Gek idee dat ik al zoveel gelopen heb: meer dan 750 km. En dat is gezien de tijd die ik erover gedaan heb misschien niet zo bijzonder voor de gemiddelde wandelende mens of pelgrim, maar voor mij persoonlijk vind ik het ongelofelijk klinken. En vond dit soort getallen vooraf helemáál ongelofelijk.
Ik had gedacht dat mijn conditie wel beter zou worden gaandeweg, maar dat valt tegen. Ik loop dit niet met 2 vingers in de neus om het zomaar te zeggen, maar als ik me houd aan een 15 tot af en toe max 20 km (dat is echt véél voor mij) dan is het te doen. Ik ben dan meestal wel helemaal "stuk", aan het einde van de dag. Met grote rugzak lopen laat ik nu zitten. Heb het nog weer 3 dagen gedaan, maar ik heb het idee dat ik dat toch merk aan mijn oog. Jammer, maar dan toch blijven plannen voor iedere volgende dag. Misschien is dat sowieso beter nu het hier drukker wordt.
Ik ben Sarria gepasseerd vandaag. Sarria is de plaats waar veel pelgrims beginnen om de laatste 100 km naar Santiago te lopen, de voorwaarde om een compostela te kunnen krijgen. Geen hordes, bussen vol pelgrims gezien en in deze herberg, in de eerste plaats ná Sarria, valt de drukte ook reuze mee. Zit hier weer lekker anoniem te wezen. Geen bekenden.
Wat kan ik vertellen over de afgelopen dagen? Eigenlijk een groot deel herhaling. Ik heb erg genoten van de route, van de natuur. Het is hier erg mooi en liefelijk. Veel groen, oude bomen, piepkleine boerendorpjes, waar dan soms toch nog een albergue is, of juist. Daar hebben we het in Anna Paulowna ook nog wel eens over gehad, zeker nadat onverwachts de Biosclub uit Weesp een weekend op de boerderij verbleef. (Goh pa, waarom geen camping beginnen hier?) Nou ja, wild idee, was niets voor mijn vader.
Maar hier zo gek nog niet, langs een drukke wandelroute met meer en meer behoefte aan slaapplaatsen.
Gisteren in Samos een rondleiding gehad in een groot klooster. Vooral de muurschilderingen (over het leven van Benedictus) hebben indruk gemaakt. Helaas was de rondleiding in het Spaans dus begreep ik er niet veel van. Ben er een beetje achteraan gedreuteld en heb heel veel foto's gemaakt. Daarna een mis met wat ik dacht Gregoriaans gezang van de Benedictijner monniken, maar nee, het was een "gewone" mis. In een enorme kerk en hoewel ik vooraan zat (ik ging mee met de Tjechische Elena, die ik in Samos weer tegenkwam en zij ging zo ongeveer op de voorste rij zitten. En ik dus met haar) was er een enorme afstand letterlijk en figuurlijk met de voorgangers.
En ik bedacht dat ik nu wel genoeg katholieke missen in het Spaans heb meegemaakt, voorlopig.
Op de weg naar Samos ben ik een man tegengekomen, waarvan ik mij in eerste instantie afvroeg of hij wel helemaal ok was.
De eerste keer stond hij onder een afdakje treurig te kijken naar/ te wachten op de regen. Hij zei me niet gedag. Later passeerde hij mij en ik stond te praten met een Engelse. Het was verder erg rustig op het pad. En het regende dus. Ik kon zijn taal ook niet plaatsen: een beetje Spaans en ook Duits. Maar mijn omschakeling naar het Duits bleef steken, dus ik bleef hem in eerste instantie in het Engels antwoord geven.
Deze man was boos, dat was duidelijk, hij liep flink te sjacherijnen en te mopperen.
Wat ik ervan begreep ging het over het pad. Als hij over de weg was gelopen was hij veel sneller geweest. Hij was moe, maar nergens een bankje of mogelijkheid om te zitten (is waar!) Hij wilde weten waar we waren en hoe ver nog naar Samos. Ik probeerde het hem op mijn telefoon te laten zien, maar hij was er te ongeduldig voor. En hij had geen leesbril bij de hand. De Engelse was al afgehaakt in het gesprek. Hij liep al mopperend weer door. We hoorden hem hardop praten en we keken elkaar aan met een veelbetekende blik: spoort hij wel? De Engelse vrouw gaf aan dat ze ook door ging lopen, omdat ze nog een flinke afstand te gaan had. Even verderop zag ik dat de man haar staande hield en zij vervolgens zei dat ze hem niet verstond.
Even later stond hij uit te puffen en haalde ik hem weer in. Ik had niet zo'n zin in deze sjacherijn, maar ik had ook met hem te doen. Zodra hij mij zag, begon hij weer met zijn tirade in het Duits. Toen ik in het Duits antwoord gaf werd hij boos op mij, waarom ik niet eerder duidelijk had gemaakt dat ik Duits sprak. 😯
Zijn boosheid ging over de camino, letterlijk over de weg, waarom deze niet over de gewone weg liep, waarom al die paadjes die hoog en laag gaan en waar losse stenen op liggen waar je over kunt struikelen. Hij zou vanavond in het klooster die monniken een pak slaag geven, want die hadden dit allemaal bedacht. Vervolgens begon hij te tieren over Engelsen, want die spraken alleen Engels en geen andere taal, dus daar kon hij niet mee communiceren.
En waar ik vandaan kwam: oh Holland, nou ja, die spraken dan tenminste ook nog wat anders. Hij bleek Italiaans en sprak verder Spaans en ook Duits.
Daarna kreeg de katholieke kerk ervan langs. En dan tussendoor even de vraag of ik katholiek was. Oh, protestant, nee, dát was een stuk beter. Die hadden tenminste geen gedoe in de kerk. In Italië ging het niet over de kerk, maar over geld en politiek. Of ik Luthers was, nee, dat niet. Mijn kerk heeft wel een vrouwelijke predikant, vertelde ik. Dat vond hij prachtig! (De samenwerking met de Lutheranen heb ik effe overgeslagen, hoor, voor het gemak)
Nou ja, al pratend waren we toch vrij snel in Samos en was hij wat gekalmeerd. Vervolgens vroeg hij aan een voorbijganger waar "dat klooster" was, terwijl hij er op uitkeek. Hij vroeg of ik nog wat met hem wilde drinken en hij trakteerde me op een verse jus ('zumo de naranja' zó lekker hier, kan ik liters van drinken). Als dank voor mijn geduld en dat ik hem aangehoord, gekalmeerd en de weg gewezen had. We hebben nog een poosje zitten kletsen. De reden waarom hij de camino liep was om zichzelf beter te leren kennen. Ik denk dat hij rond de 70 is. Hij vertelde dat hij ooit in 1973 getrouwd was en dat het huwelijk 3 maanden heeft geduurd. Nóóit weer!! En ik moest erg om hem lachen en hij zelf ook. Tja en die boosheid, ja dat had hij zo af en toe. En ik zei dat het vast zijn Italiaans temperament was en hij kaatste terug dat Hollanders eeuwig boos blijven, omdat ze hun mond niet opendoen.
Bij het afscheid hebben we ons aan elkaar voorgesteld; zijn naam was Sergio en hij hield het bij Anna (de meesten hier trouwens). Ik kreeg een hug en hij zei: misschien tot in een volgend leven!
Gisteren onderweg kwam ik Elena weer tegen. Samen afgesproken dat we zouden ontbijten en later koffiedrinken in het eerst volgende dorp. Nou die koffie /dat eerste dorp na ontbijt, duurde lang. En ik zat er al aardig doorheen. Onderweg heeft ze me nog homeopatische pilletjes tegen de spierpijn en vermoeidheid gegeven. En ik bedacht dat ik er wel in moet geloven, anders zou het niet werken, maar dat lukte me toch blijkbaar onvoldoende 😞.
Eind van de middag in Barbadelo beland, een paar km na Sarria. Ik kende er niemand en toen ik 's avonds wilde eten liep er een man alleen ook naar een tafeltje te zoeken. Dat is wel het makkelijke hier: je vraagt gewoon of iemand gezelschap wil of niet. Zouden we in het 'gewone leven' ook eens moeten doen!
Ed, uit de USA, was net begonnen met lopen. Een volledig geregelde reis: vlucht naar Madrid, reis naar Sarria, dagelijks bagagevervoer en alle hotels of private rooms vooraf geboekt. Maar dan moet je die afstanden (meestal 20 +) ook wel lopen. Een 'groepsgenote' van hem, Marina (oorspronkelijk Russisch, maar nu wonend in Amerika) kwam erbij zitten.
Ed zei dat hij bewondering had voor een andere groepsgenote van zijn leeftijd (65), die zonder haar man de camino liep. "It was all about trust." Dat schoot bij Marina in het verkeerde keelgat. Hoezo zou je elkaar niet kunnen vertrouwen als je al zolang samen was en het moest er nog bijkomen dat de echtgenoot het niet "goed had gevonden". Uh, eet smakelijk!
Omdat Ed een trouwring droeg, maakte me dat wel nieuwsgierig en ik vroeg of hij "loved ones" had thuisgelaten. Er kwam een vaag antwoord: ja, wat zou hij zeggen: zijn dochters, zijn moeder. Hij zei dat hij en Marina gemeen hadden dat ze beiden hun partner hadden verloren. Oh.
En vervolgens: zijn vrouw was 8 weken geleden overleden.
Oh.
Eerst had ze 20 jaar met leukemie overleefd en daar mee leren leven en toen kreeg ze huidkanker met uitzaaiingen in de hersenen. Uh ja, toen was het stil en Ed kon niet meer verder praten en ik eigenlijk ook niet. Marina was nogal nuchter en pakte het gesprek weer op. Dat het dapper van hem was, dat hij deze reis maakt.
Vervolgens kwamen er foto's van de vrouw en dochters van Ed en de kinderen en overleden ex-man van Marina. En het gesprek ging verder met een lach en een traan. En Ed zei dat hij zich had voorgenomen om het aan niemand te vertellen, maar dat dat toch te moeilijk was.
Het is inmiddels maandag 14 mei. Vandaag liep er ineens een hond achter mij aan. Een jonge herdershond. Ik herkende hem als de hond die gisteren ook bij de herberg in Barbadelo rondhing. Ed zei toen dat hij met mensen was meegelopen uit een vorige plaats. Een pelgrimshond en allemansvriend. Zou hem zó mee willen nemen!
In de afgelegen boerendorpjes waar ik doorheen loop heeft iedere boerderij wel een hond. Meest hele grote. Vooral herdershonden, maar een slag groter dan dat wij in Nederland hebben. Of een ander "kalf". Meestal liggen ze midden op de weg, maar de meesten zijn niet zo van het aanhalen. 😥
Vandaag veel door de regen gelopen. De sfeer verandert echt. Veel drukker nu, mensen die met harde muziek lopen (serieus!), mensen die niet groeten, niet om zich heen kijken en blijkbaar een doel te halen hebben. Gelukkig toch nog wat stukjes alleen gelopen, zonder het zicht op een groep andere pelgrims.
Tja, dit is ook de Camino. Wel lastig om de sfeer voor mijzelf vast te houden.
Als ik erg moe ben, denk ik: ik ga gewoon naar huis, het is mooi geweest. Santiago komt wel een andere keer (of niet). Ook wel lekker dat het niet persé moet. Misschien ook weer een rustdag plannen. Dat helpt vast ook.
En eten, want dat is hier altijd zo laat. Van eten ga je je ook beter voelen. En een pep-app met je collega (thx Jantine) en al jullie pep-appjes na mijn 'nog 100 km' foto.
Geschreven door An.aan.de.wandel