Oeps, gisteren nog een paar foto’s niet opgenomen uit het dagelijkse leven hier, het postkantoor. In een bijna onbewoonbaar verklaarde woning bevond zich het postkantoortje van Chettinat. Was een rommeltje. De brievenbus hing buiten; om 16.00 uur zou hij geleegd worden.
Als ik dit schrijf zijn we al in Madurai, gelegen in Tamil Nadu. Dit is een deelstaat gelegen in de zuidoostelijke hoek van India. Om het beeld iets duidelijker te maken, ten zuidoosten van Tamil Nadu ligt Sri Lanka.
Aan de oever van de Vaigai ligt Madurai, een van de oudste steden van Zuidoost-Azië. Sinds er in Zuid-India beschavingen bestaan is dit een centrum voor religie en handel geweest. Het werd zelfs 'het Athene van het oosten' genoemd. Toen de Griekse ambassadeur Megasthenes hier in 302 voor Christus was, schreef hij over de pracht en praal en noemde hij koningin Pandai 'een dochter van Hercules'.
De Romeinse aardrijkskundige Strabo klaagde dat de schatkist van Rome leeg raakte door de import van zijde, parels en specerijen uit Madurai. Door deze lucratieve handel kon de Pandya-dynastie de grootse Meenakshi-Sundareshwarar-tempel bouwen.
De tempel hebben we gisteravond bezocht met de tuktuk. Het spitsuur hier gaat dag en nacht door. Laverend door het verkeer, rakelings langs mens, dier en alles wat je maar op straat kunt tegenkomen, reden we door smalle steegjes waar je nauwelijks ruimte had. Plots stopte de chauffeur met de mededeling dat we er waren. Bij het uitstappen zag je ineens een enorme gopura.
Een gopuram of gopura is een toren boven de toegangspoort van een tempel. Dravidische tempels zijn grote rechthoekige complexen met aan vier kanten een ommuring. Ze hebben gewoonlijk vier toegangspoorten in het midden van de buitenmuren, elk naar een bepaalde windrichting. Boven elke poort bevindt zich een gopuram. De gopurams, die zich aan de buitenzijde van de tempel bevinden, vormen de hoogste en meest in het oog springende delen van de tempel. Een gopuram bestaat uit een opeenstapeling van verdiepingen, elk een kopie van de onderliggende verdieping, maar iets kleiner. De torens zijn van voren gezien gewoonlijk in drie delen verdeeld. Het middelste deel bevindt zich boven de rechthoekige toegangspoort en bevat op elke verdieping een herhaling van de poort. De andere twee delen vormen de oplopende flanken van de toren. Bij grotere tempels kunnen de gopurams meer dan tien verdiepingen en 60 meter hoog zijn.
Gopurams waren oorspronkelijk wachttorens met de functie de toegang tot de tempel te controleren en regelen. Later kregen ze voornamelijk een decoratieve functie. De hoogte van de gopuram toont de buitenwereld hoe belangrijk de in de tempel aanbeden godheid is. Daarnaast worden de verschillende verdiepingen rijk getooid met beelden (10.000 zei Chris) van godheden en mythologische scènes, die soms in opvallende kleuren geverfd worden. De gopurams hebben dan ook een religieus-educatieve functie: ze geven de voorbijganger een inzicht in de hindoeïstische mythologie.
Gisteravond hebben we een ceremonie rond de afsluiting van de dag mee mogen maken. Overal krioelde het van de pelgrims en het was er bloedheet. De ceremonie vond tussen 21.00 en 22.00 uur plaats.
Was de gopura bij avond al imposant, bij daglicht nog meer.
Deze Meenakshi-tempel tart iedere beschrijving: duizenden kleurrijke tafereeltjes sieren de vier toegangspoorten en binnen zijn zalen vol zuilen waar sierlijke vrouwen in sari’s flaneren.
Als je de tempel bezoekt moet dat voor de heren in lange broek zijn en voor de dames in lange rok of broek. Schouders bedekt en op blote voeten; zelfs sokken mag je niet dragen (maar goed dat de wetties in mijn broekzak zitten). Muv een klein tasje met je beurs en zakdoek, mag niets mee naar binnen. Ook geen gsm en/of fototoestel. Dat heeft allemaal te maken met de aanslag in Mumbai in 2011. Uit onderzoek daarna is gebleken dat ook een aanslag in de planning stond in de Meenakshi-tempel. De tempel wordt dagelijks bezocht door niet minder dan 15.000 mensen. Zou catastrofaal zijn. Dan maar zelf geen foto’s maken.
Even heb ik het fototoestel gemist. Dat was direct na de ingang. Daar stond een olifant en als je die 10 roepie in zijn slurf gaf, zegende hij je door je een tikje met de slurf op je kop te geven. Ik had dit maar wat graag willen vastleggen.
Chris leidde ons vandaag weer door de tempel. We zijn langs de vier ingangen gelopen, hebben de hal van de duizend pilaren bezocht en delen van de tempel van binnen bekeken, daar waar je als niet-hindoe nog mag komen. Zo je al op het punt zou staan om tempelmoe te worden, dan vergat je dit toch weer snel bij al dat moois. Enorm grote beelden en alles uit een stuk. Prachtig, meer kan ik niet zeggen. Een paar foto’s van internet gehaald om toch vooral de beelden niet te vergeten.
Na twee uur stonden we weer buiten. Wat een zengende hitte. Tja, je kunt ook in het najaar India bezoeken. Dan is het koeler, maaaaaar ook veel en veel drukker. Nu waren we soms de enige toeristen. Als je je activiteiten aanpast aan de temperatuur, dan is het best te doen. Genoeg water drinken, dat wel.
Omdat er nog een half uurtje over was, alvorens we naar de bus moesten, nog maar eens rondgelopen rond de noordingang van de tempel. De foto’s die zijn bijgevoegd, zijn van buitenaf gemaakt. Een indruk krijg je dan toch.
Madurai is met ruim anderhalf miljoen inwoners niet bepaald een idyllisch stadje. Spitsuur gaat hier zoals al geschreven dag en nacht door. Je ziet altijd en overal een eindeloze stroom mensen en nooit is het even stil. Maar lukt het je om door de chaos heen te kijken dan zie je de vele prachtige dagelijkse tafereeltjes, zoals deze vrouw bij de pomp. Ze vulde fleurige plastic potten met water of een oudere vrouw die op de hoek van de straat zat te koken.
Het is heerlijk de grote weg te verlaten en zomaar wat te dwalen door de smalle straten van het oude centrum. De gopurams van de Meenakshitempel zie je altijd wel ergens opduiken dus verdwalen is vrijwel onmogelijk.
De volgende stop was bij de Thirumalai Nayak Mahal, een paleis uit de zeventiende eeuw. Het werd gebouwd door koning Thirumalai Nayak. Hij was koning van Madurai van 1623 tot 1659. Het gebouw dat je nu nog kunt bezoeken was het hoofdpaleis: de woonplaats van de koning. Het originele complex van het paleis was ongeveer vier keer zo groot dan de huidige omvang. In zijn hoogtijdagen werd het paleis ook wel beschouwd als een van de Oosterse wonderen. Een grote binnenplaats, omringd door hoge, dikke pilaren met prachtig stucwerk, leidt naar de grote troonzaal.
Ook hier weer val je van de ene verbazing in de andere zeker als je naar de plafonds kijkt.
Een groot waterbasin niet ver van de Meenakshi-tempel nog gezien.
Van Chris hebben we zeer veel informatie gekregen tijdens de excursies. Een daarvan was ook het verhaal over Ganesha, zoon van Shiva.
Er zijn vele verschillende voorstellingen van Ganesha, telkens met andere attributen. Hij wordt meestal afgebeeld met een dikke, blote buik, en een rat aan zijn voeten en natuurlijk een olifantenkop met één slagtand. De rat (die opvallend klein is) is zijn persoonlijk vervoermiddel. Soms heeft hij tussen zijn ogen (boven zijn slurf) een symbool dat op een "3" gelijkt, het symbool voor Oooooommmmmm of Aum: de klank (vibratie) waaruit het heelal is ontstaan.
Ganesha is een God waar je met alle problemen terecht kan. Zijn slurf staat symbool voor flexibiliteit, zijn grote oren om alles goed te horen, zijn kleine oogjes voor het nadenken, zijn groot hoofd voor het in zich opnemen van alle problemen en het bedenken van een oplossing en zijn dikke buik om alles weg te werken. Tja, je gelooft het of niet..........toch
Op de terugweg weer rode bananen gekocht en een kokosnoot geprobeerd.
Morgen verlaten we Tamil Nadu en gaan naar de deelstaat Kerala.
Geschreven door JosetteMath.vakantie