Één van de plaatsen op ons lijstje voor deze vakantie was: Metz. In Frankrijk, maar niet ver van ons adres in het Saarland. Annet en ik zijn er vele, vele jaren geleden, nog voor onze kinderen geboren waren geweest. Vonden het mooi, ruim, groen, en wilden dit graag aan hen laten zien.
De kortste route was 62 km, op de heenweg stuurde de navigatie ons helemaal via Luxemburg, omdat dat de snelwegroute was. 94 km.
Daar vonden we niks aan, dus hebben we hem op de terugweg op "ontwijk snelweg" gezet, en die route was stukken leuker.
Door glooiende landschappen met wuivend graan en oogstrelende vergezichten :-).
De auto in de parkeergarage, en meteen de binnenstad in. Hoewel Noord-Frankrijk, leeft men hier ook al volgens een mediteraan ritme, dus ging het museum "Cour d'or" pas om 14 uur weer open en hebben we eerst de kathedraal bekeken, waarin heel veel glas in lood. Een stuk of wat gemaakt door de kunstenaar Marc Chagall.
Mijn opmerking dat ik de Sint Agata en Barbara in Oudenbosch eigenlijk mooier vond viel bij Annet niet zo in de smaak. "Jij hebt altijd een wat kitscherige smaak gehad" was de respons :-).
In ieder geval hebben de hele kerk weer grondig bekeken, en met een "free at last!" van mij stapten we weer het mooie plein (Place d'Armes) op.
Het Cour d'or is qua indeling een labyrint. Gelukkig staan overal vriendelijke suppoosten die je de weg wijzen. Kruip door sluip door. Ondergronds zijn resten van een oud groot badhuis opgegraven, ontdekt in de jaren dertig van de vorige eeuw. En ook resten van de Mithras-cultus.
Langs allerlei gangetjes ed kom je dan geleidelijk omhoog in het pand, langs de afdeling Middeleeuwen en bovenin: Beaux-Arts.
Annet had op het internet gezien dat er een flinke tentoonstelling was van (zelf-)portretten van kunstenaars, en er stond "aux" 3me juilliet. Letterlijk betekent dat "tot", bij "tot en met" was het "a" geweest. Shit, net gemist dacht ze, maar: Vandaag was de laatste dag, dus het was er nog. Blijdschap alom :-). Ik zei in mijn beste Frans tegen de caissière: "Hier staat een blijde vrouw naast me".
En natuurlijk hebben we de catalogus gekocht. Zoveel is er niet specifiek over tekenen.
Een paar uur later hadden we alles gezien. En enigen onder ons hadden toen ook wel hun taks. Geeft niks, 't was leuk.
Voor de kathedraal op een terrasje waaide een parasol om, en verpletterde bijna onze dochter. Gelukkig greep ik met grote tegenwoordigheid van geest in.
Helaas werden toen wel als voorzorg alle parasols dichtgeklapt en zaten we ineens in plaats van lekker in de schaduw in de blakende zon.
Dat beviel mij niet zo, de rest zei dat ik niet zo moest zeuren.
Daarna liepen we naar het Arsenaal, de oude wapenslag, nu in gebruik als ook een kunstgebouw. Pal erachter ligt de kapel van de Tempeliers. Helaas zijn op enig moment in de geschiedenis de Tempeliers grotendeels uitgemoord en ging de kapel naar de Duitse ridderbond.
Langs de route touristique reden we terug naar Duitsland, naar Merzig-Bietzen. Mooi, maar dat had ik al gezegd.
Geschreven door Wiebeaprende