Zondag 21 mei 2023 – This is the end
We beginnen aan onze laatste dag. En plots schiet me het verhaal van het strontkwartet te binnen, een leuk spel dat we af en toe met de kleinkinderen spelen. Niet dat we dat hier hebben gespeeld, maar na de rit met de kamelen zagen we toch hoe snel de natuur in werking kan treden. De staart van één van de kamelen ging omhoog en het resultaat was een ferme drol. Een natuurlijke behoefte die in minder dan een halve minuut door mestkevers onder handen, sorry poten werd genomen. Het is mij een vraag, hoe zij dat roken en waar ze vandaan kwamen, want die halve minuut is zelfs aan de hoge kant. En ze begonnen onmiddellijk aan hun arbeid door stukken stront die minstens dubbel zo groot waren als zijzelf al rollend naar hun hol te brengen. Wonderbaarlijk en ingenieus.
Ondertussen zitten we op de sneltrein op weg naar onze eindbestemming: Tashkent. Een rit van ongeveer twee uur. We rijden met een snelheid van 200 tot 230 kilometer per uur. Het is buiten tweeëndertig graden en we zien hier een eerder groen landschap.
Verslagen tikken in een bus op een hobbelige weg is niet altijd evident. In de vorige bijdragen zullen hier en daar nog wel wat foutjes staan die ik ook bij het nalezen over het hoofd heb gezien. Gelukkig meldde mij zus mij dat op een klavier de g en de h naast elkaar staan, zodat ik daar nog iets kon rechtzetten. Ik ben ervan overtuigd dat de klaviermakers niet de grootste vrienden van de West-Vlamingen, want wie “gaalt get nu in zijn goofd” om die twee letters g en h naast elkaar te zetten, het is “hodheklaahd”.
Onze macho gids stond klaar om ons op deze laatste dag naar het paleis ban Bibi Chanoum te brengen. Hij vertelt er ongeveer dertien versies van een sage over Amir Timur die medereiziger Dirk in een kleine halve minuut klaar en duidelijk kan vertellen. Onze vriend Amir had een Chinese vrouw. Hij ging op veroveringstocht en gaf een architect de opdracht om het grootste paleis ooit te bouwen. Wat gebeuren moest, gebeurde. Architect en vrouw deelden de – hier doorgaans zeer brede – bedsponde. Bij thuiskomst liet de jaloerse veldheer de architect onthoofden. Zijn vrouw – en alle vrouwen – moest vanaf dan een sluier dragen. Zo simpel is het verhaal. Klaar en duidelijk.
Onze gids probeert ons telkens te verzamelen met ons aan te spreken als de Belgian Kindergarten. Ik wijs hem erop dat dit toch niet zo wordt geapprecieerd en dan houdt hij er toch mee op. Misschien als uitsmijter nog een van zijn mooie Engelse zinnen: “It’s a bit too a lot”. Gelukkig geeft deze gediplomeerde leraar Engels geen les: “that’s the mainest thing for Uzbek children”.
Daarna zijn we vrij en kunnen we de plaatselijke bazaar bezoeken. Zeer netjes. Kruiden, specerijen en gedroogd fruit in alle vormen en kleuren. Het is een levendige bedoening.
Van daar brengen we een bezoek aan het mausoleum van Islom Karimov, de eerste Oezbeekse president. De tekst voor zijn graf luidt: This is a sacred and eternal place where the first president of the republic of Uzbekistan the great statesman and politician, the respectable and honorable son of Uzbek people Islom Karimov rests.
Bemerk de Amerikaans-Engelse spelling in deze eerder krakkemikkige tekst. Het gaat hier wel degelijk om een dictator met een slechte reputatie. Hij had de “eer” om een land vanaf nul te mogen opbouwen en deed dat vaak niets of niemand ontziend. Maar hij wordt duidelijk geëerd, want het is een echte begankenis met mensen die voor het graf zelfs bidden. Dictators worden volkshelden, blijkbaar ook in dit land.
Een frisse pint en gesprekken over identiteit, tradities en (romantische) geschiedenis vullen de rest van de voormiddag. Ook het gebruik van de hurktoiletten is aan de orde. Hoe doe je die reiniging nu goed?
Na het laatste middagmaal (borsjt) in een privéhuis met grote binnenhof bezoeken we een halve toeristenval, een soort pleziertuin. Maar we krijgen er wel aanschouwelijk voorgesteld hoe je van moerbeiboombast Samarkand handgeschept papier kunt maken. Dat papier is tegelijkertijd erg sterk en afwasbaar bij fouten. Ideaal voor schilderijtjes.
Van daar gaat het naar onze trein en denderen we nu door het Oezbeekse landschap op weg naar het hotel waar we onze eerste nacht doorbrachten. Oezbekistan zit er bijna op.
Het was een absolute ervaring en een voorrecht om dit land te bezoeken. In mijn allereerste bijdrage had ik het over het “Inbegriff von Exotik” en uiteindelijk is het dat ook geworden. Van het museum in Nukus over een eerste kennismaking met de sprookjesgebouwen in Khyva en nog meer van dat in Bukhara tot een nacht in een joert met de zalige klanken en het gezang van die lokale zanger. Van zwemmen in een nieuw meer tot het overweldigende Samarkand. Goed eten, hopen groenten, wat flauw bier, lekkere vodka. Een land in ontwikkeling, mensen die vooruit willen (maar nog een weg te gaan hebben) en natuurlijk ook dat incident met dat meisje. Maar laat dat nu niet deze reis overschaduwen, want die was te mooi (om waar te zijn?).
En hierbij leg ik deze reis neer.
Geschreven door Paul.gaat.op.reis.en.neemt.mee