Dag 5 : Samaria kloof
Met kleine oogjes swipten we ons alarm uit. Het is 4h45, wat is het nog vroeg.
Start de chrono! Om 6h15 vertrekt onze bus richting Samariakloof. In een dik half uur stonden we al aan de receptie. Omdat we niet konden ontbijten in het hotel hadden ze voor ons een pakketje opgesteld. Met de auto raceten we naar Chania. Gelukkig was Natacha wakker want als het aan Isabelle had gelegen, hadden we de afslag gemist.
Geen idee wat er gaande was, want verschillende wegen waren ofwel geblokkeerd door borden of door wagens die in het midden van de baan bleven staan om uit te laden. Oja! Daarbovenop zijn de wegen daar allemaal eenrichtingsverkeer! Met een beetje stress parkeerden we ons langs de straat. Hopelijk staat de wagen bij ons terugkeer er nog ongedeerd bij. Het busstation zou hoekje om moeten zijn. Zonder enige moeite vonden we de ticketshop. We hadden het goed getimed want na een minuutje wachten mochten we de bus op.
Amai, hoe die bussen hier vlotjes rijden op hellingen met scherpe bochten, chapeau! Langs de baan zagen we redelijk wat berggeiten, wat Isabelle haar dag meteen goed maakte. Na een oogverblindend ritje van 1h dropte de bus ons aan de ingang van de Samariakloof waar we onze ingangsticketten kochten. Aan het einde van de kloof dienden we deze terug af te geven. Zo weten ze of iedereen uit de kloof is geraakt.
In de kloof ligt het dorpje Samaria dat sinds 1965 niet meer bewoond wordt. De Samariakloof is de smalste kloof ter wereld: het smalste stuk is slechts 4 meter breed. Het begin van deze 16 km lange wandeling bevindt zich op 1250 meter hoogte en eindigt in de Libische Zee. Op het einde van de wandeling wordt een ferry ingezet welke je naar een andere haven brengt. Enkel en alleen op die manier kan je de kloof verlaten.
Vol goede moed begonnen we aan de afdaling. De eerste paar kilometers daalden we zo'n 750 meter af op een niet goed aangelegd pad. Na 3 km voelde Natacha dat er iets niet klopte. Haar beide dikke tenen begonnen pijn te doen. Isabelle voelde blaren opkomen. We beslisten om bij de eerst volgende rustplaats de schade te evalueren.
Terwijl Isabelle haar blarenpleister aanbracht, kwam een ezel dichterbij. Hij vroeg zich waarschijnlijk af of het eetbaar was. Ze brengen ezels naar de verschillende resting areas zodat de mensen die niet verder kunnen, tegen een kostprijs, op de rug van de ezel worden weggebracht. Na afscheid genomen te hebben van onze nieuwschierige vriend daalden we de kloof verder af.
Wat is het hier mooi!
Een paar meter voor de volgende rustplaats gebeurde het onverbiddelijke, Natacha gleed uit en kon haar val niet breken. Ze belandde recht op haar knieën en kon dan pas haar handen plaatsen. Gelukkig waren de schaafwonden oppervlakkig. Er is geen andere oplossing dan de kloof verder uit te wandelen.
We wandelden dieper en dieper de kloof in. Wanneer stopt de afdaling nu eens? Maar hebben we al vermeld hoe mooi het hier is?! Tot onze verbazing vindt niet iedereen dit gegeven vanzelfsprekend. We lieten vaak luidruchtige mensen ons voorbij steken. In onze ogen verpestten ze de stilte en de natuurgeluiden.
Na 7 km kwamen we aan bij de overblijfselen van het oude dorp. Bij het zitten kwam er meteen een mot op Isabelle haar voet rusten. Die mocht van haar de volledige wandeling blijven zitten.
Het was ondertussen 11h. We hadden dus in ongeveer 3h30 nog maar 7 km afgelegd. We begonnen te rekenen: we moeten waarschijnlijk nog 10 km wandelen, dus gokken we nog een dikke 5h00 nodig te hebben. Oei, dit is net nipt om de enige ferry (!) die om 17h30 vertrekt te kunnen halen. Natacha hoopte het goed te praten met het feit dat we nu stijl aan het afdalen waren en dat dat niet kon blijven duren, toch? Op deze positieve noot vertrokken we en verdween het oude dorpje achter ons.
Natacha begon het zwaarder en zwaarder te krijgen door haar pijnlijke knieën en tenen. Isabelle daarentegen zat nog steeds boordevol energie. Zo had Natacha haar GoPro bij en testte ze verschillende overgangen uit: ze vroeg haar zus om haar voorbij te lopen. Dit nam Isabelle letterlijk en begon zomaar te lopen en te huppelen. Dankzij dit grappige moment vergat Natacha even haar pijn. En ja! Het staat op camera.
Het moment dat we effectief door het smalste punt van de kloof liepen, zullen we niet snel vergeten. Beeld je het volgende in: grote hoge rotswanden aan beide kanten, een helder blauwe lucht met een brandende zon, aan de horizon witte kleine en grote keien met hier en daar planten met roze bloemen. Ewel, dat maar 10x mooier. Dit punt wordt ook wel de Ijzeren Poort genoemd.
Af en toe dienden we over een ondiepe rivier te lopen. Gelukkig was er meestal een houten 'bruggetje' voorzien, het waren meer ladders, maar bon, even effectief.
Isabelle was bezorgd om haar 2 jaar oudere zus (ja! Dat scheelt!) en hielp haar bij diepe trappen. Wat is Isabelle toch een lieverd en een sterke madam, behalve op het moment dat er even iets misliep met haar waterzak. Bij de vorige rustplaats had ze die even boven gehaald om te controleren hoeveel water ze nog over had. Blijkbaar had ze die verkeerd terug weggestopt waardoor er iets misgelopen is tijdens haar slok. Ze verslikte zichzelf en kon moeilijk terug op adem komen. Geen angst! Isabelle leeft nog.
Het is hier nog steeds zo prachtig! De zusjes vonden het enkel jammer dat ze meer naar de grond moest kijken en oppassen waar ze hun volgende stap zetten dan te genieten van de horizon. Dit hoort bij het avontuur. Evenals het gebruiken van de toiletten. Laten we beginnen met het feit dat de deuren niet op slot konden. En het er pikkedonker was. Dan hebben we het nog niet gehad over de wc pot zelf, die hebben ze zowaar de grond in geslagen. Je diende zowaar je behoefte te doen in een porseleinen put.
Opeens kwamen we langs bordje 10. 10 km hebben we al in de benen! Op achterkant stond een 2. We zijn er bijna! Toch? Dit zal wel kloppen éh?! Het was toch in totaal 16 km?
Tot de opluchting van Natacha kwam het bordje met opschrift 'End of National Park, congratulations' in zicht. Ernaast stond een man die om onze tickets vroeg. Doodleuk vermeldde hij 'nog 2,5 km richting ferry'. Isabelle keek meteen bezorgd naar Natacha, die haar oren niet kon geloven. Het was nu 14h30, We hadden wat tijd over om even een pauze in te lassen en een grote verse fruitsap te drinken.
Komaan, nog 2,5 km! We zagen een quad staan. Als dit tot hier kan rijden dan zullen de wegen toch beter liggen? De eerste kilometers liepen langs een oud dorpje met geiten. Een walhalla voor Isabelle. Ze stopte zelfs om een katje te strelen.
Opeens las Natacha een bordje: 'nog 500 meter, bus naar ferry'. Natacha haar ogen lichtten op en keken smekend naar die van Isabelle, die al snapte wat er aan de hand was.
De laatste kilometers nam de bus voor zijn rekening. We waren blij met deze optie want we zagen dat de weg nog steeds aan het dalen was. Ook het uitzicht was niet meer de moeite volgens ons.
De bus dropte ons in Agia Roumeli, waar de ferry ons al zat op te wachten. We hadden nog 3 uur om te doden en besloten om een ijsje te eten. Isabelle koos voor coup fruit en Natacha at een snicker ijs.
De zee lachte de blonde meisjes toe: 'kom naar mij voor verkoeling'. Er was juist 1 probleem. We hadden al opgemerkt dat het terug een kiezelstrand is. Ditmaal met kleinere zwarte stenen, zal het nu minder pijn doen aan onze reeds versleten voeten? Hoopvol stapten we het strand op, maar voor we het wisten hadden we onze voeten terug weggehaald. Bloedheet zijn die steentjes! Met onze wandelschoenen liepen we richting een strandkotje en kleedden we ons om.
In no time hadden we onze bikini's aan, maar we hadden meer tijd nodig om in de zee te geraken. Tactisch legden we ons gerief dicht bij het water en zetten we het op een lopen. Zo warm hadden de stenen, wel zo koud was het water. Het was zoeken om niet uit te glijden op de glibberige ondergrond. Het water nam even de pijn van Natacha haar tenen weg. Die zagen er dubbel zo dik uit en rood.
Op de ferry namen we afscheid van de Samariakloof, welke steeds kleiner en kleiner werd. Wat we niet wisten is dat de ferry op verschillende plaatsen stopte. Eerste halte was Loutro, dit zei ons niks. Gelukkig zagen we dat er mensen bleven zitten dus hadden we door dat er verschillende haltes waren. Bij de volgende haven riepen ze 'Sfakion' af. Dit zegt ons ook niets. De twijfel begon op te komen, zitten we wel op de juiste ferry? De dame aan de receptie van ons hotel had ons doorgegeven om de ferry te nemen naar Sougia. Via Google Maps zochten we dit vlug op. Tot onze verbazing ligt Sougia aan de andere kant van Agia Roumeli, WE ZITTEN OP DE VERKEERDE FERRY! Maar dat kan niet, de naam van het schip kwam overeen met ons ticket. In volle paniek vroegen we informatie aan de bemanning: jullie moeten hier nu af. Opgelucht wandelden we richting de bus wie ons terug naar Chania bracht.
Gekraakt stapten we onze onbeschadigde auto in richting een pizzeria, dit hadden we wel verdiend. Wist je dat je hier altijd gratis water krijgt bij je bestelling, maar nog beter: wist je dat je hier een gratis dessertje krijgt?!
Blij met deze ervaring kropen we in ons bed. Hopelijk valt Natacha haar teennagel er niet af. Isabelle vertrok met wat spierpijn naar dromenland.
Geschreven door Natacha.reist