Dag 15
Het is de eerste dag van de derde week. Kop is er nu echt af. Begin van de romp. Al fietsend probeer ik terug te denken waar ik allemaal geweest ben en wat mij zoals is bijgebleven van het eerste deel van de reis. Ik ben blij dat ik ben gaan schrijven en foto's maak, anders zou ik zo veel nu al vergeten zijn.
Vandaag laat het weer zich hier van haar milde kant zien. Heerlijk voorjaarsweer met wat lichte bewolking. Ik ben weer eens veel te warm gekleed. Na een lange klim gutst het zweet uit al mijn poriën en besluit ik me om te kleden. Fietsbroek was een goede keuze, maar mijn thermohemd met kol en lange mouwen die gisteren nog hard nodig was gaat uit. Als ik daar sta in mijn fietsbroek en ontbloot bovenlijf hoor ik een luid getoeter achter mij. Ik schik me wezenloos. Als ik omkijk zie ik een touringcar met Engels kenteken vol toeristen de heuveltop opkomen. Als ze vlak bij me zijn steekt de chauffeur zijn duim op en lacht breeduit. De dame met microfoon ernaast zwaait. Ik ben benieuwd welke tekst ze de bus nu toespreekt. Staat vast niet in haar script. Ik weet me even geen houding te geven en besluit maar lachend terug te zwaaien.
Ik drink koffie in Quimper op het plein naast een kanjer van een kathedraal. Het zonnetje schijn net over het hoge dak op een terras. Dat wordt dus mijn plekje voor de pauze. Het centrum van Quimper is mooi. Ik besluit na de koffie een rondje door het oude centrum te fietsen. Zonde om hier doorheen te sjezen.
Vandaag wordt er opvallend vaak naar mij getoeterd tijdens een klim. Regelmatig krijg ik duimen te zien of zelfs jonge mannen die uit de bijrijders raampje hangen en langzaam passerend mij met gebalde vuisten aanmoedigen. Ik mis alleen nog de Tour de France claxon erbij. Ik beantwoord het met duim. Ik heb weinig lucht om iets te roepen. Het is grappig om te merken dat het fietsen hier blijkbaar veel meer leeft. Of dat de mensen zich anders uiten dan noordelijker. Het werkt wel. Ik fiets lekker vandaag. Complimenten werken altijd.
Als ik in een dorpje een afdaling neem loopt er op het trottoir een stel rokend de heuvel op. De dame roept me iets toe. Het klinkt serieus dus ik knijp in de remmen. Waarom weet ik niet, meer op gevoel. Als ik stil sta slaat ze een hand voor haar mond en excuseert zich. Het was dus anders bedoeld dan ik geïnterpreteerd heb. We moeten alledrie lachen. Ze voelen zich duidelijk wat schuldig maar ik zeg dat het geen probleem is. Mijn Frans is niet zo goed dat ik het direct kan verstaan. Als ze het rustig herhaald blijkt het ook een aanmoediging te zijn. We maken een praatje. Als ze horen van mijn reis zegt hij verontschuldigend dat zij een ommetje met een sigaret eigenlijk wel voldoende inspanning op een dag vinden. Iedere gek zijn gebrek denk ik, maar weet het niet te vertalen in het Frans. Ze vragen hoe ver ik vandaag nog ga fietsen. Als ik zeg zo'n 20 km zeggen ze dat ik het best naar Pouldu kan gaan. Mooie badplaats met veel keuze qua campings vlak aan zee. Ik bedank hen en zij zwaaien me na. Ik heb mijn einddoel voor vandaag.
Het was een dag vol aanmoedigingen.
Geschreven door JorisRuhe