Wat is het toch heerlijk als je van een collega die hier al is geweest tips krijgt voor excursies. Patricia adviseerde me museum Bakkie met Jacqueline. Gisteren liggend aan het zwembad gebeld, kon vandaag nog mee. Geen minuut spijt van gehad.
Museum Bakkie bereik je niet eenvoudig. Een uur met een busje busje en dan nog eens vijf kwartier met de boot (korjaal). Jacqueline, die dit organiseert, vertelde tijdens de busrit veel over de geschiedenis van de slavernij.
Wat mij daarbij toch wel raakte was wat ze vertelde over wat de Gouverneur tegen de slaven heeft gezegd toen hij ze toesprak op 1 juli 1863, de dag dat de slavernij werd afgeschaft: ‘Gij zijt nu allen vrij! En weest u vooral recht dankbaar en vergeet u nimmer hoe goed uw vroegere meesters voor u geweest zijn! en vanaf vandaag wordt niet meer over de slavernij gesproken’
Onvoorstelbaar, hoezo dankbaar? zo netjes is men tijdens de Nederlandse overheersing niet geweest, en er dan vooral niet over praten!!!!!
Ik heb er al over gelezen en ga er zeker nog meer over lezen.
Project Bakkie is ontstaan door de persoonlijke zoektocht naar de roots van Marsha Mormon. Marsha Mormon is geboren in Nederland. Ze is kapster in Lelystad als haar partner Bas Spek in 2005 een call-center in Suriname gaat opzetten. Ze verhuist met hem mee naar het land van haar voorouders.
Beiden staan ons vandaag te woord.
"Ik wist eigenlijk nauwelijks iets over mijn afkomst, tot mijn opa vanuit Nederland op vakantie kwam en bij ons logeerde", vertelt Marsha. Mijn opa zei me toen dat zijn opa als slaaf op plantage Kerkshoven in het district Commewijne geboren was. Voor mij was dat nieuw, maar helemaal verbaasd was ik, toen ik hoorde dat de nabijgelegen plantage Rijnsfort na de afschaffing van de slavernij van onze familie werd en dat ik erfgename was; een van de zovelen.
Marsha en haar man Bas Spek vonden in de archieven de Gouvernementsdocumenten die bevestigden dat aan de voorouder van Marsha de plantage Reynsfort is afgestaan in eigendom. De interesse naar het verhaal van deze voorouder (geboren in slavernij) werd een hele zoektocht met bijzondere vondsten in het gebied Bakkie en de plantages aan de Warappakreek. Zelf kochten zij Bakkie.
Plantage Bakkie was bijna verlaten en in slecht onderhouden staat. Vanaf 2007 tot nu toe zijn er investeringen gaande en is Bakkie al deels opgeknapt.
Als je komt aanlopen, valt je blik meteen op de nagemaakte houtloods, de plek waar we onze lunch hebben gehad. Marsha haar voorouder is op plantage Kerkshoven geboren en zo is een stukje familiegeschiedenis vereeuwigd met de nieuwe loods in de stijl en kleuren van plantage Kerkshoven.
Marsha en Bas begonnen met het opnieuw uitgraven van de Warappakreek en opknappen van bestaande gebouwen. Inmiddels zijn er diverse nieuwe gebouwen bijgekomen. Tijdens het uitgraven van de kreek (9,5km) vonden ze oude flessen en andere voorwerpen; deze vondsten waren het begin van de collectie voor Museum Bakkie. Inmiddels heeft Bas diverse topstukken aangekocht en verzameld over Suriname en gebied Bakkie.
De museumcollectie is uniek en nergens anders in Suriname te vinden.
Bas heeft ons persoonlijk door het museum geleid. Hij vertelt het verhaal van de plantages en van de familie van Marsha en laat ons daarbij een en ander zien. Ik kon er geen genoeg van krijgen; zeer interessant. Stukken van Museum Bakkie worden vaker nationaal en internationaal tentoongesteld en op TV getoond, zo begreep ik. Op Bakkie zijn te zien originele: 1e druk boeken en prenten van: J.G. Stedman,1e drukken Benoit,originele gravures (en tegendrukken!!) Maria Sybilla Merian. Oude originele kaarten zoals Blaeu 1630, Ottens 1713, Moseberg 1801 en vele andere bijzondere vondsten.
Wat ook indruk maakte waren de strafwerktuigen die gebruikt werden. Eén daarvan was de kromboei. Een korte ketting met metalen beugels om de nek en de enkels van een gevangene aan elkaar vast te maken, zodat deze voortdurend in een kromme houding wordt gedwongen. Een oude man in onze groep kon zich nog herinneren dat hij in zijn kindertijd hier in Suriname iemand heeft zien lopen die ooit de kromboei moet hebben omgehad.
Na dit museumbezoek nam Jacqueline ons mee de tuin in. Veel van wat daar nu groeit komt van over de hele wereld, meegebracht door de slaven. Zo verstopten vrouwen zaden in hun gevlochten haren. Je loopt hier als het ware ook door een medicijnenkast. Veel van de vruchten/bladeren hebben helende werking.
Wat ook opviel waren de enorm hoge cactussen. Die werden destijds als omheining geplant zodat de slaven niet konden vluchten. De pleegzoon van Bas en Marsha wees op een soort gesponnen zakje waar een vogelspin in zou zitten. Je moest goed kijken en dan zag je iets zwarts….. fijn zo, laat maar zitten. Even later, we zaten aan de lunch, kwam hij ons dat beestje tonen. Ik ben niet bang voor spinnen, maar dit exemplaar heb ik toch even op afstand gehouden. Fijn dat je dan met je fototoestel kunt inzoomen ha ha 🤣
De door Marsha gemaakte lunch was heerlijk. Saoto soep, een kippensoep uit de Surinaams-Javaanse keuken (solo ajam), trapoenfilet (vis) met pompoen en als toetje Dokoen. Dokoen wordt gemaakt van geraspte cassave, gemengd met kokos en daarna gerold in een bananenblad en gestoomd.
Met boot en busje weer terug naar Paramaribo. Wat een mooie dag en wat een leuke mensen Marsha en Bas. Je voelt hun passie. Deze dag heeft heel veel indruk op me gemaakt.
De dag afgesloten door te gaan eten bij een Warung, Surinaams-Javaanse keuken, met een groot bord Gado-Gado en vers kokoswater.
Geschreven door JosetteMath.vakantie