Kijk uit waar je loopt als je omkijkt. Maar kijk af en toe eens om, als de tijd je alweer verder heeft gebracht en nieuwe gebeurtenissen zich aandienden. Er viel vast veel te noteren. De tocht ging voort en mijn gedachten raakten achterop. Ook omdat ik vooruit aan het kijken was trouwens. Wat ga ik nadat ik in Santiago aangekomen ben doen? Deze vraag hield me bezig en maakte me onrustig.
Inmiddels ben ik onderweg en ik volg ik de meest voor de hand liggende keuzemogelijkheid. Onderweg naar de Camino Ingles. Onderweg naar het beginpunt in het stadje Ferrol. In de buurt van A Coruna ligt het stadje. En voor de Engelsen is dit een veelgekozen route. De route is goed voor nog zo'n zes dagen wandelen op een Camino en gaat dwars door Galicië heen richting Santiago. Dus volgende week loop ik daar vrolijk alweer binnen.
Maar dat is de blik naar voren. Ook dan kun je trouwens lelijk vallen, als je verder kijkt dan die scheef zittende stoeptegel. Het hier en nu is maar een zeer smal moment in de tijd. Het bevindt zich op de grens tussen omkijken en vooruitgaan. Het hier en nu is een splitsecond alleen te bevatten tussen twee ademteugen.
Het hier en nu is het anker als je onderweg bent. En zo vaak stuitert dat anker maar een beetje achter mij aan.
Het hier en nu is een lastige.
Omkijken. De variante espiritual was de moeite zeker waard. Een tocht naar de kust, de bergen in en weer naar de kust. De variant werd bekroond met een boottocht.
In alle vroegte gingen we als sardientjes in een blik met de boot 34 km landinwaarts over een steeds smaller wordende rivier.
Ooit zouden de botten van Jacobus over deze rivier richting Santiago getransporteerd bv zijn. Virtueel brachten wij pelgrims nu opnieuw deze botten die kant op. En dat is een dagelijkse aangelegenheid. Het is ook een soort kruisweg. Onderweg staan op allerlei plaatsen kruizen langs de oever als stille bewakers van het spiritueel erfgoed van de pelgrimage.
Doordat we al om 7.00 vertrokken waren we op tijd in Padron waar goede koffie wachtte net als een onooglijke markt. Op zondagmorgen is het nogal eens markt in deze streken.
We waren meer verbonden geraakt de afgelopen dagen. De variante lopen is een keuze. Niet iedereen wijkt af van de hoofdroute. Die dat wel doen delen iets met elkaar: nieuwsgierigheid wint het van practische bezwaren zoals het hebben van een extra dag.
We overnachtten eerst in Armenteira waar de herberg vol was en een pelgrimsmis een ongeïnspireerd gebeuren bleek. Het klooster was wel mooi.
Intussen schoot het al op. Santiago kwam steeds dichterbij. Ik beleefde dat met veel kalmte. Al de hele vakantie vond ik het allemaal niet zo spannend. Jammer vind ik dat.
Het lopen gaat me gemakkelijk af, zeker nu de afstanden wat korter zijn. Ik loop veel alleen. Voel me ook soms alleen als ik zie dat er om me heen groepjes ontstaan, waar ik steeds weer wat van vind. Te druk, te Duits, te langzaam, te vrolijk, te...Intussen bouwde ik wel een leuk contact op met twee Nederlandse zussen, afkomstig uit Kaatsheuvel en Raamsdonksveer. We liepen soms samen op, we aten regelmatig samen. En dat ging zo door tot Santiago.
Na Padron verblijf ik op 16 km van Santiago nog in een herberg. Ik heb die dag ook maar 15 km gelopen. Dus is er lekker tijd om te lezen. PSV te kijken via een horten en stotende wifiverbinding. Het is zonnig, stil en de enige gasten buiten mij zijn drie Duitse broers. Zij maken niet veel contact. Dus blijft het stil. Het is heerlijk zonnig in de tuin. En ik rust lekker uit.
De herbergier moet een eenzaam bestaan leiden. Buiten het hoogseizoen zit hij vooral te zitten en wordt hij door mij aan het werk gehouden omdat ik nogal wat drinken bestel steeds. De niet zo romantische kant van het houden van een albergue op de Camino wordt hier wel heel tastbaar.
Ik ga vroeg te bed en Netflix nog wat. De nacht is beter dan de meeste tot nu toe.
Op maandagmorgen loop ik al om half acht weer langs "s Heeren wegen". Ontbijt zit er nog niet in, maar na een paar kilometer is er toch al een café aan de parallel aan de Camino lopende grote weg. Ontbijt is hier geroosterd brood, jam en olijfolie dat ik in de vroege ochtend voor honing aan zie. Wat is die honing vloeibaar zeg denk ik terwijl ik het goedje op mijn brood pleur. Pas bij het proeven merk ik dat er iets ontbreekt...geen zoete smaak maar een vettige muffe niet thuis te brengen substantie baant zich een weg naar mijn smaakpapillen. De koffie is goed en opwekkend.
Verderop in een vreemd ogend modern dorpje is een heel goede pasteleria. Daar ga ik op herhaling met koffie met een taartje. Komt het weer helemaal goed met deze fijnproever.
Inmiddels meldt mijn Nederlandse gezelschap zich ook weer en gezamenlijk lopen we op het gemakje verder naar Santiago. Bij de kathedraal gaat er toch heel wat door mij heen. Tranen branden. Gevoelens van dertien levensjaren dienen zich aan.
Het is een mooi gevoel. En de kathedraal, prachtig gepoetst sinds 2009 straalt in de zon. Het is 12.00 De klok van de kathedraal bromt haar zware slagen zwoegend. De doedelzakspeler fladdert daar doorheen. Allemaal mensen die iets gehaald hebben, de streep, een soort geluk, zichzelf en wat dan ook. Het verzamelt zich allemaal om km 0 midden op het plein.
Hier even verblijven. Meer dan in 2009 voel ik mij verbonden met het aankomen. Ik voel mezelf contact maken met mij en dat voelt goed.
Later haal ik mijn Compostela. Er wordt wat gesjoemeld met de kilometers, maar ik ben toch niet zo van de getallen. De Compostela wordt opgeborgen in een kokertje en daar zit ie goed.
Ik zeg de dames tijdelijk gedag en zoek mijn hotel dat een paar 100 meter verder in een smal straatje ligt. Ik vind Santiago zo mooi. Veel mooier dan in 2009. Mijn stemming is ook veel mooier. Dat zal het zijn.
Op mijn kamer besluit ik verder te gaan met de Camino Ingles. Nog even verder lopen door Galicië en nog een keer arriveren in Santiago. Wat wil een mens nog meer?
Geschreven door Pelleriens.travels