Het was gestommel vanmorgen. Je krijgt er direct een wintersport gevoel van. Overal mensen buiten met rugzakken. Geen ski's en latten, maar dikke tassen en stokken.
Iedereen wil vroeg vertrekken. Wij kijken uit op het klooster, waar de meeste mensen bij de monniken geslapen hebben. Er staat zelfs een hele touringcar met een mannetje of 30 te wachten. Zo veel hebben wij niet eerder op de route gezien.
Het is vandaag niet een lange tocht die wij gaan lopen en wij denken: laat iedereen maar voor. Wij sluiten wel af. Eerst koffie.
Het fijne van als laatste vertrekken is dat je, ondanks dat je er velen voor je hebt, je eigenlijk toch niemand voor je hebt. Als je het gat maar groot laat naar de laatste. Hebben we de tocht toch voor ons alleen. We vertrekken met een mooie mist. Als we het dorp uitlopen heb je het klooster in nevels gehuld. Een mysterieuze gloed van de opkomende zon, ja dan maakt het het lopen leuk.
De zon komt later helemaal door, een prima temperatuur en er wordt pas om 5 uur een buitje verwacht.
Was gisteren de route gevarieerd, vandaag is het helaas niet. Je loopt veelal langs de weg. Het is echt een verbindingsstuk naar de volgende grote plaats.
Dat moet ook gedaan worden. We hebben vandaag niemand voor ons. We eindigen vandaag in Arzua. Hier sluit de route francais aan.
Wij schrikken. Wat een colonne pelgrims volgt deze route. Als we op een terrasje zitten gaan ze met tientallen voorbij. Bosjes hele kuddes. Het hele dorp draait hier om de pelgrims, je struikelt over de alberges en overal zie je slaapfabrieken. Stapelbedden staan overal. We spotten zelfs een toeristen winkel met souvenirs, enkel het toeristentreintje ontbreekt nog. Al zou je de stroom pelgrims als trein kunnen zien. Het zal wennen worden deze laatste dagen naar Santiago de Compostela. Gaan we toch gezellig met zijn allen er heen.
Voor vanavond hebben we een appartement. Kip met broccoli en rijst, mjam, mjam.
Geschreven door Naar-het-zuiden