Grenoble staat op het programma. Net als gisteren pakken we de tram richting de stad. We lopen dwars door het oude centrum richting de Isère. Vanaf deze kant van het water vertrekt er een kabelbaan, de Téléphérique de Grenoble, naar de hogerop gelegen Bastille de Grenoble. We kopen een enkele reis, terug gaan we lopen. Vanuit je ronde bakkie heb je al een mooi uitzicht over de stad, de rivier en de bergen. Dat uitzicht is nog mooier vanaf de Bastille, komen we even later achter. Je ziet hoe de stad is ontstaan, precies tussen de Isère en de Drac in. Tussen de twee rivieren was het vlak en de grond vruchtbaar. De bergen eromheen en zo ingesloten tussen het water was je als stad ook beter beschermd tegen ongewenste indringers. Je hebt een goed zicht op de bergen. Op bordjes staan de namen van al die hoge pieken, en ook hoe hoog ze zijn. Bij helder weer zou je vanaf hier ook de Mont Blanc moeten kunnen zien. En laat het vandaag eens heel mooi weer zijn! En ja hoor, in de verte zien we de Mont Blanc liggen. Het is dat ‘ie zo ver weg ligt, zo kunnen we niet goed zien hoe hoog de top is. Want die is met 4807 meter meer dan imposant te noemen.
Boven is een restaurant. En de streek staat bekend om zijn Tarte aux Noix, een naar het schijnt overheerlijke walnotentaart. Hoe decadent is het om boven voor veel te veel geld zo’n taartje te eten met een kop koffie en thee erbij? Het drinken lukt, de prijs ook. Alleen hebben ze hier geen Tarte aux Noix… Maar goed, we zitten hier nu toch dus bestellen we gewoon een ander decadent taartje. Daarna lopen we naar beneden. Wat je vanaf de stad niet ziet als je het niet weet en er dus niet op let, is dat de Bastille veel meer is dan alleen het gebouw op de top. Bijna tot straatniveau gaat het door! Trappen, tunneltjes, uitzichtposten… de hele berg is zeg maar de Bastille.
De wandeling duurt een half uurtje, en dan staan we weer bij de Isère. Langs het water staan op meerdere punten heerlijk luie houten banken. Bij een boulangerie halen we twee belegde broodjes en twee flesjes water, en daarna ploffen we neer op een van die bankjes. Heerlijk in de zon, met een lichte bries vanaf het water. We hebben geen haast, de Franse winkels zijn allemaal gesloten tussen half 1 en 2. De rest van de middag slenteren we door de stad. We gaan nog bij de Cathédrale Notre-Dame en de Eglise Saint-nog-wat naar binnen. Er zijn een aantal leuke vintage winkeltjes waar Ries een broek scoort. We drinken wat op een van de vele pleinen vol terrassen. En lopen nog een moedeloos rondje door de Galeries Lafayette. Maar goed, je bent in Frankrijk en dan hoort het er wel een beetje bij. In de stad eten zou betekenen dat we nóg eens 2 uur zo rond zouden moeten dolen en daar hebben we geen zin in. We pakken de tram richting de camper. Bij de eindhalte wordt driftig ge-jeu-de-bouled op een plein onder grote, schaduwrijke platanen. Daar blijven we nog even hangen. Bloedje fanatiek zijn ze hoor, die Fransen. Leuk om te zien.
We eten heel eenvoudig (het restje pasta van eergisteren) op een plekje in de schaduw, want het is ook nu nog zomers warm. De dag was goed gevuld en is weer voorbij gevlogen…
Geschreven door Nienkoen