Hier in het doldwaze pretpark ga ik door de dag heen slenteren. Wijs geworden uit ervaring trek ik gewoon mijn wandelschoenen aan. De verleiding is groot om op een dag als deze mijn nep crocx, annex doucheslippers aan te trekken. Dat is echter vragen om problemen. Ten eerste kun je op zo'n slenterdagje nog behoorlijk wat kilometers maken. En het zou zomaar kunnen dat de voeten gaan protesteren en mij blaren opleggen bij hernieuwd gevangenschap na een dagje relatieve vrijheid.
En dat risico ga ik niet nemen. Want....mijn eerste daad deze morgen is een drastische koerswijziging van mijn plannen de rest van de week. Ik blijf op de Camino. Ga dus niet naar Madrid, maar loop nog een paar dagen langer.
Dus de opdracht aan mijn voeten is simpel: draag mij verder, en wel op wandelschoenen.
In de keuken staat een ontbijt dat ik samen met een pelgrimerend stel uit Madrid nuttig.
Het moet het gesprek met hun geweest zijn dat mij heeft doen besluiten om niet naar Madrid te gaan. Madrid is echt groot. Mijn door mij dicht bij het centrum bedachte èèrbieenbie ligt er minstens 7 kilometer vandaan. En de zakkenrollers en de drukte. Het staat allemaal in de door mij vakkundig genegeerde kleine lettertjes van mijn plan.
Ik heb daar helemaal geen zin in.
Saillant detail is dat ik voor morgen al een niet te annuleren hotel gereserveerd heb in Santander. Dus begin ik morgen na een aardig ochtendwandelingetje van 5 km langs het strand van Laredo en een boottochtje naar Saltona met een busrit naar Santander, hier zo'n 45 km vandaan. Woensdag keer ik weer terug en vervolg ik de Camino te voet, opnieuw naar Santander.
Na het ontbijt loop ik op het gemakje het stadje in. Volgens mijn bescheiden berekening is de kans best groot dat Duitser en Ier, uiteraard nog steeds vergezeld door de monoloog van Duitser nu ongeveer aan zullen komen. Mijn verbazing is niet echt groot als ik hen inderdaad zie lopen, niet een beetje, maar echt helemaal exact op het punt waar ik ze bedacht heb.
Het is een gezellig weerzien. Ineens maakt Duitser ook contact met mij en blijkt hij toch ook wel tot luisteren in staat. Ier vertelt me dat hij weliswaar geen blaren op zijn voeten heeft, maar er wel enkele in zijn oor vermoedt, maar dat mag de pret niet drukken. We gaan gezellig aan de koffie. Duitser vertrekt straks naar Bilbao, waar hij niet weet wat hij gaat doen. Ik zeg, preken voor het Guggenheim!
Ier gaat naar Santander, waar ik hem morgen weer zal treffen. Leuk!
Wat doe je verder op zo'n rustdag. Ik onderdruk een heel tamme neiging om toch maar te gaan wandelen. Haal een stempel bij de VVV en loop eigenlijk alleen maar door het kleine centrum. Naar de bootjes, op een bankje. Bij een vaag Chinees winkeltje van sinkeltje haal ik wat naalden en garen. Dat heb ik nodig om mijn uitscheurbare dagrugzakje van de Action, dat op alle vitale punten zijn best doet om waardeloos te worden, te repareren. Ook de geldbuidel, die al bij het eerste gebruik sneuvelde, moet er aan geloven. Dit zijn typische rustdag acties. Deze actie heeft nog te maken met het Madridplan, maar ik vind het toch wel leuk om dit even aan te pakken. Minder leuk is dat die Chinezen waardeloze naalden produceren en die hier in Europa naast een hoop andere meuk wat je helemaal niet nodig hebt af zetten op de markt. Daar zit het gevaar van de Chinese overheersing, niet bij Huawei en consorten. Mark my words. De naalden en de meuk zijn een moderne versie van de kraaltjes en de spiegeltjes waar de Chinezen ons mee lopen te paaien. Het kost geen drol. Een kind in China heeft ervoor kunnen werken en ik breek twee naalden tijdens mijn naaiwerkje.
Gelukkig heb ik er nog vier. En na korte tijd zijn de herstelwerkzaamheden verricht, voor zolang als de nieuwe naadjes het houden.
Terrasje op, kopje thee. Spaans, waarschijnlijk vertaald als volgt: "Cabballero! (Is dat iets als "vriendelijke vriend" iets wat mijn vader altijd bezigde als hij zijn geduld begon te verliezen na drie uur wiskunde uitleg...) Je zit aan het verkeerde tafeltje. Je hebt je thee bij de buren gekocht en nu zit je bij ons je thee in de suite van het terras te drinken. Dat kan natuurlijk niet!" Nee dat kan niet als jij daar iets van vindt zeg ik op gevat Nederlands en kijk de serveerster glimlachend en ontwapenend aan. Helaas vat zij mijn charmante tegenoffensief op als een verontschuldiging. Dus druipt ik af naar een inferieur tafeltje bij de buurman.
Daar waar het kopje thee, en ik als huurder van het kopje natuurlijk horen te zitten. Het probleem is dat daar geen zon is en ik mijn blog in het zonnetje wens te schrijven. Dus heb ik snel mijn biezen en mijn blog gepakt en geniet ik nu van én de zon én een wijntje. Dat inspireert! Hier in Spanje loop je naar binnen om je bestelling te doen en vervolgens met je drankje naar buiten te lopen. Een foutje in de tafelbezetting, ook om bestwil, is dan snel gemaakt. Ik had het wel gezien, maar het was gewoon een betere plek. Maar goed, een pelgrim mekkert niet. Dat is meer iets voor geiten.
Eerder deze middag loop ik door "el tunnèl". Wat zoiets betekent als "de tunnel". Spaans is niet altijd moeilijk. Aan het eind van de tunnel is er licht. In de tunnel trouwens ook. Naast licht is er een mooie zee, een prachtig strandje omgeven door kliffen. En geen pretpark opsmuk. Dus ik vind dat wel wat.
Ook loop ik nog naar de resten van een oud fort bovenop de klif. Ik probeer een kerk te bezichtigen. Het zou de eerste zijn. Ik vind dat kerken kijken niet altijd nodig. In Spanje lijkt zo'n kerk van binnen ook een beetje op pretpark. De kerken zijn rijkelijk aangekleed met gejat goud uit Zuid Amerika. "Blutgold" noemde wijlen medepelgrim Manfred uit Duitsland dat ooit. Hij had in zijn werkzaam leven als pastor in Zuid Amerika gewerkt. Een wijs man die genoot van de Camino en waarmee ik in 2009 drie dagen heb gelopen. Hij was al zeventig, maar liep mij met gemak de Camino af. Op een tweede Camino is hij vermist geraakt in de Pyreneeën. Zo kan het ook gaan op de Camino. Een open einde en een eeuwige tocht.
De kerk kan niet bereikt worden door mij, doorgaans wat atheïstische pelgrim. Het hek spreekt boekdelen en behoedt mij voor rare bokkensprongen zoals het bezichtigen van een kerk. Nu weet ik weer wat dat betekent: ik verveel me. Dat is natuurlijk niet zo gek op een rustdag. Waar een ander rust neemt ben ik non stop bezig met het prikkelen van mijn zinnen. Het zou best een onsje minder mogen, met dat prikkelen. Voorheen prikkelde ik mijn zinnen vooral met eten en drinken. Nu heb ik een pak melk in mijn rugzak, voor de melknodige proteïnen. Dus pak ik maar weer een terrasje..;-).
Als tussendoortje lijkt me anchoas del ladero wel iets. Het is een duur terrasje in het pretpark met een mooie ligging in de zon. Ik weet dat ik anjovis bestel. Mmmm lekker. Ik ben benieuwd hoe leuk ze dit aankleden. Toch enigszins teleurgesteld, gezien de prijs, krijg ik een geopend blikje anjovis vaerend in de olie (zou mijn Zeeuwse oudtante Neeltje zeggen, althans dat zei ze toen haar goudvis had besloten boven te komen drijven na een nat sterfbed: "ie vaer nie meer"), met vers stokbrood, en het begeleidend watertje zonder bubbels. Het is wel een plaatselijke specialiteit, maar het smaakt gewoon net zo lekker zout als de anjovis van John West.
Zo kabbelt mijn rustdag voort, wordt mijn telefoon langzaam moe van de hoeveelheid activiteit die op haar is uitgevoerd, verliest het zonnetje geleidelijk aan haar kracht en is mijn batterij aardig aan het opladen voor de finale van deze fantastische vakantie!
Buen Camino!!
Geschreven door Pelleriens.travels