Lundi, maandag, we weten dat je daar goed rekening mee moet houden omdat op maandag erg veel winkels en cafés dicht zijn. Het gebied waar we nu fietsen is de Jura en het noordelijk gedeelte ervan heet de Comté. Daar waar de welbekende kaas vandaan komt, die nu in volle uiers voor de tent langs gaaat. Toch hebben we een misrekening gemaakt. Achteraf kijk je een koe in de kont, maar we hadden dus vanaf zaterdag onze maaltijden moeten plannen tot en met vandaag. En dus op de fiets mee moeten zeulen. En zaterdag ging het al mis, want toen hebben we onze laatste resten couscous en kip opgemaakt. We hadden gisteren geen gelegenheid om inkopen te doen, vanmorgen kwamen we geen winkels tegen, en uiteindelijk in Nozeroy, waar we willen kamperen op een camperplek blijkt dat alles wat met eten van doen heeft, de deur op slot heeft. En geen eten is voor ons geen optie. Ondanks dat Nozeroy best een leuk vestingstadje is, heeft het toerisme zich nog er nog niet ontwikkeld. En dat terwijl dit stadje dezelfde potentie heeft als bijvoorbeeld Ootmarsum. Na lang dubben kiezen we voor verder fietsen naar Levier, 20 km en een bult extra, met een winkel en een camping. Nadat we alle inkopen hebben gedaan komen we bij de camping die vol blijkt. Met een beetje zielig doen en veel begrip van de eigenaar krijgen we gelukkig een plekje omdat iemand van de reservering geen gebruik heeft gemaakt. Wat kan een mens op maandag dan ineens gelukkig zijn. En het landschap…? Er waren betere dagen. Het lijkt een beetje op Friesland maar dan met hobbels en dorpen waar elke vorm van gezelligheid ontbreekt.
Geschreven door Jena.reisverhalen