Onze zitkamer heeft nu niet alleen vloer, maar ook plinten. Ze verkochten in de Brico in Beja geen plinten. Maar een ‘colaborador’ (medewerker) zei dat je de tegels in de helft kon zagen. Dat had Leo zelf al geprobeerd en zo heeft hij het dan ook gedaan. De scheuren in de bepleistering heeft hij bestreken met gips. Een paar dagen later een likje verf er over en het ziet er veel beter uit. De kachel staat er weer, ook de originele zetel van ons houten huisje en wat meubeltjes van de vroegere eigenaars. Het begint dus al op een zitkamer te lijken. Wij vinden het alleszins prettig om er af en toe al eens te zitten. En dan denken we terug aan een jaar geleden, hoe het er toen uitzag.
Dat gevoel van ‘Weet je nog?’ hebben we ook als we onze tuin zien. Vorig jaar in april stond het taaie gras en onkruid bijna een meter hoog en het gras had venijnige aren. De zaden met hun uitsteeksels bleven hangen in je kleren, staken door je sportschoenen, irriteerden je huid… Dat heeft Leo nu onder controle, maar daarvoor moet hij wel regelmatig met de tractor en de bosmaaier rondgaan. Ik probeer het onkruid weg te houden rond mijn aanplantingen: oleanders, palmboomkes, citroenboompje, sinaasappelboompjes, zonneroosjes, lavendel en hottentotvijgen. De laatste drie haalde ik gewoon uit de natuur tijdens onze wandelingen. En, ik ben al weken bezig aan een ‘tuintrap’. De bedoeling is met een propere voet naar onze grond te kunnen gaan. Daarvoor ging ik aan het experimenteren met cementstenen. Leo liet me begaan maar gaf soms wel commentaar: ‘Dat gaat onoverkomelijke moeilijkheden geven met die rotsen. Daar heb je dynamiet voor nodig. Met beitel en hamer gaat het niet lukken.’ Waarop ik dan antwoordde dat de kathedralen ook niet op één jaar gebouwd zijn. En hij moest al weten dat het averechts werkt als hij zegt dat ik het niet ga kunnen. Ik ben ondertussen aan de elfde trap bezig. Nog niet in de helft. Maar ik amuseer me er geweldig mee.
Omdat ik nu regelmatig met Ella speel, heb ik minder tijd voor de tuin. En dan, voor al de mensen die wilden weten van welk ras Ella is, even vertellen dat we een Portugese podengo in huis gehaald hebben. Dat is van dezelfde familie als ‘Boef’. Ik las het e-boek van die wilde Spaanse berghond helemaal uit en vertelde Leo dat we gene gewone hond hebben. Daarop antwoordde hij: “Je hebt ook gene gewone vent.’ Dat is waar, maar Leo bijt niet.
Enkele dagen geleden passeerden we toevallig bij de buur toen ze zich klaar maakten om te gaan jagen. Elf honden mochten mee in de aanhangwagen. Eentje stak zijn hoofd door het zeil. Ze leek op onze Ella en daarom vroeg Leo of het haar moeder was. Neen, de oom. Ik hoop dat we het jagersinstinct van Ella onder controle kunnen houden. Voorlopig jaagt ze vooral op mieren. ‘t Is daarvoor dat ze soms graaft alsof haar leven ervan afhangt.
Geschreven door Afterboat