‘Next stop Caïro’, deze 3 woorden spoken al een beetje veel te lang door mn hoofd. Voor wie het zich nog herinnert uit lang vervlogen tijden, het waren de voorlopig laatste woorden uit de pindat. De nieuwe laatste woorden, breng ik u schrijvend op een vlucht boven de Italiaanse Dolomieten onder een waanzinnige zonsondergang. Deze woorden worden u aangeboden op 31/12 en tegen dat u ze leest waarschijnlijk een nieuw jaar op nieuwjaar. Hoe ik deze o zo emotioneel zwaar beladen taak zo lang aan de kant heb gelegd? Wel, ik ben er nog niet volledig uit. Ik stelde mezelf een eerste deadline, een week na terugkomst. Mission failed, mede door de korte bekomst en vertrek naar Ijsland. Volgende dan, een maand na terugkomst, ‘om te vergelijken met ons thuislandje eens de sferen terug opgesnoven zijn’. Ondertussen bekend, mission failed again. Onder toenemende druk uit Diest, stelde ik mezelf zo nog een paar niet gehaalde deadlines. Tot deze dan. Het einde van 2022, het Humasol-Lufuma-jaar, het jaar van Congo, het jaar van mn leven. Zo op het nippertje is niet mn stijl, maar een reden is er, te nemen of te laten. Het schrijven van deze laatste pindat gaf me het gevoel van het einde. Het einde van het project, het avontuur en de onlosmakelijk verbonden emoties met alles en iedereen betrokken. Een einde waar ik zo ongelofelijk hard geen zin in had, waar ik zelfs bang voor was en daarom maar enkele maanden later inplande. Nu ik dan toch eindelijk de woordjes uit mn duimpies laat vloeien, voelt het bevrijdend en allesbehalve finaal aan. Een klein ventje in mezelf fluistert al een tijdje dat we hier nog lang te maken krijgen met het Congo syndroom. Teruggaan? Daar kan je meer geld op inzetten dan dat de aarde rond is.
Dat van´jaar van mn leven dan’, zware woorden, I know. Hier volgt waarom. In de hand mn telefoon waarop een lijstje staat met zo een 50-tal zaken die ik absoluut niet mocht vergeten vermelden in de laatste pindat. Ik leg ze bewust langs de kant en ga vol op gevoel over tot de orde van de dag, van het jaar dus. En of. En of het prachtig was. En of het lastig was. En of het machtig was. Waar te beginnen in godsnaam? Misschien bij de intussen gevleugeld en gezegende woorden ´het team dat naar Mama Lufuma gaat in Congo bestaat uit … (jullie 4 bollebozen)’. Het moet gezegd, mixed feelings. Wat halen we hieruit onder de algemene onveilige tendens? Wat draag ik persoonlijk bij als bio-ingenieur met nog geen tiende van technische bagage die Julian en Lars op tafel konden leggen? En iets informeler: ‘Wa gaat da geven?’ Nutteloze vragen die ondertussen hun onmogelijk te voorspellen antwoorden wel kennen.
Congo heeft iets losgemaakt in mij. Wat precies, daarvoor is mn vocabularium te beperkt, maar zelfs de Dikke Van Daele bevat de juiste combinaties van ons alfabet niet om de beschrijving te beginnen. Misschien chronologisch aanpakken dan? Bij aankomst was het al duidelijk, ´Soyez les bienvenues’. Welkom werden we geheten door de zangkunsten van de knapste en vrolijkste snoetjes in mensenheugenis. En hop, direct een onderwerp om verder over te pennen, de kids en mama’s. Op die leeftijd al mama zijn, kunnen we ons moeilijk voorstellen, waar moeilijk een understatement zo groot als het regenwoud is. Die verantwoordelijkheid dragen met zo een natuurlijke flair, alleen maar respect. Tussentijds er het beste van maken met elkaar en nog eens voor die blanke rustverstoorders helpen zorgen? Chapeau, mijn diepste dankbaarheid. Die dankbaarheid toch ook een beetje voor jullie grootste schatjes. Bene (ofcourse op plaats 1, sorry not sorry), David, Vanessa, Samela, Vainqueur, Edith, Dedelle, Jordan, Dieumerci, Prélude, Ndjuzi, Divine. Veel meer dan namen op een lijstje, waren jullie een onmisbare aanwezigheid 24/7. Soms mocht dat al eens een 23/7 of zelfs 24/6 worden, maar dat wordt slechts gefluisterd met rood op de wangen. De kans dat jullie dit ooit lezen, acht ik dan ook bijzonder klein. Iets groter en wenselijker, dat ik jullie nog terugzie voor jullie het veel te uitgestrekte Congo moeten verkennen. Zonder de kleinste handjes, de luidste speelse schreeuwen en de meest fantastische interesse in ons doen en laten, was het niet geweest wat het was. Wat een manier om niets te zeggen eigenlijk, die laatste zin. Verliefd op elk van jullie en hopend op het allerbeste in jullie toekomst. Adijano.
Team, les ingenieurs, Lars, Julian, Lizzy. Bij het schrijven over die kleine mannen kwamen ze enkel en alleen in mn hoofd springen naast iemand van jullie. Een welgekomen ingeving dus. ´Onbekend is onbemind’, deze heb ik wel eens eerder laten vallen in een verslagje, maar wie weet dat nu nog? Volslagen vreemden op die kick-off in september, vol geslaagde momenten de 9 weken samen geleefd, beleefd en overleefd. ´With or without you’ van U2 blaast door mn oortjes op moment van schrijven. Ik antwoord graag met ´With’. Met jullie dit avontuur meemaken was pure waanzin, 100% naar mn goesting. Doldwaze pret, culinair gebuisde gerechtjes opgefret. Gierend interessant tot kinderlijk plezant. ´Schokkerend´ bij momenten, emotioneel niet in te prenten. Muzikaal een openbaring, manilpotjes zonder evenaring.
Technische verwezenlijkingen ongezien, persoonlijk afzien. En ik kan nog even doorgaan. Maar you get the point. Wat ik probeer te zeggen is dat het een waar genoegen was, een privilege van de bovenste plank om dit mogen doen met jullie. Een dikke merci en nog dikkere knuffel uit de -10e verdieping van mijn hart. Dak jullie graag zie.
En dan. Hyppo en Lieve, bezielers van dit alles. Dat Mama Lufuma prachtig is in al zijn aspecten, schrijf dat maar bij jullie verdiensten. Dat wij (vul deze term gerust in met elke naam van elke persoon wiens leven er op vooruitgegaan is door jullie inspanningen) jullie ongelooflijk dankbaar zijn, mag van de daken geschreeuwd worden. Dat deze vorige zin op niks trekt daarentegen, houd dat maar stil. Als ik nu eens diep en kritisch begin na te denken over mezelf… Ik weet niet of ik zo een reuze project met zo mogelijk nog reusachtigere implicaties in de handen van 4 (op voorhand) onhandige Harry’s had gelegd. Het vertrouwen dat jullie in ons moesten hebben is allesbehalve te onderschatten, ik hoop (en neem voor mijn persoonlijke nachtrust dan ook aan) dat het langs jullie kant een even spetterend succes was. Gooi ik het nog eens? Jazeker, het vijfletterwoord MERCI kan niet genoeg met control C control V op mijn scherm verschijnen. Bij uitbreiding dan, we gooien die toetsencombinaties er nog maar eens bij, merci, een bedanking/appreciatie/digitale knuffel voor al wie dit avontuur meemaakte en mee-maakte tot de onuitwisbare herinneringen geprent in mijn/ons brein. Hanne, Dries, Sofie, Bene, Ella, Patricia en Annemie. Jullie korte en o zo krachtige bezoekjes deden ons stralen en doen dan nog steeds. Jullie aanmoediging doorheen dit volledige avontuur was van even vitaal belang als maniok in de Congolese keuken. Jopoe en Oa, het blijft toch precies Lingala nu ik dat zo voluit typ. Ik zou het eigenlijk liever luidop zeggen, gelukkiglijk hebben we die kans en eer al gehad, hier nogmaals een dankjewel. Volgen vanaf het thuisfront, de verlichaming van een 12e man, moet het gezegd? Twas een plezier jullie zo dicht bij het project te kunnen betrekken, wij hebben ervan genoten, jullie maakten het mogelijk. Last, but most certainly not least. Julie, tmoet alweer gezegd, ik verklaarde je zot. Nu ik toch eerlijk ben, zotter dan zot, misschien wel het zotst. Dat je bleef terugkomen en niet voor een week of twee, maar om hier maandenlang je hart en ziel in te blijven gooien met een overgave om een hoofdletter U tegen te zeggen, dat is straf. Dat ik en de anderen dit gevoel niet konden plaatsen, het waarom spookte stevig door de hersenpan na een zoveelste eenpansgerecht, is een understatement. Tot… Bij thuiskomst en dan nog iets langer, na enkele goeie schoonheidsslaapjes en maaltijden erbij, begon het zo een beetje helder te worden. Ik kan nog serieus wat alinea’s volkrabbelen met wat ik denk dat het is, maar tis tevergeefs. Leven met de kids en mama’s, das een andere wereld, zien om te geloven en te mooi om waar te zijn. De échte pracht wordt pas duidelijk als ik hier elke dag naar mn prikbord vol foto’s kijk en denk: ‘Wanneer gaan we terug?’ En das het gevoel dat jij uitstraalt, straffer dan de zon rond 12u ´s middags.
Nu dan, de wordcounter geeft aan dat het tijd is om te stoppen en misschien wat meer te studeren. Wie begint er nu ook in de blok met deze roman?! Maar… geheel in Caesars stijl schrijf ik nog graag een woordje over Adriaan zelf, al was het maar omdat deze pindat ook als dagboek dient. Tada, de efficiëntie van een ingenieur, wie zegt dat mannen niet kunnen multitasken? Ik ben veranderd sinds Congo, c’est vrai ca. Maar hoe dan? Dat ik het in godsnaam nog niet eens allemaal weet. Het komt wel naar boven af en toe, zoals ik bij het aanzicht van extreme armoede in Nepal zeg ´wat een luxeleven ivm Congo’. Of zoals ik wel eens die lamp ging indraaien op kot en mezelf toch wel niet weer schokte zeker. Of zoals ik steviger in mijn schoenen sta. Kben altijd al een denker geweest, iets te vaak zelfs een dromer. Maar na Congo, voel ik me ook iets meer een doener. Initiatief nemen, out of the box denken, doorzetten op een geheel ander niveau. Maar ook een zekere rust nam ik mee naar huis. Relativeren van banale zaken en in perspectief plaatsen van de grotere. De globale context er even bij betrekken kan je probleem/zorg zo bij het restafval gooien.
Om dan EINDELIJK echt af te sluiten, ik hoor jullie zuchten, wees gerust. Een magische merci van jullie correspondent (al lang niet meer) ter plaatse. Bayo❤️💛💙/🧡🤍🤎.
Geschreven door A3Adventures