Ik ben nu echt op een hele gekke plek. Een bed in een schuur, waar slaapkamers en een badkamer in zijn gemaakt. Naast de bar, die vandaag dicht was, maar waar acht motorrijders wel een brood konden kopen en koffie drinken. De mevrouw van de bar maande mij ook naar binnen. Ik nam een sportdrank en zij wees mij de weg naar de kamer. "Ik maak vanavond pasta voor je, om zeven uur." Ik vond het natuurlijk prima, hoop dat ik morgen ook iets te ontbijten krijg. Buiten scharrelen kippen, mijn gewassen kleren hangen te drogen, en binnen lig ik uit te rusten in bed.
Het was weer een lange dag. Na een ontbijt met borrelhapjes en een restje eten van de dag ervoor, een gebakken ei, minuscule stukjes brood met jam, gekookte perzik en een stuk chocoladetaart, liep ik de weg naar het dorp Lama. Een blik in de kerk, een caffè lungho, brood en kaas voor onderweg. Besloten om bij alle splitsingen op mijn telefoon te kijken voor de route, zodat ik niet zou verdwalen.
Een oude man met een hond sprak mij aan: Ging ik naar Assisi? We raakten in gesprek en hij vertelde dat zijn vrouw al lang geleden was overleden en dat hij nu zo alleen was. Maar deze ontmoeting maakte zijn dag goed. Ik wenste hem het beste, hij gaf mij drie zoenen.
Vandaag had ik goed gekeken wanneer het stijgen begon en eindigde, zodat ik niet steeds verrast zou zijn dat ik nog niet boven was. Pas na 12 kilometer kwam de heftige stijging. Vlak daarvoor at ik brood met kaas met mijn voeten in een stroompje. Een man met een lege fles kwam voorbij en vulde zijn fles een paar meter verder met water uit een bron. 'Fresca!' zei hij. Dus dronk ik ook drie bekers heerlijk water.
Het was inmiddels één uur, de zon scheen en ik ging het stenen pad op. Langzaam stijgend, zwetend, geen schaduw, bleef ik maar denken dat ik met iedere stap dichterbij het eindpunt kwam. Een kleine twee uur later was ik boven. Hè hè, rugzak af, schoenen uit, water, gedroogde abrikozen. Even op mijn telefoon kijken. Bleek dat ik toch een afslag had gemist. Zo in mijn hoofd dat ik naar boven moest, dat ik het dalende pad genegeerd had. Een paar honderd meter terug maar, gelukkig. Het juiste pad daalde wel even, maar ging daarna omhoog, de pas over. Toen dalend naar hier, Bocca Serriola, een plaats is het niet, slechts een bar met bedden aan een doorgaande weg.
Geschreven door Claartje-onderweg