Het hotel met de gifgroene badkamer gaan we uit. We zijn snel weer op de route en zien de zee al.
Bij Oron kunnen we kiezen, nemen we een 6 kilometer kortere route langs de kust of pakken we een berg, die wat langer is. Gelezen hebben we dat de kustroute langs een hele drukke autoweg is en dat je amper de kust ziet. Nou, dan pakken we toch een bergje mee. Daar draaien wij onze handen niet voor om.
Als we de route beginnen krijgen we een wirwar van borden, het is geen 6 kilometer extra nee 7 kilometer, daar weet 12,5 kilometer extra en even verderop spreekt men van 5,2 kilometer. Nou, we zien wel.
De bergtocht is niet spectaculair. Maar altijd beter dan een drukke autoweg.
Een oude spoorlijn gaan we door, een mijngroeve zien we en zo komen we uiteindelijk in Castro-Urdiales aan. Het is een redelijk grote plaats. Als we aankomen begint het te miezeren en het begint te waaien. Twee stranden, een mooie vuurtoren en bij de kerk, die ook dicht bij de zee staat, klotst het water de nauwe gaten in. Als we 's avonds het stadje inlopen is het een drukte van jewelste. Alle terrassen zitten vol en het leven speelt zich allemaal op de kade af. Gezellige drukte. We hebben voor vanavond een kamer bij particulieren gehuurd. Een kleine kamer, je tas kan je amper kwijt. Ach als we straks maar goed slapen.
Geschreven door Naar-het-zuiden