Rijden over de zee: de Atlantic road

Noorwegen, Averøy

Vandaag verlaten we het noordelijkste puntje van onze reis en gaan we een flink eindje rijden. Eerst vanuit Trondheim zo'n 200 kilometer toeren richting Kristiansund en vanaf daar de Atlanterhavsvegen op. Oftewel: de Atlantic Road, een wereldberoemde weg van 36 kilometer lang die de plaatsen Kårvåg en Bud met elkaar verbindt. Het is officieel één van de mooiste routes van Noorwegen en dat vindt niet alleen de Noorse overheid, dat vinden de vele toeristen die hier speciaal voor naartoe komen ook. Een weg langs de Noorse kust, hoezo is dat zo bijzonder dan? Nou, dat is vanwege de manier waarop de weg is aangelegd. De weg volgt de kustlijn en de vorm van de eilanden. De weg is voornamelijk bekend door de acht bruggen, die op een stuk van ruim 8 kilometer achter elkaar liggen en de eilanden met elkaar verbindt. Onderweg rij je over de Vevangstraumenbrug, Hulvågen bruggen (bestaande uit drie bruggen), Storseisundbrug, Geitøysundetbrug, Store Lauvøysundbrug en Lille Lauvøysundbrug. De Storseisundbrug is de van die acht de bekendste en hoogste brug. De brug is 23 meter hoog en vormt een bocht in de Atlantic Road. Met een lengte van 260 meter is het ook de langste brug.

Het originele plan was om de trip van vandaag in twee stukken te knippen maar als je de weerberichten moet geloven, wordt het maandag (de dag dat we over de Atlantic Road wilden gaan) echt zeer slecht weer. Om dan langs de Atlantische oceaan en over de bruggen te gaan rijden? Nope, dat gaan we niet doen. Wij kiezen er liever voor om deze dag wat meer en vooral veilige kilometers te maken. Dan zoeken we vanavond een camping op met stroom en faciliteiten, zodat we de regenachtige maandag heerlijk in onze camper kunnen vegeteren.

Om half tien vertrekken we vanuit Trondheim. We komen nu echt in het fjordengebied en mijn hemel, wat is dat mooi en indrukwekkend, zeg. De natuur is zowel lieflijk als ruig, in de eindeloze hoeveelheden water zie je eilandjes liggen en naast al dat zilte water staan koeien te grazen. Er wonen hier weinig mensen maar áls ze hier een optrekje hebben, is dat vaak een jaloersmakend houten huis met een fenomenaal uitzicht.

Twee keer gaan we met de pont het water over. De eerste keer is het een tripje van tien minuten. We twijfelen nog omdat als wij aan komen rijden, de boot is net vertrokken. Wachten? Of een half uur omrijden? We kiezen ervoor om te wachten en gebruiken de tijd om een bakkie koffie te maken. Als we eenmaal op de boot staan, willen we betalen. Maar nee, deze overtocht is gratis. De tweede overtocht niet, maar ja, 100 Noorse kronen (omgerekend nog geen 10 euro) voor een half uur op de ferry is prima te doen. We hebben trouwens mazzel. Als we aan komen rijden, staat de ferry al klaar om te vertrekken. We mogen nog aan boord en daarna gaat de klep dicht en varen we al. Genieten hoor, zo'n rustpuntje in de reis.

En dan, na wederom de nodige bochtige maar oh zo mooie wegen later, zien we in de verte dé brug opdoemen. Wow... Langs de befaamde 8 kilometer zijn zeer veel stops, en daar maken wij dankbaar gebruik van. Bij de eerste stop wandelen we naar het hoogste punt van het eilandje, over rotsen die begroeid zijn met mos en andere mooie vegetatie. vanaf hier heb je ook een geweldig uitzicht op de hoogste brug. De tweede stop heeft een wandelpad zodat je het eiland rond kunt lopen. En de derde stop? Daar drinken we een kop thee en eten we een heerlijk stukje cake bij een fantastisch truttige uitspanning met twee heerlijke oubollige, kneuterige maar oh zo lieve seniore dames. Alsof ze hier nooit klanten krijgen, zo staan ze samen te stuntelen achter het kleine toonbankje. Maar de cake en thee smaken goed. Ik krijg zelfs een extra theezakje van een van de dames, omdat ik de thee (nype in het Noors, rozenbottel bij ons) zo lekker vindt. Bij elke stop maken we de nodige foto's. Want fotogeniek is deze weg inderdaad, daar is geen woord van gelogen.

In Bud gaan we op zoek naar de camping. En daar is nog genoeg plaats om ons twee dagen/nachten te herbergen. We mogen zelf een plekje uitzoeken en ja hoor, we hebben weer uitzicht! En wat voor een. Nu over de Atlantische oceaan en het kleine haventje van de camping. Hier houden we het wel een dag of twee uit. Dus laat het slechte weer maar komen! En daarbij, ze hebben hier twee wasmachines en een droger. Gratis te gebruiken. De eerste was is dan ook al gedraaid en hangt te drogen in het drooghok. Morgenochtend de laatste was erin, en hopelijk is de droger dan ook vrij. Dan kunnen we er weer fris bijlopen.

Even ter geruststelling: er komt inderdaad zeer slecht weer aan. Met code rood en een crisisteam dat al bij elkaar is geweest. Hans is de boosdoener, storm Hans uit Zweden. En Hans gaat naar verwachting extreem veel regen over Noorwegen uitbraken. De ergste buien gaan vallen tussen Oslo en Trondheim, waar we de afgelopen dagen zijn geweest. En aan de westkust? Ach, tegen de tijd dat Hans hier is, is Hans nog maar een klein Hansje. De man van de camping haalde zijn schouders op. Ah joh, dat slechte weer? Maak je geen zorgen hoor, dat komt niet hier.

Geschreven door

Geen reacties bij dit reisverslag

 

Over deze reis
Aantal reisverslagen:
GPS afstand deze dag:
GPS afstand totaal:
Aantal foto's:
Laatste verslag:
Reisduur:
Reisperiode:

Of schrijf je reisverhalen via de app

Met de Pindat App kun je offline reisverhalen schrijven en foto's toevoegen. Zodra je weer internet hebt kun je jouw verslagen uploaden. Ook via de app plaats je gratis onbeperkt foto's.



Klik op 1 van onderstaande knoppen om de app te installeren.