Vandaag dan eindelijk naar Costa Rica. Na het ontbijt met de watertaxi naar het vaste land. Daar stond een busje klaar en na een rit van een uur bereikten we de grens met Costa Rica. Het busje ging niet verder. Na de benodigde uitreisstempel te hebben gekregen, loop je over een brug de grens over. O ja, in Panama moet je bij de grens ook telkens je vingerafdrukken achterlaten.
Na het nieuwe stempeltje te hebben ontvangen, op naar de bus. Dit keer niet meer zo’n klein busje, maar een echte touringcar, met iets meer ruimte voor je benen.
In Costa Rica leven nog verschillende indianenstammen. Op weg naar Cahuita hebben we de Bribri indianen bezocht. Deze gemeenschap van Bribri indianen leeft precies op de grens tussen Panama en Costa Rica.
Eerst een beetje uitleg. “Aan het begin van de 16e eeuw woonden er verscheidene indiaanse volken in het huidige Costa Rica. Op zijn vierde reis naar de “ Nieuwe Wereld” zette Columbus op 18 september 1502 in de omgeving van het huidige Puerto Limon voet aan wal. De indianen behandelden hem met respect en tijdens zijn 17 daagse verblijf merkte Columbus op dat sommige indianen gouden voorwerpen droegen. De Spanjaarden dachten daarom dat er in het binnenland veel goud te vinden zou zijn en noemden het land daarom Costa Rica, hetgeen betekent “rijke kust”. Voor de indianen zo begreep ik, was het goud niets meer dan het maken van sieraden. Handel werd met de cacaobonen gedreven.”
We worden vriendelijk ontvangen en krijgen een beetje taalles en uitleg over hoe vroeger kleding gemaakt werd van planten en welke wapens men toen gebruikte voor de jacht. Ze leven hier van de verkoop van cacao en de bananenteelt.
Er wordt uitgelegd dat je met kurkuma je nagels kunt kleuren en met de pitjes van een andere vrucht je lippen en haar kunt verven. Tijdens de wandeling wordt gewezen op de verschillende planten en vruchten.
En dan uiteraard een bezoekje aan de kikkers. Felgekleurde beestjes van nauwelijks 4 cm groot, waaronder de gouden gifkikker (die groene) en de gemaskerde boomkikker.
In een hut met bladerdak volgt vervolgens een cacao-excursie. Een vrouw laat ons zien wat het verwerkingsproces is van de cacaovrucht. In de hut roostert ze de cacaobonen in een pan op hoog vuur. Daarna worden de geroosterde cacaobonen op een grote steen geplet tot kleine stukjes. De schilletjes worden door haar uit de schaal geschud en geblazen. We mogen proeven. Sterk en vooral droog/korrelig. Vervolgens worden ze fijngemalen met een handmolen tot pure cacaopuree waar best wel wat spierkracht voor nodig is. 100% pure cacaopuree komt eruit! Ook die wordt weer geproefd.
De puree wordt aangelengd met water en het begint meer en meer op chocomel te lijken. Eerst het pure watermengsel geproefd en daarna achtereenvolgens aangevuld met suiker en melkpoeder. Gedronken wordt uit een kalebas.
We verblijven twee dagen in Cahuita. Ik heb een kamer met uitzicht op de zee. Eerst maar eens aan de cocosmelk. Als de melk op is, ga je terug naar de verkoopster die de cocosnoot in stukken hakt zodat je het vruchtvlees er met een stukje schil kunt uitschrapen. Heerlijk zacht vruchtvlees. Ondertussen springen de aapjes overal rond. Morgen bezoeken we Park National Cahuita. De ingang van het park ligt pal naast het hotel. Luiaards zijn er al gespot hoorde ik van andere reisgenoten. Ben benieuwd.
Geschreven door JosetteMath.vakantie