In Bacalar zijn geen duizend dingen te bezichtigen. Men komt hierheen voornamelijk om te relaxen. Ook wij zullen op die regel geen uitzondering vormen. Om 7u gaat het gordijn open. De zon verdringt de nacht en legt een okergele gloed over de lagune. Donkere wolken worden in roze en paarse tinten herboren. Een kleurenfestival. Machtig zicht vanuit onze kamer. Het is 24°C fris buiten. Alles is relatief nietwaar!
Een uurtje later heeft de zon de lagune al zijn ‘zeven tinten blauw’ gegeven wanneer wij op het terras beneden ontbijten. We hebben tijd. Onze eerste en eigenlijk einige afspraak vandaag staat pas om 15u ingepland. Met koetjes en kalfjes glijdt de tijd voorbij. Om 9u30 besluiten we toch even het ‘historische centrum’ van dit Bacalar te verkennen. Onze Dodge moet er een kleine klim voor doen, weg van de lagune.
Hij gaat opzij nabij het rustige groene rechthoekige centrale plein van deze stad. Mooi aangelegd als pleisterplek omringd door terrasjes en restaurantjes. Bacalar heet ons in grote veelkleurige letters welkom. Bij nader inzien vinden we daarin de kleurenschakering terug die zo kenmerkend is voor de huizen hier in Yucatan.
Bacalar, in Mayataal ‘plaats van het riet’ werd gesticht in 495 voor Christus. In de zestiende eeuw hebben ook hier de conquistadores de zaken overgenomen. Ze waren hierheen gekomen voor de handel in het hout (o.a. de mahonieboom) waarin ze de rode kleur voor hun verf vonden. Omdat ze gaandeweg meer en meer belaagd werden door Engelsen, Fransen en Nederlanders die ook het belang van dat hout zagen bouwden ze in 1725 het beschermende grote fort ‘Fuerte San Felipe’ dat wij hier goed bewaard terugvinden. Dit fort werd zeer waarschijnlijk gebouwd bovenop een oude Mayatempel.
We nemen een kijkje in het fort en hebben vandaaruit alweer een prachtig zicht over de lagune. De lagune is hier echt ‘incontournable’. Het fort is in perfecte symetrie gebouwd en heeft een verhoogd bolwerk op elke hoek. Elk bolwerk draagt de naam van een heilige. In de grote centrale ruimte is een prachtig museum ingericht waar we de geschiedenis van Yucatán heel mooi geïllustreerd zien.
We slenteren nadien nog even over het centrale plein en laten ons de rust van deze plaats welgevallen. Daarna zoekt onze Dodge weer zijn parkingplaatsje tegenover ons hotel op. Wij gaan voor een apero en lichte lunch op het terras. De zon stuwt de temperatuur ondertussen richting de 30°C. We blijven hier hangen. We genieten van het zomerse gevoel aan deze prachtige lagune.
Om 15u stappen Hugo, Nadina en Umberto aan boord van La Niña, een mooie zeilboot waarmee we de lagune zullen verkennen. Gracia blijft met haar twee voetjes op de begane grond. Geen gewiebel op het water voor haar.
We worden begroet door Hugo en John, die het stuur- en zeilwerk voor hun rekening zullen nemen. Een kleine 10 pk motor haalt ons weg van de steiger. We zwaaien naar Gracia terwijl wij Casabacalar kleiner zien worden. Eens in het ruimere sop worden de zeilen gehesen en wordt de wind onze motor. Het échte zeilen kan beginnen. Voor de fun hangen Hugo en Umberto af en toe overboord om zogezegd de flink slagzij makende Niña weer tot haar zinnen te brengen. Nadina doet aan haar kant hetzelfde. Zal niet veel uitgehaald hebben, maar plezier hadden we wel.
We varen tot bij de Cenote Negro, ook Cenote van de Heks genaamd. Deze cenote maakt deel uit van de lagune. De grote diepte (180m) geeft het water een zwarte kleur, een hevig contrast met het azuurblauw van de lagune. Niet moeilijk dus om de contouren van de cenote te herkennen. Via de cenotes, vier in totaal hier in of aan de lagune, wordt het minerale bronwater in de lagune opgestuwd. Deze zoetwaterlagune krijgt overigens zijn watertoevoer door de regen, de cenotes en door een riviertje dat hierin uitmondt.
We steken de lagune over en gooien het anker uit in ondiep zeer lichtblauw water (60 tot 100 cm diep) ter hoogte van het Canal de los Piratas, dat de verbinding maakt met de aanpalende lagune. We gaan overboord voor een verfrissend zwemmetje. Heerlijk! Snorkelen zit er voor Hugo en Nadina niet in. Te ondiep en vooral... in deze lagune leeft nauwelijks vis. We stappen op een kalkbodem bedekt met een dun laagje witte smurrie: het product waarmee we ons in Las Coloradas als ‘schoonheidskuur’ insmeerden. We zijn hier niet alleen. We zien overal spartelen en spelen en we horen vrolijke muziek vanop de vele zeilboten rond ons.
Er was regen voorspeld op dit moment van de dag en inderdaad zien we om ons heen grijze wolken opdoemen. Echter, boven ons enkel helder blauwe lucht. We are blessed!
We klimmen terug aan boord en varen in pure vakantiemodus richting de Cenote Esmeralda. We worden vergast op een mooie fruitschotel en frisdrank. We varen voorbij de Isla de los pájaros (vogeleiland). Koffiebruine verkleuringen onder het kristralhelder water worden veroorzaakt door de de harde laagvormige formaties die gevormd worden door de op de wereld nog vrij zeldzaam aanwezige estromatolieten, prehistorische micro-organismen (vergelijkbaar met wat in de koraalriffen gebeurt). Vanwege hun nut maar ook zeldzaamheid worden ze beschermd. Gedeelten van de lagune zijn om die reden niet bereikbaar.
Zelfde verhaal bij de Cenote Esmeralda: we zien zeer duidelijk de contouren van deze 70m diepe cenote (300m diameter). Het cenotewater neigt hier eerder naar smaragdgroen. Vandaar de naam ‘esmeralda’. Deze cenote is ondergronds verbonden met de Cenote Azul (de blauwe cenote), die hiernaast ligt maar niet met de lagune is verbonden.
Terwijl we via de Cenote Cocalitos terugvaren naar ons hotel worden we vergast op een blijvende regenboog. We zien hem krimpen en rekken, maar hij blijft. Meegenomen! We zien echter ook een groot regengordijn voor ons. Het begint stevig te waaien. Onze crew Hugo en John leveren een flink gevecht met de zeilen. Uiteindelijk besluiten ze de zeilen te strijken en op de motor binnen te varen. We houden het niet langer droog en moeten in de ingewanden van de boot schuilen. Een beetje fris en nat stappen we aan wal om 17u10. Een warme douche zal deugd doen.
Om 18u45 stappen we bij de verre buren van dit hotel binnen in de groene oase van het restuarant Los Aluxes voor ons avondmaal. We maken ons andermaal de bedenking dat de Mexicaanse keuken geen grote diversiteit heeft. Wel lekker, maar op de duur een beetje déjà vu..
Een veel grotere diversiteit zien we in de cocktails, op basis van Mezcal, rum, vodka en wijn.
Om 21u vinden we onze habitación terug in Casabakal. We gaan langzaam maar zeker in slaapmodus. Mañana veremos más.
Geschreven door Hubertengratienne.op.avontuur