje op je bord te krijgen.
Vanochtend (donderdag) afscheid genomen van Catherine. Ze voelde zich ziek en wilde naar huis. Ze vond het ook moeilijk om de tocht alleen te doen en miste een maatje om mee te lopen.
Vandaag 19 km gelopen naar Aubrac. Het regende, was koud en er stond een harde wind. Mijn schoenen waren ondanks de kranten die ik er gisteren in had gepropt nog erg nat. 😩
Het eerste stuk nog gelijk opgelopen met de Canadezen, maar die hadden er flink de pas in. Ik dacht het is net een zeilwedstrijd en dat dan alle boten tegelijkertijd overstag gaan: het voortdurende geflapper van de zeilen, in dit geval de poncho's. In Montgros kwam ik de Canadezen weer tegen in een restaurantje. En de 2 Franse dames uit de gite; zij waren er klaar mee en hadden een taxi gebeld. Clement zat tegen de verwarming geplakt om zijn broek te drogen. Op zijn advies heb ik een droog paar sokken aangetrokken. Het heeft geholpen, want ondanks de natte voeten geen blaren!
Het heeft vandaag vrijwel de hele dag geregend en soms gehoosd. Alle paden waren modderig.
Het landschap is de afgelopen dagen van lieflijk groen met veel naaldbomen en bossen langzaam overgegaan in een meer rotsachtig, kaler landschap met loofbomen. En overal lage stenen muurtjes en van die grote keien in het land. Ik waan me in Schotland. Zeker vandaag, vooral het laatste stuk tig keer over spontaan ontstane beekjes moeten gaan. Van de ene glibbersteen op de andere. 2 wandelstokken waren echt onmisbaar!
Ik bedacht dat vandaag de zwaarste wandeldag ooit was. Zoveel nattigheid en wind heb ik tijdens vakanties in Schotland of Wales of Ierland niet meegemaakt. Of dat ben ik alweer vergeten 😊, en ik liep dan altijd met een groep, dat is anders.
Het laatste stuk was ik zo moe en natuurlijk geen enkele mogelijkheid om te zitten. Een Frans stel, haalde mij in. De vrouw zat er ook aardig doorheen en de man zei heel droog, terwijl hij zijn schouders ophaalde: c'est le chemin (dit is de weg). Ja en zo nuchter is het ook.
Ik had een hotelkamer gereserveerd in Aubrac. Dat hield me aan het lopen vandaag: het idee van een kamer alleen, met een warme douche en een comfortabel bed. En dat is echt een feestje, na zo'n dag! Inmiddels zijn alle kleren weer droog en zijn de schoenen meegenomen door de zoon van de hoteleigenaar met de garantie dat ze morgen droog zijn. Heerlijk, die service! En alles is weer goed.
Vanavond in het hotel gegeten met 5 Fransen. Beetje lastig converseren, maar toch best gezellig.
De zussen Anne en Pipa zagen me zitten bij het raam en kwamen nog even gedag zeggen. Leuke, lieve vrouwen. Zij slapen in een gite naast het hotel. En lopen morgen verder dan ik.
Het is een klein oud dorp hier, met veel grote oude gebouwen. Ik denk dat de helft van het dorp bestaat uit gites, chambre d'hotes, horeca en een hotel. En dan zullen er nog een paar mensen wonen.
Morgen loop ik 15 km. En ik hoop dat dan eindelijk de zon zich weer laat zien.
Geschreven door An.aan.de.wandel