Ik hoop dat ik zo heel lekker eten krijg, want ik zit in een dure rifugio. Betaal 15 euro extra omdat ik in mijn eentje een kamer voor 2 personen heb (vind ik heel onredelijk) en het is twee keer zo duur als de rifugio Asqua, waar ik gisteren zat.
Daar waren de mensen zo aardig, vroegen waar ik vandaan kwam (ik weet nu dat dat l'Aia heet) en waren geïnteresseerd. De pensionhoudster wees me de weg naar een stroompje waar ik in de hitte kon opfrissen. De kokkin vroeg vanmorgen of ik na de thee bij het ontbijt nog koffie wilde (dopo caffè?) en pakte even liefdevol mijn arm vast. Het hele huis straalde een gemoedelijkheid uit, die vanzelf op mij oversloeg. "Aardige mensen om je heen, dat is wat je nodig hebt", zei mijn moeder. Zij probeerde zelf altijd die aardigheid uit te lokken door vriendelijke vragen te stellen, zeker als ze zag dat iemand niet in een goede bui was.
Ik ging weer op weg, 5 kilometer naar Camaldoli, waar ik heel Italiaans staande aan een tafeltje een cappuccino dronk met een warme, maar oude Strudel (oké, was misschien niet wat ik hier moest eten) en een heerlijk glas versgeperst sinaasappelsap. Omhoog naar San Eremo, waar Franciscus in een kluis heeft gewoond en verder stijgen tot 1300 meter. Toen naar beneden, naar Badia Prataglia. In totaal 500 m gestegen en 600 m gedaald. Helaas niet goed opgelet, want ik liep de rifugio gewoon voorbij. Ik zag hem wel, maar zag geen naam en dacht dat ik er nog lang niet was. Dus de 800 meter die ik extra naar beneden liep, moest ik toen weer omhoog. Douchen, slapen en nu wachten in de schommelbank tot het eten klaar is.
Geschreven door Claartje-onderweg