Na lekker geslapen en misschien gesnurkt te hebben loop ik na het goede ontbijt op mijn gemakje het dorp uit. De route gaat over een paadje met aan weerszijden bamboo struiken linea recta richting strand. Het begint gelijk alweer mooi. De dorpjes zijn hier eenvoudig. Witte huisjes waarvan de gevels omtrokken zijn door meestal een blauwe of een gele baan. Ze doen het goed in het ochtendzonnetje. Op het strand gaat het gelijk links af een pad steil omhoog. Dus begin ik na amper vijf minuten aan mijn eerste klauterpartij. Boven gekomen is het pad overzichtelijk. Mooi camelkleurig zand met groene struikjes van allerlei soorten vetplanten. Je kunt hier dus ver kijken of dichtbij, het maakt niet uit er is altijd wat te zien. De zee laat zich bovendien vrijwel steeds horen, ook als hij niet in beeld is rollen de golven ritmisch ademend van en naar de ruige kust. De uitademing lijkt dan wel een soort enorme nies: Spattend zeewater reikt meters ver en hoog en regent soms zelfs tegen mij aan, nou een paar zoute druppels dan.
Veel indrukken van buitenaf. Ze ontmoeten de indrukken van binnenuit. In mijn hoofd staat de radio aan. Muziek. De Rhapsody in Blue maakt er wat moois van. Natuurlijk moet ik aan mijn vader denken. Hij heeft destijds, ik woonde nog bij mijn ouders, wekenlang op dit pianostuk gestudeerd. Na enkele weken zat het stuk gebeiteld in mijn hoofd en werkelijk het verveelt nooit. De melodie, die ik zelf zo:n beetje vorm herhaalt zich en vermengt zich met het ritme van mijn stappen. Waarschijnlijk werkt het andersom, maar dat is voer voor filosofen. Mijn vader begeleidt me op deze manier een uurtje op mijn tocht. Hij zou er maar wat graag bij geweest zijn om te genieten van de mooie plaatjes hier aan zee. Ik loop goed en daar ben ik blij om want gisterenavond had ik opnieuw last van mijn darmen. Met Astrid heb ik Nepalees gegeten. Dat was natuurlijk wel grappig dit te kunnen doen in een piepklein dorpje in Portugal. Maar echt lekker ging het niet. Dus ik was een beetje bang dat dat energie zou kosten. Niet dus. Ik dartel als het ware door het mulle strandzand loop ervaren pelgrimspassen, niet te snel, niet te traag en gestaag. Vandaag loop ik in totaal 22 km. Omdat het door het mulle zand gaat zijn het wel zware kilometers. Maar ik voel dat het gaat lukken en dat ik nu alweer het punt bereik dat ik door kan lopen, ook als de vermoeidheid groter wordt. De Rhapsody is verdwenen en na wat gepieker over hoe het allemaal moet in het leven zingt mijn jukebox van binnen "I'm only happy when it rains" van Garbage. Typisch genoeg schijnt juist vandaag de zon weer best al lekker. Nou ja, ik neem het er toch wel van. Lopen, lopen, lopen. Een kleine pauze bij een prachtige baai en tijd voor de zonnebril!
Na een paar uur kom ik in een dorpje met een bar. Daar wemelt het van de backpackers dus het wordt wachten. Het wachten besteed ik nuttig door opnieuw te leren dat een glas expresso met veel opgeschuimde melk een galao heet. Een niet zo lekker chocolade broodje er bij en vooral mijn stoel in de zon maken het feest compleet. Ik heb wat chit chat met een Duitser. Alweer een Duitser. Ik was vergeten dat Portugal eigenlijk in Duitsland ligt. Zo lijkt t tenminste. Ik denk dat 90% van de trailers van Duitse afkomst is of Duits praat. Het is een aardige kerel en samen lopen we verder. Nog 12 kilometer.
Het pad doorkruist regelmatig grote plassen waar men soms nauwelijks langs kan komen. Soms hebben zich bypasses gevormd om het euvel te vermijden. Soms is er langs of doorheen lopen onvermijdelijk of alleen met behendigheid nog te omzeilen. Ik vind het een leuk spel, temeer omdat Andreas een beetje bang is voor natte schoenen. Laat mij dat nou helemaal niks kunnen schelen. Als het regent worden ze ook nat, dan vermijd je toch ook niet te lopen? Dus wordt het een sport om een snelle doorgang te vinden en natuurlijk ook zo weinig mogelijk mis te stappen. Spelenderwijs bereiken we een klein vissersdorpje met een bar! Uitroepteken omdat ik bij het zien van het eerste dak erg ging hopen op een bar, en niet op een fata morgana.
Daar treffen we Astrid met een paar dames en we sluiten aan voor een bier en een Alcoholvrije. En een bordje gefrituurde sardienen, jammer genoeg gepaneerd. Ik vind ze geroosterd op een barbecue veel beter, maar het is toch best lekker. Er vindt wat gesprek plaats over alcoholvrij bier. Duitsers hebben geloof ik toch meer geloof in een richtigen Pils. Ik leg uit dat een 0.0 auch richting gut tut!
Over geloof gesproken. Vanmiddag heb ik dus gelopen met Andreas. Vanmorgen trof ik kamergenoot Thomas bij het ontbijt. Jacobus heb ik eerder al ontmoet. Dus het gaat goed, nog acht apostelen te gaan.
Dan is het nog drie kilometer langs de weg en o wat zijn we al verwend deze dagen. Dit stukje is natuurlijk hartstikke saai. Maar ja effe door buffelen en inmiddels zit ik op mijn eigen terrasje van mijn hotelkamer. Even geen hostel. Even tot mezelf komen. Vanavond speelt Oranje. En wat er ook gebeurt, dat moet ik zien. Ik eet dus al vroeg en deze keer in mijn eentje een Portugees gerecht dat te zout smaakt. Maar de cheesecake als dessert is fantastisch. De twee apostelen komen toevallig in het zelfde restaurant eten en nodigen me uit aan hun tafel. Nee want de wedstrijd begint al bijna. Ik haast mij terug naar het hotel en ben juist op tijd om te horen dat de Spaanse supporters het Wilhelmus uitfluiten. De wedstrijd is geweldig. Helaas verliest Nederland na strafschoppen. Bedtijd, morgen dartel ik weer verder.
Geschreven door Pelleriens.travels