Yangon is de grootste stad van Myanmar en tot 2005 de hoofdstad van dat land. Hoewel de infrastructuur in Yangon onderontwikkeld is in vergelijking met andere grote Aziatische steden, heeft de stad het grootste aantal koloniale gebouwen in de omgeving. Bezienswaardig zijn onder andere de Schwedagonpagode, het Kandawgyi Lake en de Yangon City Hall.
Met de gids Zune Zune (uitgesproken als zoen zoen) hebben we om 8.00 uur afgesproken. Na een korte rit met de taxi en en bezoek aan een lokale markt, hebben we een traditioneel ontbijt gehad, mihonga.
Wat pizza is voor de Italianen en hamburgers voor de Amerikanen, is mohinga voor de Birmezen. Deze dikke vissoep wordt op smaak gebracht met citroengras, knoflook, ui, geelwortel, gember, pepers en vissaus. De soep wordt gegeten met dunne rijstnoedels en bestrooid met gefruite uitjes, gehakte korianderblaadjes en gedroogde pepers. Behalve als ontbijt is mohinga populair als tussendoortje. Het is overal verkrijgbaar, van eetstalletjes op markten tot in schoolkantines. We waren een beetje sceptisch, vissoep als ontbijt, maar ik moet zeggen "niet slecht", lekker zelfs.
Zune Zune vertelde ons dat de Birmezen nooit thuis ontbijten. Reden daarvoor is dat het eten teveel ingrediënten bevat en daarom moeilijk thuis te bereiden is. Het restaurantje zat dan ook propvol.
Aansluitend zijn we naar de Shwedagon pagode gelopen. De Shwedagon-pagode staat op de heuvel van Singuttara in de wijk Dagon, zo’n 3 km ten noorden van het centrum. De gouden stoepa torent hoog boven de stad uit en is van verre zichtbaar. Voor boeddhisten is de Shwedagon de heiligste pagode van het land; dagelijks komen er duizenden gelovigen (en toeristen) op af.
Volgens overlevering dateert de pagode uit 480 v.Chr. In dat jaar keerden de broers en kooplieden Tapussa en Bhallika vanuit India terug in hun vaderland, het Mon-koninkrijk Okkala. Ze hadden acht haren van Boeddha bij zich, die ze tijdens een ontmoeting met de Verlichte hadden gekregen. De koning van Okkala besloot de haren te bewaren op de heuvel van Singuttara, waar zich al relikwieën van drie vroegere boeddha’s bevonden. Dat er overblijfselen van vier boeddha’s op de heuvel bewaard worden, maakt deze locatie zo heilig.
Overdekte trappen op de vier windrichtingen leiden naar het platform op de top van de 58 m hoge heuvel. Het trappenhuis op het zuiden is de hoofdingang tot de pagode. Twee 9 m hoge chinthes of mythische griffioenen bewaken de ingang. Aan de voet van de heuvel moeten bezoekers hun schoenen en sokken achterlaten en dienen de knieën bedekt te zijn. Fijn als je dan een sarong bij je hebt....
Langs de trappen staan stalletjes die behalve offergaven als bloemen en wierook ook bladgoud, boeddhabeeldjes, antiek, souvenirs en speelgoed verkopen. Wie niet naar boven wil lopen, kan de lift nemen. Bij de westelijke toegang zijn er zelfs roltrappen.
Wij hebben de oostelijke toegang genomen. Ca. 300 trappen.
Op de top van de heuvel ligt een platform met een oppervlakte van 5,6 ha, met in het midden een massieve vergulde stoepa. Op dit terras staan verder paviljoens met zeven of negen daken (tazaung) en rustplaatsen voor pelgrims (zayat). De vloer van het platform is van marmer.
De sfeer is overweldigend. Overal lopen monniken in oranje en rode gewaden. Op het platform zitten gelovigen in gebed verzonken of reciteren in een zayat uit heilige boeken, terwijl anderen boeddhabeelden ritueel reinigen of er bladgoud op aanbrengen.
Zo hebben we gezien dat een vrouw bladgoud op een baby aanbracht. Zune Zune vertelde dat dat gedaan werd omdat men graag zwanger wilde worden. Zune Zune vroeg ons naar onze geboortedag. Voor Math was dat de donderdag en voor mij de zondag. We hebben de offerplaats van elke dag bezocht en aan het reinigingsritueel deelgenomen.
De stoepa heeft een hoogte van 98 m en aan de basis een omtrek van 433 m. De basis zelf is 6,5 m hoog en heeft rondom nissen met boeddhabeelden. Op de basis staan vier grote en 64 kleinere stoepa’s.
Boven de basis verrijzen eerst rechthoekige terrassen. De achthoekige terrassen daarboven vormen de overgang van de rechthoekige basis naar de ronde top. Het bovenste deel van de stoepa is een koepel in de vorm van een omgekeerde kom, de thabeik.
De spits bestaat uit ‘lotusbladen’, een ‘bananenknop’ en een hti. De hti – een soort ijzeren parasol met een gewicht van een ton en bedekt met goud en edelstenen – is een geschenk van koning Mindon van Mandalay uit 1871. Op de hti staat een windvaan die is versierd met 1100 diamanten en 1400 edelstenen. Op de vaan staat een bol met 4350 diamanten, met als bekroning een diamant van 76 karaat. De stoepa wordt eens in de vijf jaar opnieuw verguld en heeft inmiddels een goudlaag met een gewicht van 60 ton.
Door het zonlicht verandert de kleur van de stoepa steeds in de loop van de dag. Rond het middaguur krijgt hij een felgele kleur en bij zonsondergang neemt hij een zachtoranje kleur aan.
Onze excursie hebben we afgesloten met een traditionele lunch.
De basis voor iedere maaltijd (of dit nu lunch is of diner) is rijst. Daarbij eet men curry’s, die vergeleken met die van India verrassend mild zijn. Ze worden bereid door ui, knoflook en gember in olie te fruiten en dit op smaak te brengen met citroensap, koriander en vispasta. Vervolgens laat de kok in de saus vis, kip, eend of garnalen gaar worden. Rundvlees en varken worden in Birma steeds vaker gegeten. Bij de rijst en curry’s krijg je soep. Het voornaamste bijgerecht is vissaus (ngapi), een sterk ruikende smaakmaker op basis van gefermenteerde vis, vermengd met peper, knoflook en ui.
De voornaamste biermerken zijn Tiger en Myanmar. Deze laatste smaakt voortreffelijk en kan zich meten met A-merken uit Europa. Beide zijn zowel verkrijgbaar in fles als blikje.
Na een middagdutje, ja dat was wel nodig, weer opnieuw op de Boeddha-toer. Ditmaal zijn we te voet op pad gegaan. Vanuit het hotel een dik kwartier lopen. Wat een wirwar aan verkeer en in tegenstelling tot Indonesië geen brommertje te zien. Heel af en toe een fiets, maar echt heel af en toe. En overal eetstalletjes en kraampjes om offers te kopen.
Het doel van de middag was een grote liggende Boeddha. De Chauk Htat Gyi Pagoda in Yangon herbergt een enorme liggende Boeddha: 65 meter lang en 16 meter hoog. De zolen van Boeddha's voeten tonen 108 gouden en rode afbeeldingen, die allemaal een speciale betekenis hebben. Je moet erg je best doen om Boeddha in beeld te krijgen zonder storende lampen en zuilen.
Daarna weer richting Shwedagon pagode. We hadden van het echtpaar Wolf (Duitsers uit Pulheim) de tip gekregen om ook in de avond nog eens terug te keren. Wat een lampjes en nauwelijks een toerist te zien. Wel allemaal locals, zingend en biddend.
Deze dag zit erop. Morgen hebben we nog een halve dag in Yangon. We hebben een taxi-chauffeur kunnen regelen die ons het koloniale deel van de stad laat zien.
Wordt vervolgd.......
Geschreven door JosetteMath.vakantie