Om 5u45 wakker… We blijven hier vroege vogels. De dag start miezerig in Lima. Het melkwit van de garúa valt uit de lucht. We leven wel op hoop, want die garúa is Limeño en Lima laten we vandaag nu eenmaal definitief achter ons. Het schijnt dat we een dagje in de zandbak gaan spelen: dune bashing, sandboading, dune buggying.. We kijken er naar uit!
Onze chauffeur, good old Cesar, daalt om 7u45 af naar de Costa Verde. Ook de oceaan gaat gebukt onder de garúa. Grijze golven rollen vrij onstuimig tegen de kust aan. Lima is al goed wakker. De tuktuks wringen zich in alle richtingen door het verkeer. De nationale sport ‘van baanvak veranderen’ wordt weer kunstig beoefend. De politie staat weer op onmogelijke plaatsen te zwaaien naar God weet wat en te fluiten alsof hun leven ervan afhangt.
Tijd om onze gids/begeleidster Miranda even te beschrijven. Zij is een lichtjes roodharige vrolijke jonge dame afkomstig uit Vlaams-Brabant. Haar leeftijd is het grootste geheim van het zuidelijk halfrond, maar we weten wel dat ze jonger is dan 49. Ze is op een soort rustige manier dynamisch. Geen ‘bruja Greet’ dus. Ze spreekt Spaans met een huig-r, wat het voor de Peruanen ongetwijfeld een lekker exotisch tintje geeft. Ze is goed ter taal en verrijkt onze Vlaamse taal geregeld met totaal nieuwe woorden en uitdrukkingen. Een ‘legering’ van metalen is voor haar een ‘légering’, met het accent op de eerste lettergreep dus. Wanneer ze uitlegt dat de chimú hun krijgsgevangenen onthoofdden en dan hun bloed dronken zegt ze kort en bondig “klop op de kop en dood”. “Ongeluk” is voor haar “slecht geluk”. Iemand ‘wekken’ is voor haar ‘opwekken’. Airco is voor haar ‘lucht’. Interessant! We leren bij! Ze werkt zich wel uit de naad om ons verblijf zo aangenaam mogelijk te maken en als het nodig is kan ze doordrammen om iets te bekomen. Een lieve madam!
Na 45 minuten zijn we weer de Panamericana Sur op gereden. We rijden dus richting Zuiden van strand tot strand. Stilaan zullen we ook ietwat klimmen tot we in Ica 600m hoogte zullen bereiken. Om 10u45 verlaten we de Panamericana en stoppen we even in Chincha. We zien hier iets meer donkerkleurige mensen in het straatbeeld. Chincha heeft een kleine haven waarlangs indertijd illegaal zwarte slaven in het land werden gebracht. Na het afschaffen van de slavernij, in 1821 feitelijk en in 1857 werkelijk, zijn de ex-slaven hier blijven wonen.
Na een klein uurtje rijden we verder, iets meer weg van de kust. We bereiken Pisco en steken ook de Rio Pisco over. We zijn op de plaats die de fameuze druivenjenever zijn naam heeft gegeven. We rijden trouwens naar een van de wijnstreken van Peru. We overnachten straks trouwens op een wijngoed. In tegenstelling tot Chili staat de wijnbouw in Peru in het algemeen nog enigszins in zijn kinderschoenen. Er is al kwaliteitswijn, maar in mindere hoeveelheden. Het wijngebied strekt zich uit van Ica tot aan de Atacamawoestijn. Stilaan trekt men met de wijnranken ook de eerste hellingen van de Andes op.
Op de middag bereiken we Paracas en… eindelijk… ,we begonnen al te wanhopen, breekt de zon door. De wereld krijgt weer kleur. Een vrolijk gevoel gaat door de bus. We rijden ondertussen al terug op de Panamericana. Op 30 km van Ica zien we de eerste wijngaarden.
We proeven in de bus een soort praline die een combinatie is van ‘dulce de leche (melk gecarameliseerd met rietsuiker) en pecanootjes. Reuzelekker!!
Om 13u rijden we Ica binnen. In dit ‘groot Ica’ hebben ze ijzererts- en kopermijnen. Ze leven hier van het werk in deze mijnen, van landbouwopbrengsten (asperges, artichokken, druiven, pecanoten, enz.) en van toerisme. We bevinden ons hier in een microklimaat met eeuwig zachte temperaturen van boven de 20°C. En jawel dat klopt want wanneer we zo rond de klok van 14u het mooie wijndomein Queirolo bereiken lezen we 27°C op de thermometer. We rijden een prachtige oprijlaan door tussen de wijnstokken en bereiken een schitterend wit gebouwencomplex met verschillende patio’s en zwembaden. Weelderig groeiende bougainvillers zorgen her en der voor aangenaam kleurcontrast. We vallen hier blijkbaar met onze derrière in de boter. Het geeft ons meteen een flinke flashback naar het wijndomein El Esteco waar we vorig jaar in Argentinië een nacht mochten verblijven.
We gaan onmiddellijk aan tafel in het prachtig gelegen restaurant en krijgen een voorproefje van de wijnen die deze bodega te bieden heeft. In volle winter heeft de zomer ons ingehaald. We genieten.
Om 15u30 brengt onze Cesar ons naar de plaats van afspraak voor een spelletje in de zandbak. Het wordt een bijzondere rit die nog maar eens met de nodige vertraging verloopt omdat we achter een begrafenisstoet terecht komen. Wanneer iemand sterft in Peru dan blijft het lichaam nog twee dagen thuis, waar het gebalsemd wordt en gekist. Op de dag van de begrafenis wordt de witte kist door familieleden op de schouders genomen en tot op de begraafplaats gedragen, met een lege begrafeniswagen voorop en de hele familie en alle kennissen en ook een fanfare erachter. Dit tafereel speelt zich dus af een paar honderd meter voor onze bus. We rijden op een tweevaksweg met verkeer in twee richtingen. Alle verkeer op ons baanvak loopt dus vast, maar… geen nood: de Peruaanse verkeersoplossing biedt zich automatisch aan. Het rechtervak is volgelopen, dus wordt het linkervak ook ingenomen. Auto’s gaan ons een na een voorbij. Voor ons zien we ook nog auto’s naar dat linkervak bewegen. En het tegenliggend verkeer? Die komen neus aan neus te staan met hun opponenten natuurlijk. Ofwel blijven ze rustig staan en moeten de opponenten weer invoegen, ofwel gaan zij op het voetpad in onze richting rijden, of een combinatie van beiden. Het doet zich natuurlijk ook nog voor dat er eentje die onze rijrichting volgt en die al op het linkervak staat ook nog eens op datzelfde voetpad gaat inhalen. Weer neus aan neus natuurlijk, maar dan wordt er weer ’t allen kante ingevoegd. En… ga zo maar verder. De verkeerskudde is weer helemaal op hol geslagen! Maar… geen getoeter, geen agressie. Iedereen manoeuvreert naar bestvermogen en het komt altijd in orde. En jawel, onze Cesar, met zijn dikke lange bus doet lustig aan dat spelletje mee. Wij moedigen hem uit volle borst aan: ‘’olé, olé” en hij krijgt een staande ovatie wanneer hij op die manier erin slaagt doorheen de hele kudde te laveren, jawel, tot voorbij de begrafeniswagen. Dikke pret!!
Aan een Repsol tankstation staan twee woestijnbuggies ons op te wachten. We kunnen er allemaal netjes in en goed ingegespt vertrekken we richting de duinen. Weer een flashback naar wat we ooit in Qatar en Oman meemaakten.
De kronkelende tocht over de duinruggen, met stevige ups en nog diepere downs zorgt letterlijk voor kriebels in de buik en uiteraard veel gejoel. Niet te geloven ook hoe groot de hoek is die deze buggies kunnen aannemen wanneer ze lateraal een duinrug volgen. Het reliëf dat de wind in dit stukje woestijn heeft getekend is van een schoonheid die je kippenvel bezorgt. Haarscherpe rugtoppen, ragfijne glooiingen en wonderlijk getekende rondingen lossen elkaar telkens weer af. En zeggen dat de wind dit grootse tafereel met grote regelmaat volledig hertekent.
We zien een zwarte poederlaag die op vele plaatsen over het witte zand ligt gestrooid. Bij de eerste stop toont onze chauffeur ons met een magneet dat dit ijzerertspoeder is. Dit woestijnzand bevat gemiddeld 7% ijzer.
Wie er voor dit alles weinig oog heeft is Carmel.. Haar maag is ergens in haar keelgat terechtgekomen. Niet voor haar, dit soort ritten… Het was voorspelbaar maar het is toch bewonderenswaardig dat ze de poging gewaagd heeft.
Zij wordt met een Range Rover op een zachtere manier tot boven op de hoogste duin gebracht, waar het hele gezelschap gaat dunebashen. Met de surfplank op de buik de steile helling af… Het is dolle pret. Het zand zit ons tot in de diepste spelonken..
Terwijl Carmel rustig terug naar de bus gereden wordt gaan wij nog wat verder door richting zonsondergang. Boven op een magistrale zandduin stoppen we om de zon in een roodblauwe gloed te zien wegglijden naar andere oorden. We genieten er van een zelfgemaakte pure pisco die ons door de chauffeur van de buggy wordt aangeboden. Heel even bewegen we niet meer, zeggen we niets meer… een sacrale complete stilte valt over ons. We wisten niet dat dit nog kon op deze planeet.
Om 18u30 eindigt dit wonderlijke woestijnavontuur en rijden we terug naar wijndomein Queirolo voor een gezellig avondmaal. Daarna.. al het zand wegspoelen en.. met een lange geeuw in de kussens wegzinken naar dromenland.
Geschreven door Hubertengratienne.op.avontuur