Onze laatste week is begonnen. Tijd om weer richting het noorden te rijden zeiden we gisteren. Inmiddels hebben we dat gedaan en zijn we neergestreken in Rennes. De hoofdstad van Bretagne.
Ik had gisteren al gelezen dat als je de kans kreeg je het Parlement moet bezoeken. Wel tevoren kaartjes kopen.
Tijdens de lunch bespraken we dat we weliswaar iets wilden doen, maar niet echt veel. Een bezoekje aan het Parlement zou net genoeg zijn. De tour, zo schreef men, zou 90 minuten in beslag nemen.
Onze camping is gelegen op 5 km van het centrum, dus ver reizen hoefden we niet.
Gelegen in het hart van Rennes, Ille-Et-Vilaine, is het Paleis van het Parlement van Bretagne een belangrijk werk uit de zeventiende eeuw. Het is ook een van de belangrijkste toeristische bezienswaardigheden van de stad die helaas bijna verdwenen waren tijdens een grote brand in 1994. Vandaag de dag prachtig gerestaureerd én herbergt het de Cour d’appel de Bretagne en de Cour d’Assise van Ille-et-Vilaine.
Het Parlement is open voor het publiek.
Het Parlement van Bretagne, opgericht in 1554, dankt zijn oorsprong aan de hechtenis van het hertog aan Frankrijk in 1532, door het huwelijk van Anne met Karel VIII en Louis XII. De bouw van het paleis begon in 1615 en eindigde in 1655 op bevel van Salomon de Brosse, tevens architect van het Palais du Luxembourg in Parijs. Het is sinds het einde van de negentiende eeuw de zetel van het hof van beroep. Ook Napoleon heeft er zijn sporen achtergelaten, getuige de vele letters “n” die we tegenkwamen (zie foto’s).
De ingang is elegant afgewerkt met een balkon geflankeerd door gemineerde kolommen en een zolderzonnewijzer met gemalen pilasters. Het dak, met zijn hoofdnevelgalerij, stelt afwisselend Franse en Bretonse emblemen voor om de unie van de twee gebieden te symboliseren. Vier gouden beelden van bijna twee meter zijn ook aanwezig, die de Wet, de Kracht, de Welsprekendheid en de Gerechtigheid voorstellen.
Voorbij de prachtige binnenplaats, komen we in de kamers van het Paleis van het Parlement, waaronder de Grand'Chamber met zijn beschilderde doeken die de plafonddozen sieren en vervaardigd door Charles Errard, kunstenaar van de decoraties van het eerste Versailles. Moeilijk om de Salle des pas-perdus, de Raadzaal Grand'Chambre, de Salle des Investigations, de Assize Court Room of de Félix-Armand Jobbé Hall te missen. We hebben onze ogen uitgekeken.
De gids was helaas niet goed te volgen. De jongedame sprak vol passie over de geschiedenis, maar dan ook zo snel dat er geen touw aan vast te knopen was. Nou ja,met kijken zonder te luisteren, geniet je net zo goed.
Benieuwd naar wat we morgen allemaal te zien krijgen.
Geschreven door JosetteMath.vakantie